De twijfelachtige erfenis van Charles Darwins racisme, dat benoemd moet worden in de geschiedenisboeken

Aan de argeloze lezer van Over het ontstaan van soorten zal de enkele racistische opmerking niet opvallen. Wie echter Charles Darwins (1809-1882) Over de afstamming van de mens opslaat, wrijft zich nog eens de ogen uit. Is het werkelijk mogelijk dat iets ‘wetenschappelijks’ zo racistisch is?
Centraal in het boek staat de racistische vergelijking van beschaafde (lees: blanke) mensen, wilden (zoals ‘negers’ en ‘indianen’) en apen en honden. Daaruit zou moeten blijken dat wilden dicht bij apen staan, en beschaafde mensen ver daarboven.
Darwin suggereert bijvoorbeeld dat ‘een oude hond met een uitstekend geheugen en enige verbeeldingskracht’ hoger staat dan ‘de afgebeulde vrouw van een ontaarde Australische wilde, die niet abstract kan denke..