ik vind het leuk dat ik een kaart mag schrijven.
Ziet u het water? Dat is zee. En blauw.
Op school is er een aardige mevrouw
die zegt dat we nog even moeten blijven.
Ons tentje is gezellig, maar wel klein.
Geeft niet, we hebben toch niks meegenomen.
Hier slapen wij. Soms schrik ik in mijn dromen
van heel hard boem! Dan doen mijn oren pijn.
Mama is lief. Zij zingt een droevig liedje
dat over thuis en over vroeger gaat.
Vandaag had ze een grappig akkefietje,
zij kreeg haar vingers in het prikkeldraad
toen zij de was ophing. Het deed best zeer.
Nu moet ik plassen. Schrijft u ook een keer?