Stellige uitspraak Rutte over aanwijsbare schade van kerkdiensten mist feitelijke onderbouwing

Kerkdiensten zijn gevaarlijk. Minister-president Rutte wees eind vorige week in de Tweede Kamer nog waarschuwend op ‘wat kerkdiensten voor schade hebben aangericht bij de verspreiding van het virus’. Toch mogen vanaf 1 juli misschien weer kerkdiensten met honderd deelnemers worden gehouden.
Sinds eind maart lag het maximum op dertig deelnemers. Dat was een omstreden uitzondering op het ingevoerde algemene verbod op bijeenkomsten. Op 27 maart, de eerste bijeenkomst-beperkende maatregelen waren tien dagen van kracht, kopte Trouw: ‘Het coronavirus verspreidt zich razendsnel op een deel van de Biblebelt’. Toen was nog onduidelijk hoe het verder zou uitpakken. Interessant is de Biblebelt wel, omdat er nog tot één dag voor het vaststellen van de beperkingen kerkdiensten plaatsvonden, de Biddag-diensten van 11 maart. Aan dit type bijeenkomsten zat aanwijsbaar een besmettingsrisico, maar een social distancing-regel bestond nog niet.
Biblebelt lijkt tot 14 mei niet harder geraakt door corona dan gemiddeld.
In een informatief Volkskrant-artikel van 1 april - ‘Hoe besmettelijk is de Biblebelt?’- kwam de vraag aan de orde of een verbod van kerkdiensten niet effectiever was. Het Nederlands Dagblad schreef een dag later: ‘Nergens is ook maar een begin van bewijs geleverd dat een ná 12 maart gehouden dertig-leden-dienst een besmettingsreeks veroorzaakte’. In een reportage in het Reformatorisch Dagblad werd toen wel een verband gelegd met kerkbezoek (en) besmettingsgevallen in enkele Biblebelt-gemeenten. De Biddag-diensten werden met name genoemd. Er was reden tot zorg.
motie-Wilders
Dat de kwestie van het toelaten van kleinschalige religieuze vieringen op 1 april politiek relevant was, blijkt uit de opstelling van PvdA-leider Asscher. Hij vroeg die dag in de Tweede Kamer naar ‘het verbieden van kerkelijke bijeenkomsten, omdat je in de Biblebelt ook zo’n besmettingshaard ziet’. Zijn fractie steunde daarom een motie-Wilders waarin werd verzocht ‘geen uitzondering te maken voor religieuze bijeenkomsten’. Better safe than sorry. En het dodental steeg: diezelfde dag rekende het RIVM uit dat er al 1173 slachtoffers te betreuren waren.
Anderhalve maand later, 14 mei, waren het er 5590. Dit komt neer op een sterfte van 32,5 op honderdduizend inwoners. In de zwaar getroffen provincies Brabant en Limburg ligt dit cijfer bijna driekwart hoger.
voorzichtig
Hoe staat het er voor in de Biblebelt? Zorgden de drukbezochte Biddag-kerkdiensten van 11 maart (of ook nog: de op 15 en 22 maart gehouden kleinschalige kerkdiensten met maximaal honderd personen) uiteindelijk voor veel Covid-19-slachtoffers? Ongetwijfeld is het te vroeg voor conclusies en verklaringen (en is het ook in de allereerste plaats een zaak van experts), maar de RIVM-cijfers wijzen niet meteen in die richting. Om tot die voorzichtige conclusie te komen, heb ik eerst alle gemeenten op een rijtje gezet waar de combinatielijst Christenunie-SGP bij de Europese verkiezingen (2019) als grootste uit de bus kwam. Dat zijn er achtenveertig, waarvan er slechts drie geografisch ver buiten Biblebelt vallen: Dantumadiel, Katwijk en Urk. De rest vormt de zo langzamerhand bekende aaneengesloten band die Nederland van Zeeland tot Overijssel doorsnijdt. Het is volgens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek een groep gemeenten met soms bijzondere hoge kerkgangcijfers. Alle Biblebelt-gemeenten waar in de loop van maart ‘haarden’ waren vastgesteld, zitten in de collectie: Goeree-Overflakkee (33 doden), Heerde (28 doden), Nunspeet 20 doden), Zwartewaterland (18 doden).
Amsterdam en Rotterdam
Tot 14 mei noteerde het RIVM voor deze achtenveertig Biblebelt-gemeenten samen 548 overlijdens. Op een bevolking van ruim 1,6 miljoen komt dat neer op 33,1 slachtoffers per honderdduizend inwoners, bijna het landelijke gemiddelde.Ter vergelijking: dit sterftecijfer is een stuk lager dan dat van Amsterdam en Rotterdam bij elkaar opgeteld, gemeenten met veel minder kerkgang, die samen bijna 1,5 miljoen inwoners tellen. Daar ligt het cijfer op 36,0.
grote verschillen
Er zijn grote onderlinge verschillen tussen de achtenveertig gemeenten: het sterftecijfer varieert van 0 (het Veluwse Putten) tot 150 per honderdduizend (Heerde). Piekcijfers vallen natuurlijk op, iets wat je niet kan zeggen voor ruim 58% van deze gemeenten dat onder het landelijke gemiddelde scoorde. Toegegeven, dat landelijke gemiddelde is wel vertekend door de extreme Limburgse en Brabantse cijfers; de Biblebelt bleef dus allerminst gespaard.
Toch zijn de RIVM-cijfers wel interessant. De Biblebelt lijkt tot 14 mei niét harder geraakt dan gemiddeld en nergens blijkt dat de eerder in maart gehouden kerkdiensten voor grote besmettingshaarden hebben gezorgd. Dat gegeven zou de overheid tot voorzichtigheid moeten aanzetten bij het vaststellen of verlengen van verboden en beperkingen. De stellige uitspraak van de minister-president over de aanwijsbare schade van kerkdiensten is daarom eigenaardig. Zeker als overheidsmaatregelen grondrechten beperken - ook als het gaat om de vrijheid van godsdienst - kan een feitelijke onderbouwing van dit soort claims niet worden gemist. <