Abramovich kreeg bij Chelsea een les in geduld
Direct na het tonen van de cup met de grote oren overhandigde sterspeler Didier Drogba de beker aan clubeigenaar Roman Abramovich. Dankzij de spits uit Ivoorkust pakte Chelsea zaterdag de Champions League. Drogba betrok de man die aan de wieg van het succes stond bij het feestje. Al had een efficiënter gebruik van de miljoenen die de steenrijke Rus in de club pompte, waarschijnlijk eerder tot rendement geleid.
Drogba was in 2004 met een transferprijs van 36,2 miljoen euro een van de eerste mega-aankopen van Abramovich. De Rus kocht in 2003 met veel bombarie de Londense voetbalclub Chelsea voor 85 miljoen euro. Hij beloofde miljoenen in de club te pompen met het ultieme doel de Champions League te pakken. Dit jaar oversteeg zijn totale investering in de club naar schatting een miljard euro.
tegenslag
Toch zag het er een paar maanden geleden niet naar uit dat Abramovich dit seizoen eindelijk de felbegeerde prijs zou vasthouden. Na het ontslag van de zevende trainer in negen jaar tijd kreeg hij de wind van voren. Het mag duidelijk zijn dat Chelsea ondanks zn ongebreidelde rijkdom nog altijd niet weet hoe het een succesvolle club moet bouwen, zei Richard Bevan, directeur van de Britse trainersvakbond. Volgens hem lag het probleem in de kleedkamer. Spelers als John Terry, Frank Lampard en Didier Drogba durfden openlijk het gezag uit te dagen.
Volgens Bevan heeft Abramovich die cultuur in de hand gewerkt door zelf het onmogelijke van zijn coaches te eisen en hen bij de minste of geringste tegenslag te ontslaan. Kortetermijndenken bleek niet te lonen. Zeven, acht spelers hadden al jaren weg moeten zijn, zei ook trainer Felipe Scolari (een van Abramovich eerdere slachtoffers) onlangs. Helaas, dat kon niet vanwege hun bijzondere relatie met de eigenaar.
ongeduld
Abramovich kocht zowel topspelers als toptrainers. Terwijl de trainers vertrokken, bleef een aantal spelers bij de club. Abramovich zou regelmatig zijn te vinden in de kleedkamer en het spelershome van zijn club. Hij voert er niet het hoogste woord, maar er ontstond wel een relatie met de spelers, niet alleen met zijn topaankopen. Naast Drogba bleven Frank Lampard, gekocht voor Abramovich komst en John Terry, afkomstig uit de jeugdopleiding, vaste waarden in het bij elkaar gekochte vreemdelingenlegioen.
Zaterdag beloonden de vertrouwelingen Abramovich eindelijk met de hoogste prijs in het Europese clubvoetbal. De Italiaanse interimcoach Roberto di Matteo gaf de vedetten wel de ruimte die zij eisten en boekte resultaat. Ondanks een beleid dat was gericht op resultaat op korte termijn, bleek de Champions League-overwinning uiteindelijk een succes van de lange adem. Terry, Lampard en Drogba zijn in de nadagen van hun carrière. Na hun vertrek is Chelsea opnieuw overgeleverd aan het ongeduld van de oligarch uit Rusland.
Steenrijk dankzij Boris Jeltsin
Roman Abramovich werd op 24 oktober 1966 geboren in een Joods-Russisch gezin. Al op vierjarige leeftijd werd hij wees, waarna hij werd opgevoed door een oom en een tante. In militaire dienst smeedde hij vriendschappen waar hij tijdens zijn carrière als zakenman zijn voordeel mee deed. Zijn eerste onderneming produceerde plastic badeendjes, maar zijn ster rees al snel.
Abramovich profiteerde van het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Bij de verkoop van staatsbedrijven onder toenmalig president Boris Jeltsin kocht hij het oliebedrijf Sibnefit voor ongeveer 77 miljoen euro. In 2005 verkocht hij zijn aandelen voor 9,4 miljard euro.