Puinhoop met minitomaatjes
Als een fabrieksterrein jarenlang braak ligt, dan wordt het stukje bij beetje veroverd door planten en dieren. Op het voormalige Reesinkterrein in Zutphen floreren bijzondere kruiden naast zeer alledaagse groenten en vreemde tuinplanten. Kasper Reinink turfde hier maar liefst tweehonderdvijftig verschillende plantensoorten. De familie van de nachtschaden is vrijwel compleet.
De handelsonderneming Reesink zetelde ongeveer een halve eeuw pal naast NS-station Zutphen. Het bedrijf vestigde zich daar in de jaren dertig en vertrok een paar jaar geleden naar een modern industriegebied waar het over meer ruimte beschikt. Het oude kantoor krijgt straks nieuwe bewoners, maar de aftandse pakhuizen worden gesloopt en een groot deel van de bedrijfsgebouwen is reeds omver gehaald.
Plantenkenner Kasper Reinink struint regelmatig over de puinhopen en hij nodigde mij uit om een keertje mee te gaan. Ik moest dan wel dit najaar langskomen, want op het braakliggende fabrieksterrein zullen binnenkort nieuwe woningen verrijzen. De nieuwe ontsluitingswegen en fietspaden zijn al bijna klaar, de huizenbouw begint volgend jaar. Deze zomer was waarschijnlijk het laatste bloeiseizoen.
Desolate vlakte biedt een zeer gevarieerde flora
Kasper Reinink start zijn rondleiding bij een rijtje pakhuizen dat nog wel overeind staat. Naast een lekkende goot zitten een heleboel muurvarentjes. Alle muren zitten boordevol graffiti, maar qua planten zijn ze aardig kaal. Alleen pal naast die ene goot prijkt een rijtje muurvarentjes, blijkbaar is alleen daar de muur vochtig genoeg.
Even later staan we bij felrode klaprozen. Op het braakliggende terrein schieten relatief veel eenjarige planten op. Reinink wijst me op diverse grassen, meldes, ganzenvoeten en papegaaienkruid. Overigens zijn de tweejarige planten eveneens goed vertegenwoordigd: we treffen erg veel teunisbloemen en toortsen in volle bloei, terwijl we van deze planten eveneens genoeg grote bladrozetten zien die volgend jaar prachtige bloeistengels zouden kunnen leveren als de huizenbouw onverhoopt toch nog ietsje later start.
We bewonderen een prachtige pol hazenpootje. Dit is een plant uit de klaverfami- lie die eigenlijk thuishoort in schrale graslanden, maar die blijkbaar op een kaal fabrieksterrein ook prima uit de voeten kan. Op de turflijst van Reinink prijken veel meer kruiden die je eigenlijk niet op een kurkdroge zandvlakte zou verwachten: moeslook, zeebies en breedbladige wespenorchis. Deze orchidee staat normaal in bossen, de zeebies is een echte oeverplant die veel nattere plekken prefereert.
De plantenspecialist staat af en toe stil om een plantje te portretteren: ,,Het is een desolate vlakte, maar de planten staan er vaak optimaal bij. Ze hebben de ruimte en ze kunnen naar alle kanten uitgroeien. Dat levert prachtige pollen op. Bovendien tref ik hier steeds nieuwe dingen. Regelmatig gaat er een stukje op de schop en dan komen er weer andere zaden aan de oppervlakte. Elke keer als ik hier kom, vind ik iets nieuws.''
Aardappel heeft alle familieleden in de buurt
Kasper Reinink wijst me enkele plekken waar blijkbaar tuinafval is gedeponeerd. Op de ene plek floreert nu de Oost-Indische kers, elders staan stokroos, petunia en tuinlobelia in bloei. We vinden appelboompjes met een rijke oogst naast vlierstruiken boordevol rijpe bessen. Tussen de zandbulten duiken zelfs de radijs en de aardappel op.
Deze aardappel wordt trouwens vergezeld door vrijwel al zijn inheemse, giftige familieleden. De wolfskers en de boksdoorn ontbreken, maar we treffen wel de doornappel, het bilzekruid, bitterzoet en zwarte nachtschade.
De doornappel is een eenjarige plant met forse bladeren en grote witte bloemen. De eivormige vruchten lijken wel wat op die van de paardenkastanje, want ze zijn ongeveer even groot en ze hebben vergelijkbare stekels. Maar de doosvruchten van de doornappel worden bruin en als ze openspringen, komen er platte, zwarte zaden uit.
Bilzekruid heeft witgele bloemen, met een prachtige paarse adering. Na de bloei groeit de kelk uit tot de dubbele lengte en deze kelk blijft de bijbehorende doosvrucht als een soort urn omringen. Op de rozetten van het bilzekruid vinden we de roodgekleurde larven van de Coloradokever, een van de weinige insecten die van de zwaar giftige bladeren van nachtschaden kan eten.
We treffen een heleboel planten van de bitterzoet, doorgaans met rijpe, vuurrode bessen. De zwarte nachtschade is vrij prominent aanwezig, meestal voorzien van witte bloemen, onrijpe, groene bessen en rijpe, zwarte bessen. Daarnaast treffen we de vrij zeldzame driebloemige nachtschade en glansbesnachtschade. Bij deze twee planten veranderen de bessen nauwelijks van kleur. Zelfs de rijpe bessen zijn groen, ze glanzen alleen wat meer en ze hebben bleke aderen. Wat dat betreft, lijken ze wel wat op groene kruisbessen.
Boerentabak in de achtertuin
Het fabrieksterrein in Zutphen herbergt dus exotische verrassingen. Want de driebloemige nachtschade en de glansbesnachtschade stammen uit Zuid-Amerika. Beide planten hebben in de vorige eeuw ons werelddeel weten te bereiken en ze duiken nu op steeds meer plaatsen in Noordwest-Europa op.
Reinink toont me de paarse bloemen van een Nicotiana-soort, een siertabak, die eveneens afkomstig is uit Amerika. Een verwante soort met gele bloemen, de boerentabak, koestert hij sinds kort in zijn eigen achtertuin. Deze plant stond ook op het fabrieksterrein, op een plek waar de bulldozers aan de gang zouden gaan. Aangezien kennissen graag zaad van de boerentabak wilden hebben, heeft Reinink deze plant onlangs overgebracht naar zijn eigen tuin, zodat hij straks zaden kan leveren.
Reinink bewaart de leukste plant tot het eind van de excursie. Hij brengt me naar een tomatenplant van anderhalve meter. Je bent bij tomaten gewend dat de stengel netjes via touwtjes omhoog wordt geleid. Maar deze tomatenplant ligt gewoon languit op de grond. Overigens lijkt de vruchtzetting daar niet of amper onder te lijden. De rijpe, rode vruchten ogen minstens zo mooi als de tomaten in de schappen van de groenteboer. Toch heb ik ze maar niet geplukt, de oogst van een desolaat fabrieksterrein is toch een beetje verdacht.