De toekomst van de zorg hangt niet af van meer geld, maar van mensen die naar elkaar omkijken
De manier waarop onze samenleving kijkt naar zorg en hulpverlening, is onhoudbaar. Het kost ieder jaar meer geld en meer inzet van zorgmedewerkers. De werkelijke oplossing ligt op sociaal terrein.

In 1970 waren er nog vier zorgverleners op één zorgvrager, inmiddels is deze verhouding omgedraaid. In 2030 zullen er vier zorgvragers op één zorgverlener zijn. Dat stelt ons voor serieuze vragen.
Jarenlang hebben we verhalen gehoord over vergrijzing en de slinkende beroepsbevolking. Inmiddels zijn die berichten dagelijkse praktijk. Zorginstellingen worstelen met de arbeidsmarkt. Er zijn onvoldoende zorgverleners om de toenemende vraag te bedienen. Deze schaarste stelt ons voor existentiële vraagstukken, die niet met extra geld op te lossen zijn. We komen handen aan het bed tekort. Wie zorgt er straks voor mijn moeder? Wie zorgt er voor mij of voor mijn kinderen?
weinig ‘participatie’
In 2013 sprak onze koning in zijn eerste troonrede over de noodzaak onze verzorgingsstaat te veranderen in een participatiesamenleving. Als wij om ons heen kijken, zijn we weinig opgeschoten. Mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben, kijken nog altijd als eerste naar de professionele aanbieders.
In de troonrede van dit jaar kondigde de regering aan binnen een jaar met nieuwe voorstellen te komen om de zorg toekomstbestendig te maken. Vanuit de zorgpraktijk denken we graag mee.
We kunnen de oplossing niet langer alleen uit Den Haag verwachten. Integendeel. In een bepaald opzicht is de overheid onderdeel van het probleem, in plaats van onderdeel van de oplossing.
Het sociale levensterrein behoort tot het ‘voorpolitieke’, dat gefundeerd is op familiebanden, geloof, traditie en onderlinge gemeenschap. Dit terrein behoort niet primair aan de overheid, maar aan de samenleving zelf. Die gedachte verdient herwaardering.
We kijken gespannen naar nieuwe mogelijkheden in wetenschap en techniek. Voor elk nieuw (vermeend) probleem presenteren we een nieuwe oplossing. Maar door de extra kennis neemt de zorgvraag alleen maar toe.
Daarbij lijkt het erop dat we bij alles wat afwijkt van wat wij tot standaard verheven hebben, zorg of hulpverlening willen betrekken. Drukke kinderen krijgen een label opgeplakt en een rugzak mee naar school. De remedie voor eenzaamheid bij ouderen wordt gezocht in meer persoonsgerichte, professionele zorg in het verpleeghuis of de dagbesteding.
ziekmakend systeem
Recente studies wijzen uit dat nergens in de wereld zo veel ouderen professionele zorg nodig hebben als in Nederland en België. Ruim 42 procent van de Nederlanders heeft een psychische aandoening. Dat geeft te denken. Maakt ons systeem niet ziek en schreeuwt onze maatschappij niet om aandacht?
De enorme welvaartsstaat waar alles met geld te koop is, geeft een druk op de samenleving. Druk om te presteren. Druk om maximaal geld te verdienen. Door deze druk is er weinig tijd om samen te leven. Aandacht voor elkaar schiet er zomaar bij in.
Als de vraag gesteld wordt wie er nog zorgt in de toekomst, moeten we dan niet zeggen: Wij?!
Professionele zorg is goed en van hoog niveau als dat nodig is. Zorg vervangt onze liefdevolle relaties echter niet. Onze maatschappij heeft dringend behoefte aan aandacht en tijd voor liefdevolle geborgenheid.
Recent is twee miljard euro extra voor de ouderenzorg beschikbaar gekomen. Het geld is bedoeld om eenzame ouderen meer zorg en aandacht te geven. Heel nobel. Maar dit is een keuze. Dit geld had ook besteed kunnen worden aan fiscale maatregelen om mantelzorg meer financieel te waarderen – waardoor mantelzorgers minder hoeven te werken. Een samenleving waar tijd is om samen te (be)leven, is een gezonde samenleving. Wij zijn ervan overtuigd dat er in die samenleving minder professionele zorg nodig is.
Onze ouderen en jongeren zijn het probleem niet. We houden van hen. De vraag is: hebben we nog oog voor het zorgdragen voor elkaar? Zijn we bereid ons individuele geluk daarvoor op het tweede plan te zetten? Zijn we bereid het niet bij woorden en goede bedoelingen te laten, maar een echte mentaliteitsverandering teweeg te brengen? Zeggen we ‘het zal ons een zorg zijn’, of slaan we de handen ineen door te zeggen: ‘het zal onze zorg zijn!’?
Meepraten over de zorg van de toekomst kan op 8 november, op het symposium ‘Het zal onze zorg zijn’ aan de Christelijke Hogeschool Ede. De aanmelding hiervoor is inmiddels gesloten.