Het voordeel van Kampen als locatie voor een universiteit
Als Leids student en beginnend wetenschapper te Amsterdam lag de Theologische Universiteit te Kampen achter mijn academische horizon. Ik zag het als een domineesschool, met publicaties voor een kerkelijk publiek en de docenten zag ik zelden op wetenschappelijke congressen. In mijn Amsterdamse academische omgeving verkeerde men niet met Kampen en ik vermoed dat mijn indruk voor de meeste vrijgemaakte academici gold. Ik dacht weleens: waarom zit deze reeds afzonderlijke kerkelijke opleiding ook nog eens uitgerekend in zo’n provincieplaats? En ik ken visitatiecommissies en ook gereformeerden die nog steeds zo denken.
Ook toen ik rond de eeuwwisseling een dag in de week in Kampen ging werken had ik nog wel iets van dat kritische gevoel. Ik zei tegen mensen die me vroegen hoe het was om in Kampen te werken: het is heerlijk om ’s ochtends Kampen binnen te rijden, maar het is ook heerlijk om er tegen de avond weer weg te kunnen rijden. Het was een academische buitenpost, waar het goed toeven was, maar je moest er niet permanent verblijven. Toen dus een week geleden het bericht naar buiten kwam dat voor de gereformeerde theologische universiteit in oprichting Utrecht als een gunstige vestigingslocatie werd beschouwd, begreep ik dat.
ik moet iets bekennen
Ik heb de afgelopen jaren onderzoek gedaan naar de geschiedenis van de Kamper universiteit en geleerd dat sinds de oprichting in 1854 vele malen in de pers en op synoden voorstellen aan de orde zijn geweest om de opleiding te verplaatsen naar een universiteitsstad als bijvoorbeeld Utrecht. Na de Vrijmaking van 1944 is met de gedachte gespeeld de opleiding in Leiden te vestigen. Stel je voor dat dat was gebeurd, dacht ik toen ik dit ontdekte: de vrijgemaakte kerken zouden anders zijn geweest. Maar nee, het werd de Broederweg in Kampen.
De argumenten voor Utrecht als vestigingsplaats zijn mij dus eigen. Maar ik moet iets bekennen. Gaandeweg ben ik anders over Kampen gaan denken. Door studie heb ik ingezien dat Kampen door die afzonderlijke positie iets eigens heeft dat van waarde is. De theologie die er beoefend werd, was open naar de cultuur, maar iets kritischer jegens de wetenschap en iets loyaler jegens de kerk dan andere theologische opleidingen. Juist dat gaf haar iets eigens. Hetzelfde geldt trouwens voor Apeldoorn. En dat eigene is gerijpt in een ruim 160 jaar oude traditie die van ‘Kampen’ een wereldwijde merknaam heeft gemaakt nu haar docenten gewoon meedraaien in de academische wereld.
Naast dat theologisch eigene in samenhang met de locatie ontdekte ik ook een positieve sociale kant aan het feit dat Kampen als enige theologieopleiding juist niet in een universiteitsstad is gevestigd. De Kamper studenten en docenten vormen een overzichtelijke gemeenschap. Ik zag de waarde daar van in, toen mijn Amsterdamse promovendi uit de VS juist in Kampen een academische kring vonden waar aandacht, concentratie en omzien naar elkaar regel was. Recent zei een van hen me bij terugkeer naar Amerika: als ik weer in Nederland kom studeren wil ik niet meer naar Amsterdam, maar naar Kampen.
klooster
In Kampen heeft de universiteit iets van een klooster. Dat is een oude universitaire structuur die niet meer gangbaar is. We hebben het over de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de universiteit en over de valorisatie van academische kennis. Toch heeft die oude vorm waarde. Afzien van de wereld ten gunste van concentratie op onderwijs en onderzoek binnen een gemeenschap, ook dat is de universiteit.
Ik ben niet hard voor of tegen een van de locaties, maar ik meen wel dat het reëel is om te onderkennen dat er ook gunstige aspecten zitten aan een locatie buiten die steden – en dat de kerken daar uiteindelijk ook steeds voor gekozen hebben. Ik heb afgeleerd te denken dat de locatie Kampen alleen nadelen heeft. Niemand ziet neer op Nijenrode Business Universiteit omdat het in Breukelen zit, of op het University College Roosevelt omdat het in Middelburg is gevestigd. Met internet en de huidige mobiliteit is afzondering bovendien een relatieve zaak geworden. Met goed recht kun je dus zeggen dat Kampen een gunstige locatie is voor de nieuwe universiteit omdat het geen universiteitsstad is. In managerstaal: dit is Kampens unieke asset. Dat heb ik in de loop der jaren leren inzien.