Feuilleton: David en Mirjam (57)
57. Hij sloot zijn ogen en probeerde het gesprek van daarnet te vergeten. Maar iedere keer zag hij die roodgloeiende pook weer voor zich, en de gemene lach van de Romeinse officier: ‘Wij hebben zo onze eigen manieren om je aan het praten te krijgen …’ Hij rilde. Er werd aan de deur gemorreld. Kwamen ze hem nu al halen? Had de officier zich bedacht en wilde hij hem meteen verhoren? David maakte zich zo klein mogelijk en ging in de verste hoek van zijn cel zitten.

57. Hij sloot zijn ogen en probeerde het gesprek van daarnet te vergeten. Maar iedere keer zag hij die roodgloeiende pook weer voor zich, en de gemene lach van de Romeinse officier: ‘Wij hebben zo onze eigen manieren om je aan het praten te krijgen …’ Hij rilde. Er werd aan de deur gemorreld. Kwamen ze hem nu al halen? Had de officier zich bedacht en wilde hij hem meteen verhoren? David maakte zich zo klein mogelijk en ging in de verste hoek van zijn cel zitten.
Een streepje fakkellicht scheen de kleine ruimte in. Toen de deur wijder open ging, werd zijn cel verder verlicht. Een bewaker bleef in de deuropening staan, en een kleine gestalte bukte bij David neer. ‘David ben Jakob?’ David richtte zich op e..
Meld u aan voor onze nieuwsbrief en lees dit artikel gratis
Bij het aanmelden gaat u akkoord met onze privacyverklaring en de algemene voorwaarden .