Lettergrepen 602: Wittewierum
Gewandeld van Ten Post naar Wittewierum. Een kippenendje. Na een kwartier al naderen we de wierde die haar kerkje achter bomen verstopt houdt en die aan haar voet vijf, zes huisjes en een paar boerderijen verzameld heeft.
Dit is heel Wittewierum-Centrum. Bij een van de huisjes staat een bord Knaagdierenopvang Snuitje. Een vrouw op het erf maakt een auto schoon en zegt Moj. Moj, groeten wij terug. We nemen het pad de wierde op. Op een geel bord met een schelp staat Jacobspad. Ah, dit is dus een Gronings onderdeel van de pelgrimstocht naar Santiago de Compostela. Achter de bomen schemert het dak van de kleine kerk.
Het smalle schelpenpad is recent ververst en knerst lekker omdat het hier zo stil is. Oude grond. De befaamde abt Emo stichtte in 1209 op deze wierde het klooster Bloemhof. In 1211 begon hij zijn voettocht van Wittewierum naar Rome. Op een houten padwijzer bij het hek staat slordig het woord Rome geverfd. Hier daalde Emo in zijn roomwitte gewaad de wierde af, die kant uit, richting Woltersum.
picknickbank
De schaarse staande grafstenen staan in hoog gras en zijn grijs, bemost en onleesbaar wanneer je niet als een blinde met je vingers de letters aftast. Veel liggende stenen liggen er schamel bij, met scheuren, in brokken. Ter zijde van de kerkmuur doemt een modern kunstwerk op, een soort vuurkorf, er ligt as in. De wanden bestaan uit een samenstel van zwarte metalen knekels die met gebalde gewrichtknokkels ten hemel wijzen.
Geen idee van abt Emo, waarschijnlijk. Bij Zwaantje en haar kinderen lezen wij in onze meegebrachte boeken, op de picknickbank. Zij hebben een van de weinige mooi onderhouden staande stenen. Rustplaats van Zwaantje Knol, geboren te Loppersum 30 Juli 1865, overleden te Wittewierum 24 October 1903, echtgenoote van Haijo Smid. Daaronder:
kwatrijntje
Achter ons ligt een andere steen, een platte. Hij is rechthoekig omheind door een hek met scherpe punten. De natuur heeft zich er niets van aangetrokken. Net achter de steen is een boom komen groeien. Na tientallen jaren is het hem gelukt de steen met zijn wortels op te tillen. Met hek en al is het grafteken zeker dertig centimeter de lucht ingegaan.
Onder de vier hoeken van het hek heeft de grafbaas van Wittewierum bakstenen gelegd om het zaakje een beetje horizontaal te houden. Tussen gras en steen gaapt een spleet waar de dode op de jongste dag met wat wringen wel doorheen kan. Aan de picknicktafel bij Zwaantje zuig ik op mijn balpen, bedenk rijmwoorden en maak een versje. Daarna loop ik de kerk binnen om het kwatrijntje Wittewierum in het gastenboek te schrijven:
De boom die oprijst uit het graf
en aan de steen verheffing gaf,
staat tot de jongste dag in blad
als teken aan het Jacobspad.
aambeeld
Drie dagen later word ik ergens in midden-Nederland op mijn rug getikt: Hoe was het in Wittewierum? Ja, zo gaat dat soms als je in een gastenboek schrijft. Inmiddels weet ik via genlias.nl, allegroningers.nl en graftombe.nl ook wat meer over Zwaantje. Ze trouwde met Haijo Smid van Uithuizermeeden. Hij was wat zijn naam was: grofsmid of ijzersmid. Het getink op zijn aambeeld klonk vele jaren over de wierde van Wittewierum.
Zwaantje baarde er zes kinderen, van wie alleen Jan en Herman opgroeiden. Twee van de vier aan hare zijde heetten Barteldina en stierven zestien dagen oud en anderhalf jaar oud. De andere twee waren tweelingjongetjes, één stierf bij de geboorte en kreeg (in die tijd dus) geen naam, de andere, Harm, leefde drie dagen.
kennis
Moeder Zwaantje stierf drie jaar na haar tweede Barteldina. Ik zie ze daar staan in de herfst van 1903 bij de gegraven kuil in de wierde van Wittewierum: vader Haijo met Jan van bijna veertien en Herman van zes. Haijo hertrouwde dik twee jaar later in Ten Boer met Geertruida Ettema uit Stedum, een ongehuwde moeder met een dochter van achttien jaar (vader onbekend).
Hij bleef smid in Wittewierum, verwekte nog drie kinderen (Gerritje, Hebo en Enno) en stierf in 1917 in Wirdum, waar hij ook begraven ligt, samen met zijn tweede vrouw. Nutteloze kennis? Ach ja, maar nee, het gaat over mensen. Moj, Zwaantje en Haijo.