Rotterdam onderzoekt verplaatsing beeld Zadkine

Het beeld, een man die zijn handen ten hemel heft, staat op Plein 1940, niet ver van het water. Sommige Rotterdammers vinden dat het beeld daar niet tot zijn recht komt omdat het is omringd door hoogbouw. Voor het station komt het beeld volgens hen beter tot zijn recht. De gemeenteraad had gevraagd de mogelijkheden te onderzoeken.

In een brief die de wethouder nog naar de raad moet sturen staat dat het Centrum voor Beeldende Kunst de opdracht krijgt hier onderzoek naar te doen, zegt de woordvoerder. We hebben al plaatjes gezien waarop het beeld voor het station is gefotoshopt, maar zo gemakkelijk gaat dat niet. Het beeld en het enorme plein waar het op staat zijn een geheel, dus de omgeving zal ook moeten worden meegenomen. Anders komt het beeld daar ook niet tot zijn recht.

Ook moeten de nabestaanden van de maker van het beeld, Ossip Zadkine, geen bezwaren hebben tegen een verplaatsing. Als er geen technische, juridische of cultuurhistorische bezwaren zijn, is het nog niet zeker dat het beeld kan worden verplaatst. Een aparte commissie beoordeelt welk kunstwerk voor het station moet komen te staan. Die commissie kan bijvoorbeeld nog besluiten dat een nieuw kunstwerk daar beter op zijn plaats is.

Het beeld De Verwoeste Stad werd in 1953 onthuld en bleek jaren later een geschenk van de directie van de Bijenkorf. Een toenmalige vestiging van de Bijenkorf vlak bij het plein werd bij het bombardement in 1940 zwaar beschadigd. Het stadshart van Rotterdam werd voor een groot deel vernietigd. Het gat in het beeld met de bijnaam Jan Gat symboliseert dat Rotterdam een stad zonder hart is. Het beeld was geschonken onder de voorwaarde dat het altijd op het plein bleef staan, maar de Bijenkorf zelf verhuisde in 1957 al naar de Coolsingel.