Joods thuis als grootste misdaad

De Britse premier Theresa May doet het goed in Palestijnse en Arabische cartoons. Met een glas vol Palestijns bloed vierde ze het honderdjarige bestaan van de Balfour Declaration, waarin de Britse regering haar steun gaf aan een ‘Joods thuis’, zo beeldde de krant van de Palestijnse Autoriteit, Al-Hayat Al-Jadida, haar af.
De Palestijnse president Mahmoud Abbas is vooral woest over de herdenkingen als viering van de start van een eigen Joodse staat, zoals vanavond in de beroemde Royal Albert Hall in Londen. Als dergelijke herdenkingen zouden doorgaan, zo stelde de Palestijnse minister van Buitenlandse Zaken Riyad al-Malki in een televisie-interview, ‘zal het Palestijnse leiderschap een rechtszaak beginnen tegen de Britse regering’. In een reeks verklaringen in oktober en begin deze maand noemde de Palestijnse regering de Balfour Declaration ‘de grootste misdaad in de geschiedenis van de mensheid’.
Dat de socialistische leider Jeremy Corbyn bedankte voor ‘de schandalige uitnodiging’ voor de herdenking en in plaats daarvan opriep tot de erkenning van een Palestijnse staat, wordt door de Arabische zender Al Jazeera als ‘bijzonder gepast’ gemeld. Al eerder bestempelde de zender op de opiniepagina’s van de website de Balfour Declaration als ‘de Britse oerzonde’.
Dat organisaties als Hamas en landen als Iran zo denken, is bekend. Dat Abbas, de ‘gesprekspartner’ voor Israël in het vredesproces, precies dezelfde termen gebruikt, voelt al ongemakkelijker. Dat een vooraanstaand westers politicus als Jeremy Corbyn zich herhaaldelijk nergens wil vertonen waar over het recht op bestaan van de Joodse staat wordt gesproken, is bedenkelijk. Het past bij andere verschijnselen, zoals het per definitie weren van Israëlische sprekers op een toenemend aantal westerse universiteiten.
cruciale bijbelse plaatsen
Het ontkennen van de Joodse wortels in Israël speelde een jaar geleden internationaal hoog op, toen Unesco cruciale bijbelse plaatsen in Jeruzalem alleen met Arabische namen benoemde. De secretaris-generaal van de PLO, Saeb Erekat, prees de resolutie en noemde de Israëlische claims op een Joodse tempel ‘een verdraaiing van de historische feiten’. De ruzie over de herdenking van de Balfour Declaration over Israël als het Joodse thuis, gaat zo over een fundamenteel gegeven: de bijbelse geschiedenis van het land.
Daarom komt het ook keihard aan bij leidende Israëlische politici, zo bleek uit ontmoetingen met hen vlak voor de herdenking. President Reuven Rivlin benadrukte dat ‘de VN, de internationale gemeenschap, heeft geoordeeld dat het Joodse volk het recht heeft, terug te keren naar zijn thuisland’ – iets wat zijn voorvader al in 1809 deed omdat volgens hem ‘het ondenkbaar is dat, als de Messias terugkeert naar Jeruzalem, de familie Rivlin daar dan niet zou zijn’.
Bij de burgemeester van Jeruzalem, Nir Barkat, steekt de resolutie van Unesco nog steeds: ‘Unesco nam het verschrikkelijke besluit dat er geen verband bestaat tussen de Joden en Jeruzalem.’ De minister van Onderwijs, Naftali Bennett, wees erop dat ‘als we drieduizend jaar zouden teruggaan in de tijd en koning David zouden tegenkomen, dan zouden we hem gewoon kunnen verstaan. Hij sprak dezelfde taal, zo lang is onze geschiedenis hier al.’ Dat ze dit benadrukken, heeft een donkere achtergrond: ze voelen aan dat dit aangevochten wordt. Het bestaan van Israël is in hun beleving geen vast gegeven.
Veel bijeenkomsten bij de herdenking van de Balfour Declaration, zoals die het CIDI morgen in Den Haag organiseert, gaan over de vraag hoe de toekomst van Israël eruitziet, of er nog weer een vredesproces komt. Dat komt er niet, zolang de belangrijkste gesprekspartners van Israël de aanzet voor het bestaan ervan ‘de grootste misdaad uit de geschiedenis’ noemen.
Dergelijke uitspraken moeten niet met wat schouderophalen worden genegeerd. Als de Palestijnen zich beroepen op het internationale recht om een eigen Palestijnse staat te eisen, dan moeten ze erkennen dat de staat Israël historische en internationale rechtsgronden heeft.
Als ze dat doen, kunnen ze ook met klem wijzen op die andere zin uit de Balfour Declaration: ‘het mag duidelijk zijn dat er niets mag worden gedaan wat de civiele en religieuze rechten van de bestaande niet-Joodse gemeenschappen in Palestina aantast.’ Met als belangrijkste recht, vastgelegd bij de Oslo-akkoorden van alweer 24 jaar geleden: een zelfstandige Palestijnse staat. Naast Israël. <