Nederland mag wel wat zuiniger zijn op het Fries: ‘Veel Friezen analfabeet in hun eigen taal’
‘Natuurlijk moet er in Amsterdam Jiddisj worden gegeven’, kopte NRC deze week. In een aanstekelijk artikel vertelde Daniella Zaidman-Mauer over haar werk als docent aan de Universiteit van Amsterdam. Voor het eerst sinds het overlijden van hoogleraar Shlomo Berger in 2015 is het vak Jiddisj weer terug in Mokum. Zelf had ze een stuk of 12 aanmeldingen verwacht maar de grote belangstelling van 53 studenten zorgde ervoor dat er een nieuwe collegezaal moest worden geboekt. ‘Het bewijst maar weer dat er een sterke band bestaat tussen Amsterdam en deze kleine taal’, aldus Zaidman.
Sinds de Holocaust wordt er geen Jiddisj meer in Nederland gesproken, maar ons land speelde wel een belangrijke rol in de ontwikkeling van de taal. Vooral omdat Amsterdam in de zeventiende eeuw relatief tolerant was ten aanzien van religieuze minderheden en er enorm veel boeken werden gedrukt. De stad heeft een bijzondere plek in de ontwikkeling van het gedrukte Jiddisj. Zo zijn de oude culturele banden met Antwerpen, New York en Jeruzalem (waar het Jiddisj nog wel gesproken wordt) in ere hersteld.
Het interview stond in schril contrast met het nieuws over een andere ‘kleine taal’. Twee maanden geleden werd duidelijk dat de Rijksuniversiteit Groningen geen hoogleraar Fries meer in dienst wil nemen. Voor de fulltime hoogleraar Goffe Jens..