Goden in menigte, elk met een eigen specialiteit. Worden ze zo hanteerbaar? We weten wel beter

In de kerstvakantie bezochten wij als gezin de tentoonstelling ‘Sterven in schoonheid’ in het Drents Museum, die nog loopt tot en met 26 maart. Ze gaat over de Romeinse steden Pompeï en Herculaneum die in het jaar 79 bedolven werden onder een dikke laag as na de uitbarsting van de Vesuvius. Aangrijpend om op je te laten inwerken hoe het leven van zoveel mensen in één keer letterlijk kwam stil te liggen. Alledaagse voorwerpen zoals een versgebakken maar verkoold brood en toiletartikelen van welvarende dames brengen het verleden zo dichtbij dat je het bijna kunt aanraken.
Tussen de bewaard gebleven schatten vind je ook een opvallend groot aantal beeldjes, voorwerpen en inscripties die met religie te maken hebben. De bekende goden Jupiter, Mercurius, Venus, Mars en Neptunus kom je tegen, maar ook minder beroemde godheden als Silenus en Priapus (zoek maar eens op). Sommige van eigen Italiaanse bodem, andere aangespoeld van overzee met handelaars en kolonisten, uit Egypte, Perzië of Noord-Afrika. Sommige godenbeeldjes zijn voorzien van zulke expliciete attributen, dat over hun speciale functie geen twijfel mogelijk is.
mythologie
De godenwereld van de oude Romeinen en Grieken heeft iets fascinerends. De verhalen uit de mythologie over de oorsprong van elke godheid en de relaties die ze met elkaar en met mensen en dieren aangaan, hebben literatuur en beeldende kunst over heel de wereld voorzien van thema’s en motieven. Aan de hoeveelheid en de variatie aan godsdienstige objecten die in Pompeï en Herculaneum bewaard zijn gebleven, kun je zien hoe belangrijk religie was en hoe die het hele leven doortrok.
Toch merkte ik bij mezelf ook een ander effect. Elke god of godin heeft een eigen specialiteit: commercie, oorlog, liefde, vruchtbaarheid, enzovoort. De eredienst was er op gericht om juist op dat terrein de gunst van elke god af te smeken (af te dwingen?) door offers en andere rituelen. Wat zich voordoet als een fascinerende wereld van zoveel goden, de een nog imposanter dan de ander, heeft ook iets heel voorspelbaars, iets onorigineels en deprimerends.
Niet voor niets konden goden van het ene volk – bijvoorbeeld de Grieken – zomaar overgenomen worden door andere volken, en ontstaan er in de smeltkroes van culturen en religies nieuwe cultusvormen. In al die veelheid is het toch vooral meer van hetzelfde.
De grote krachten van de natuur en van het leven worden uitvergroot en aangekleed tot opperwezens met een naam en een verhaal. Worden de machten waaraan je als mens bent overgeleverd zo een beetje beter hanteerbaar? Of wordt door het dienen van al die goden en godinnen juist bevestigd dat je er toch nooit tegenop kunt?
gesloten wereld
Al dwalend tussen de vitrines in Assen vroeg ik me opeens af: waren er in deze steden ook christenen? Van de grote stad Rome weten we dit zeker, maar voor de kleinere plaatsen Pompeï en Herculaneum is het beeld niet zo duidelijk. Op de tentoonstelling werd er in elk geval met geen woord over gerept.
Een kleine zoektocht op internet levert op dat er enkele inscripties zijn gevonden die met het christelijk geloof te maken kunnen hebben. Misschien waren ze er dus wel: inwoners die Christus hadden leren kennen en de enige ware God gingen vereren. Maar veel zullen het er niet geweest zijn. In het geweld van al die goden en godinnen gaat het bijna verloren.
‘Israëls God is klein begonnen’, schreef ooit theoloog Harry Kuitert (1924-2017). Dat is er altijd een beetje in blijven zitten. Nu de tijd van kathedralen en christelijke naties weer achter ons ligt, dringt dat opnieuw door. De machten en krachten zijn er vandaag nog net zo goed: gezondheid, succes, geld, genot, status en macht. Goden in menigte, al noemen we ze niet meer zo.
Het goede nieuws is dat God die we als Vader van Jezus Christus kennen niet aan dat ‘spel’ meedoet. Hier leer je een God kennen die niet samenvalt met de grote krachten van de natuur of het leven. Hij is van een andere orde, en kan zo onze gesloten wereld openbreken met verlossing en leven. Deze God hoef je niet op duizend manieren te vriend te houden, omdat Hij zelf uit pure genade ons zijn vriendschap biedt. Tegenover het ‘meer van hetzelfde’ van de antieke godenwereld mogen wij onze hoop vestigen op God die alle dingen nieuw maakt.
De auteur is universitair hoofddocent Systematische Theologie. Hij schrijft dit artikel als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen | Utrecht.