In groep 3 stond er op mijn rapport: ‘Cocky is wel onzeker.’ Mijn juf had het heel netjes opgeschreven, dat weet ik nog goed. Mijn ouders moedigden me sindsdien heel lief aan niet zo onzeker te zijn. ‘Je kunt het best!’, zeiden ze dan, waardoor ik begon te denken dat ik het misschien toch niet kon (want anders zouden ze dat niet hoeven zeggen, toch?). Op een gegeven moment begon ik zelf ook te geloven dat ik onzeker was. Want ik kon lastig kiezen. Ik vond het spannend om nieuwe mensen te ontmoeten of om spreekbeurten te houden. Ik was verlegen, bang wat andere mensen van me zouden vinden.
Toen ik later, in mijn studententijd als voorbereiding op een sollicitatiegesprek, aan een ouderejaars opbiechtte dat ik onzeker was, zei zij: ‘Oe, dat ..
Meld u aan voor onze nieuwsbrief en lees dit artikel gratis
Bij het aanmelden gaat u akkoord met onze privacyverklaring en de algemene voorwaarden .