Duurzaamheid, kun je daar nog aan denken bij een begrafenis?
De vraag naar duurzamere begrafenissen en crematies stijgt. Maar wat precies duurzaam is, is lastig te bepalen, zeker als je hoofd er niet naar staat. Bij een reguliere begrafenis of crematie met een dienst of samenkomst en een teraardebestelling of verbranding is volgens stichting Greenleave en andere websites over duurzame uitvaarten op diverse onderdelen winst te boeken.

Bij duurzaamheid denk je het eerst aan zonnepanelen of elektrische auto’s. Dat de laatste gang van een mens naar het graf of crematorium op ‘groene’ wijze kan, komt bij veel mensen niet op, vertelt Eva Froger van de stichting Greenleave, die zich ‘inzet om een duurzame uitvaart makkelijker en toegankelijker te maken’. Dat is goed te begrijpen, zegt ze erbij. Als een dierbare is overleden, moet er in korte tijd van alles geregeld worden, in een sfeer vol emoties. ‘Bij een overlijden staat je hoofd niet naar de vraag of de lijkkist van spaanplaat moet zijn of van een milieuvriendelijker variant.’
Daardoor is het zo moeilijk het thema duurzame uitvaart tussen de oren van de mensen te krijgen, weet Froger, bij Greenleave verantwoordelijk voor duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen. ‘Het zou mooi zijn als mensen er vooraf over gaan nadenken. Maar de bewustwording komt langzaam op gang.’
Froger ziet een stijgende vraag naar milieuvriendelijke begrafenissen en crematies. En je hoeft maar even op internet te surfen op de term ‘duurzame uitvaart’ of de aanbieders dienen zich in bosjes aan.
keurmerk
Het is lastig deze trend in cijfers te vangen, bevestigt Heidi van Haastert, directeur van de Branchevereniging Gecertificeerde Nederlandse Uitvaartondernemingen (BGNU). ‘Want wat moet je dan precies meten? Wij hebben daar geen regels voor.’ De koepelorganisatie binnen het Nederlandse uitvaartwezen stond aan de basis van een onafhankelijk keurmerk, uitgegeven door de Stichting Keurmerk Uitvaartzorg, maar milieueisen zijn daarin niet opgenomen.
Als parel aan de milieukroon binnen de uitvaartbranche wijst Van Haastert op ... Greenleave, de non-profitorganisatie, in 2013 opgericht door zes begrafenisondernemers. Inmiddels zijn er twaalf aangesloten, waaronder twee grote. Zij bestrijken 27 procent van de uitvaartmarkt in Nederland. Ondernemers die zich aansluiten, leggen zich vast op een duurzame bedrijfsvoering met onder meer een energiescan van de eigen gebouwen en richtlijnen voor het gebruik van leaseauto’s. Zij bieden ook groene uitvaartproducten aan: van gerecyclede grafstenen tot lijkwades en milieuvriendelijke urnen – op basis van vrijwilligheid. ‘Niemand is verplicht een duurzame kist of grafsteen te kiezen’, aldus Froger. Bovendien zijn er uitvaartondernemingen die niet zijn aangesloten bij Greenleave, maar wel aan duurzame uitvaarten werken. Daardoor krijg je lastig in beeld hoe groen de uitvaartbranche is.
Op dit moment dient een kist van duurzaam materiaal als graadmeter van een groene uitvaart. ‘Dat zijn er per jaar naar schatting tweeduizend’, zegt Froger. Op ruim 150.000 overleden personen per jaar, van wie 90 procent wordt begraven of gecremeerd in een kist, is dat niet veel, geeft ze toe. ‘We proberen de uitvaartbranche te verduurzamen, maar staan echt nog aan het begin.’
Woordvoerder Martijn van de Koolwijk van Dela, met 33.000 uitvaarten de grootste uitvaartorganisatie in Nederland, begrijpt wel waarom mensen niet massaal kiezen voor duurzame opties bij een begrafenis of crematie. ‘Vergroening speelt een steeds grotere rol in de keuze van mensen. Daarom bieden wij bijvoorbeeld een elektrische crematie aan, in plaats van op gas. Maar mensen denken ook na met hun portemonnee. Voor groene producten moet meer worden betaald.’
Hij vraagt zich ook af wat je precies onder duurzaam moet verstaan. Een half jaar geleden stopte Dela met kisten van spaanplaat. De lijm is slecht voor het milieu. ‘Daarom hebben we een basiskist geïntroduceerd van hout uit Scandinavië en werken we met een milieuvriendelijkere lijmsoort.’ Een mooie stap op de weg van duurzaamheid, reageert Froger van Greenleave. ‘Maar echt duurzaam is een kist als het hout uit Nederland komt. En Dela maakt voor de bekleding gebruik van ongebleekt katoen. Dat is al beter dan gewoon katoen, maar aan de productie komt veel water te pas en er worden pesticiden gebruikt.’
Van Haastert van de branchevereniging BGNU zegt dat er ‘nog een wereld is te winnen’. Greenleave hoopt ooit overbodig te zijn, vertelt Froger: ‘Als alle uitvaarten duurzaam zijn, heffen wij onszelf op.’
Het vervoer is het meest belastende onderdeel van een uitvaart, als daarvoor een auto wordt ingezet. Bezoekers komen van heinde en verre en maken dus veel milieuvervuilende kilometers. Daarnaast komen er uitlaatgassen vrij als de overledene wordt vervoerd van huis naar het rouwcentrum en naar de begraafplaats. Alternatieve vervoermiddelen voor de korte afstand: een rouwfiets, een loopkoets of een platte kar. Er bestaan ook uitvaartbussen, waarin de overledene, nabestaanden en gasten kunnen worden vervoerd.
Er hoeven minder kilometers worden afgelegd als opbaring, plechtigheid en condoleance op dezelfde locatie plaatsvinden. Op de rouwkaart kunnen nabestaanden een tip plaatsen voor bezoekers om per alternatief vervoer te komen, de bus, de trein of een elektrische auto. Een andere optie: bezoekers met een pendelbus vanaf het NS-station ophalen.
Veel kisten zijn gemaakt van spaanplaat met stoffen die niet gemakkelijk afbreken: lijm, chemische lak en een fineerlaagje van kunststof. Daarnaast is de stof formaldehyde in spaanplaat slecht voor de gezondheid, zeker voor mensen die ermee werken. Een duurzame kist is er, schrijft Greenleave, een van hout uit Nederland: populieren, wilgen of hout van knotwilgen. Er is geen lak en bijvoorkeur geen lijm gebruikt, en er zitten geen ornamenten aan. Als er toch lijn gebruikt moet worden, dan zo min mogelijk en op basis van water. Er zijn ook kisten van biologisch afbreekbare materialen als wilgentenen, bananenblad en pandanus, een tropische plant die ook wel schroefpalm wordt genoemd. De laatste twee zijn niet echt duurzaam, vindt Greenleave, omdat ze van ver worden aangevoerd. ‘Uitvaartkisten van ver kennen geen vliegschaamte’, zegt Eva Froger.
Een kist van karton is alleen milieuvriendelijk bij een begrafenis. Bij een crematie is er extra brandstof nodig om het lichaam te verbranden.
Een alternatief is de overledene te hullen in een lijkwade: een doek van hennep, linnen, wol of vilt. Hennep is duurzamer dan katoen - de plant vraagt weinig water en er zijn geen bestrijdingsmiddelen nodig.
Een urn, waarin de as van een overledene wordt bewaard, kan beter niet van aluminium, brons of staal zijn gemaakt. De winning van deze grondstoffen put de aarde uit. En voor de productie is veel energie nodig. Beter zijn urnen van hout, klei, wilgentenen en bamboe. Wie zijn as wil laten uitstrooien op open water, kan een urn laten maken van organisch granulaat. De urn lost langzaam op, en de as vermengt zich met het water.
Op veel graven staat een natuurstenen grafmonument, meestal van graniet dat van ver wordt gehaald: uit China en India. Deze steensoort werd millennialang gevormd in de natuur. En bij het ruimen van graven worden de stenen vaak vernietigd tot puin voor de aanleg van wegen.
In het project Circle Stone, een initiatief van Greenleave, werken diverse begraafplaatsen en steenhouwers in Nederland samen. Overbodig geworden grafstenen krijgen zo een tweede leven als nieuw grafmonument.
Alternatieven: een zwerfkei leggen, een boom of struik planten of een houten markering aanbrengen.
Wat een overledene meekrijgt in zijn kist, heeft invloed op het milieu. Het is beter sieraden en brillen niet mee te begraven. Er kunnen als aandenken nieuwe sieraden van worden gemaakt. Een bril kan gedoneerd worden of hergebruikt.
Voor het milieu is het beter als de gestorvene geen synthetische kleding aan krijgt, maar producten van wol, linnen of hennep.
Het is af te raden mobiele telefoons of hoorapparaten met de kist de grond in te laten gaan. Er zitten schaarse grondstoffen in, die opnieuw gebruikt kunnen worden. Wat wel meekan: foto’s, houten voorwerpen of duurzame bloemen.
Voor het opbaren van een lichaam wordt meestal een koelinstallatie gebruikt. Dat kost veel energie. Een duurzaam alternatief is het plaatsen van graszoden onder de kist of het bed van de gestorvene die tweemaal per dag worden besprenkeld met water. Het gras heeft een verkoelende werking. De uitvaart moet plaatsvinden op uiterlijk de zesde werkdag na overlijden. Het is duurzamer om de uitvaart niet op de laatst mogelijke dag te doen maar eerder.
Bij een uitvaart wordt vaak koffie, een drankje en een petitfourtje geserveerd of, als de bezoekers van verder komen, een broodje. Wie gaat voor duurzaamheid kan het beste kiezen voor lokale leveranciers die seizoens- en streekproducten leveren. Is dat niet mogelijk, dan zijn producten met een keurmerk aan te bevelen. Verspilling van voedsel is tegen te gaan door, als dat mogelijk is, hapjes ter plekke klaar te maken. Een andere tip: gebruik geen wegwerpartikelen bij de catering.
Bloemen komen vaak van ver.
Duurzamer zijn bloemen uit eigen tuin of uit een pluktuin.
Greenleave raadt aan te kiezen voor Nederlandse bloemen waarvoor weinig of geen gif is gebruikt.
Een rouwboeket is weer beter dan een rouwstuk waarvoor plastic en steekschuim (oasis) is gebruikt.
Een andere mogelijkheid: zelf een krans van takken en bladeren maken of laten maken. Milieuwinst is ook te boeken door een brief of kaart te gebruiken in plaats van een rouwlint, dat meestal van plastic is.
Digitaal versturen van rouwkaarten heeft minder invloed op het milieu dan het versturen van papieren kaarten.
Wie toch kiest voor een kaart, kan beter gerecycled, ongebleekt of een lichte papiersoort gebruiken.
Bij het drukken of printen is het mogelijk te letten op zuinige printers, milieuvriendelijke inkten en hervulbare cartridges.
Of kies voor een drukker met een duurzaam drukproces.