Onze grondrechten gaan te makkelijk opzij in crisistijd. De Grondwet moet een anker bieden

De Grondwet werd de afgelopen weken vooral genoemd in verband met kritiek op de noodverordeningen. Daarmee werden grondrechten beperkt, terwijl dit volgens de Grondwet enkel mag door wetten, die het parlement heeft goedgekeurd.
Er ligt nu een wetsvoorstel voor een spoedwet. Dit is echter slechts een eerste stap. De spoedwet kan voor het vereiste democratische fundament zorgen, maar de discussie over onze grondrechten wordt hiermee nog steeds niet aangegaan.
Dit valt te verklaren. Voor beperkingen op grondrechten stelt onze Grondwet als enige eis, dat deze door de wetgever (regering en parlement) geschieden. Vandaar de roep om de spoedwet, die beperkingen van het recht om een godsdienst te belijden en de mogelijkheid tot binnentreden van te volle huizen wettelijk kan verankeren.
Er is een steviger anker nodig voor onze grondrechten.
Maar inhoudelijke vereisten om te bepalen of een beperking van onze vrijheden alsnog te ver gaat, ontbreken in de Grondwet. Het gaat dan om proportionaliteit (staat het belang van de inbreuk in redelijke verhouding met het te bereiken doel), subsidiariteit (zijn er andere, minder ingrijpender manieren om het doel te bereiken) en voorzienbaarheid (is voor burgers duidelijk onder welke omstandigheden grondrechten mogen worden ingeperkt). In principe krijgt de wetgever dus vrij spel.
geen sturing
Het ontbreken van inhoudelijke eisen in de Grondwet is is problematisch, omdat de grondrechten in onze Grondwet daardoor geen sturing meer bieden. Dit zien we terug in de voorgestelde spoedwet. In de toelichting wordt weliswaar verwezen naar de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit, maar deze worden niet concreet toegepast ter onderbouwing van bijvoorbeeld de verboden van groepsvorming en evenementen en de potentieel onbepaalde duur van de maatregelen. Ook het College voor de Rechten van de Mens heeft daarop gewezen.
Als er echter een tijd is waarin de Grondwet zou moeten fungeren als richtingbepalende steunpilaar, dan is het wel tijdens een crisis als deze, waarbij vergaande inbreuken op onze vrijheden aan de orde van de dag zijn. Grondrechten beschermen deze vrijheden en garanderen een menswaardig bestaan, maar dat is nu niet het geval. De huidige coronacrisis maakt pijnlijk duidelijk hoe weinig relevant de grondrechten uit de Nederlandse grondwet zijn.
Maar hoe erg is dit? We kunnen de maatregelen immers ook toetsen aan andere grondrechtenverdragen, zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het EU-Grondrechtenhandvest? De grondrechten daarin zijn wel voorzien van inhoudelijke vereisten zoals proportionaliteit.
Toch vormen deze geen volwaardig alternatief. De Europese verdragen verplichten alleen tot een bepaalde minimumbescherming. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens toetst zeer terughoudend als het gaat om crisismaatregelen. Het is dan aan staten zelf om meer bescherming te bieden, toegespitst op nationale omstandigheden. Het uitbesteden van grondrechtenbescherming aan Europese verdragen is dus geen oplossing. We moeten er zelf mee aan de slag.
nieuw leven inblazen
Dit is geen pleidooi voor een snelle terugkeer naar een vrijer bestaan zonder grondrechteninbreuken. Wel pleiten wij, juist nu, voor de ontwikkeling van inhoudelijke vereisten in de Grondwet. Vragen als ‘zijn er ook minder vergaande maatregelen beschikbaar’, ‘leiden de maatregelen wel tot het indammen van het coronavirus’ en ‘zijn de maatregelen wel voldoende duidelijk omschreven?’ moeten onvermijdelijk zijn bij de keuze voor een corona-app of het uitwerken van een exitstrategie.
Om dit te bereiken dienen wij allemaal – bestuurders, politici en rechters, maar ook onderzoekers en, heel belangrijk, de media – de grondrechten uit de Grondwet centraal te stellen bij de kwesties waar we in deze crisis tegen aanlopen. We moeten criteria als proportionaliteit, subsidiariteit en voorzienbaarheid in de grondwet opnemen en ons de vraag stellen wat we willen dat zij betekenen. Want deze crisis laat zien dat ons huidige grondrechtenkader, dat bijna veertig jaar geleden tot stand is gekomen en alle ruimte aan de wetgever biedt, niet meer voldoet. Laten we de grondrechten uit de Nederlandse Grondwet nieuw leven inblazen, zodat zij ons bij een volgende crisis daadwerkelijk terzijde kunnen staan. <