Ik blijf mijn kinderen van alles geven, ondertussen weet ik dat er ook voor mij wordt gezorgd
Een van de mooie dingen van kind zijn lijkt mij dat er elke dag voor je gezorgd wordt. Je kleren liggen klaar, je wordt naar school gebracht, je krijgt drie keer per dag heerlijk te eten en er is geregeld een tussendoortje, je wordt naar bed gebracht, je mag mee met leuke uitstapjes, je hebt elke dag een lekkere warme pyjama, je wordt voorgelezen, je hebt een dak boven je hoofd, je wordt weggebracht om ergens te logeren. Heerlijk onbezorgd allemaal. Ik kijk er met veel plezier naar hoe intens kinderen hiervan kunnen genieten.
Dat kinderlijk vertrouwen kan ik als volwassene regelmatig ook zomaar weer kwijtraken. Dan denk ik dat ik het allemaal zelf moet fiksen in het leven. En dat is natuurlijk ook zo, want wie legt mijn kleren klaar, wie leest mij voor en van wie krijg ik een warme pyjama? Dat doe ik allemaal zelf.
Mijn generatie is gemarineerd in het zelf doen, en als we niet oppassen leggen we dat juk ook weer aan onze kinderen op. Terwijl juist de kiem van het kunnen ontvangen in de kindertijd wordt gelegd. Daarom blijf ik mijn kinderen graag van alles geven en ondertussen weet ik dat er ook voor mij wordt gezorgd, want ik leef, en dat elke dag te mogen ontvangen is al een cadeau van jewelste.