Alles draait om de liefde en de nabijheid van anderen. Veel mensen ontdekken dat te laat
‘Iedereen wil oud worden, maar niemand wil het zijn.’ Treffender had Youp van ’t Hek het niet kunnen verwoorden. Als ziekenhuispastor gaat er geen dag voorbij zonder dat je met vergankelijkheid wordt geconfronteerd. De dood heeft lak aan menselijke agenda’s, hij komt meestal op momenten dat het niet schikt. Zoals maandag. Juist als ik naar huis wil gaan, rinkelt de telefoon. Een spoedgeval. Een 86-jarige man staat op het punt om te worden gesedeerd. ‘De familie is al op weg naar het ziekenhuis’, hoor ik een collega zeggen. ‘Misschien kun je hen toch nog even opvangen.’
In het bed van kamer 227 tref ik een onrustige man aan. Zijn handen woelen over de lakens alsof hij ergens naar op zoek is. Af en toe draaien zijn ogen naar boven, hij ademt zwaar. ‘Wacht’, zegt de verpleegkundige. ‘Ik zal de familie erbij halen.’ Even later komen de zus van de patiënt, haar kleinzoon en diens vriendin de kamer binnen. Na een korte kennismaking informeer ik hoe zijn leven is geweest. ‘Makkelijk’, antwoordt de zus. ‘Ik heb een jaar lang voor hem gezorgd en alles voor hem gedaan.’ Een ziekenzegening is niet nodig, voegt ze eraan toe, want Jozef was absoluut niet gelovig. Houdt hij dan misschien van bepaalde muziek? ‘Muziek? Nee, dat kan ik me niet herinneren.’ Nadat het drietal in stilte afscheid heeft genomen, ontwaar ik ..