‘Bijna onmogelijk om virtuele voorsprong van de VVD nog in te halen’

Den Haag
Hooguit achttien zetels kreeg de VVD begin dit jaar in peilingen. De coalitiepartij had het lastig in een kabinet dat zich van crisis naar crisis sleepte: stakende leraren, boerenprotesten, stikstof en de toeslagenaffaire waren tot enkele maanden geleden het nieuws van de dag.
Sinds de coronacrisis behoren die dossiers tot een andere realiteit. Er speelt momenteel maar één thema: de bestrijding van het coronavirus. Het vierkoppige kabinet krijgt daarvoor het volste vertrouwen van de bevolking, maar electoraal is volgens peilingen maar één partij winnaar: de VVD. De grootste regeringsfractie knalt omhoog naar ruim veertig virtuele Kamerzetels, blijkt uit een gemiddelde van De Peilingwijzer.
Het is geen verrassing dat steun voor premier Rutte en zijn partij toenemen, vindt politicoloog Simon Otjes van de Universiteit Leiden. ‘In tijden van crisis verzamelt het volk zich vaak rondom de leider, als de belichaming van nationale eenheid. Deskundigen noemen dat het rally ‘round the flag effect, gebaseerd op Amerikaanse presidenten die tijdens oorlogen en rampen enorm aan populariteit wonnen.’
Een bekend voorbeeld daarvan is 9/11: de terroristische aanslag op onder meer de Twin Towers in New York. De populariteit van toenmalig president George Bush schommelde rond de 50 procent, maar steeg na de aanslagen tot ruim 90 procent. ‘Een vergelijkbaar effect zie je nu ook bij de Nederlandse regering’, zegt Otjes.
CDA en D66
Maar van dat vertrouwen in het kabinet weten de coalitiepartners allerminst te profiteren. CDA en D66 staan respectievelijk op dertien en negen zetels – een kleine daling ten opzichte van medio februari, toen de coronacrisis in Nederland uitbrak. Bij de CU is geen effect zichtbaar: de kleinste regeringspartij staat al ruim een jaar op gemiddeld zeven zetels.
De stagnatie van de christendemocraten is extra opvallend gezien de hoge populariteitscijfers van CDA-ministers Wopke Hoekstra (Financiën) en Hugo de Jonge (Volksgezondheid). De bewindspersonen genieten volgens onderzoeksbureau I&O Research bijna evenveel vertrouwen als VVD-premier Rutte. Waarom weet maar één partij dat te vertalen naar zetelwinst?
‘Dat heeft te maken met de premiersbonus’, zegt I&O-onderzoeker Peter Kanne. ‘Je ziet vaker dat alleen de grootste coalitiepartij weet te profiteren, omdat zij de premier leveren.’ Hij wijst op het tweede kabinet-Rutte. ‘Daarin werden PvdA-ministers Jeroen Dijsselbloem en Lodewijk Asscher het beste gewaardeerd – ze scoorden veel hoger dan Rutte. Desondanks won de VVD de volgende verkiezingen glansrijk en kreeg de PvdA juist grote klappen. Het is kennelijk lastig voor juniorpartijen om de credits te pakken.’
grote voorsprong
Volgens het meest recente peilgemiddelde is de VVD virtueel bijna drie keer zo groot als eerste achtervolger GroenLinks (vijftien zetels) – een ongekende luxe met de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 in het vooruitzicht. Maar hoe stevig is de voorsprong? Partijleider Rutte hecht er zelf niet veel waarde aan, zei hij vrijdag bij de wekelijkse persconferentie. ‘Peilingen zeggen mij nu helemaal niets, de verkiezingen zijn nog een eeuwigheid ver weg.’
De grote steun voor regeringsleiders kan na de crisissituatie inderdaad weer verdwijnen, zegt politicoloog Simon Otjes. Waar president Bush eind 2001 het vertrouwen kreeg van 90 procent van Amerikaanse burgers, eindigde hij vijf jaar later op een historisch dieptepunt van 40 procent.
Toch kan premier Rutte zich in aanloop naar de verkiezingen geen betere uitgangspositie wensen, stelt Otjes. ‘Er is momenteel geen andere partijleider met de politieke klasse van Rutte. Als je daarnaast ziet hoe sterk zijn partij scoort in peilingen, zou het mij verbazen als de VVD volgend jaar niét opnieuw de grootste wordt.’
Daarbij sluit onderzoeker Peter Kanne zich aan. ‘Rutte heeft absoluut de beste papieren. Hij kan goed campagne voeren en wordt door mensen gezien als verreweg de meest betrouwbare premierskandidaat.’
Alleen grote fouten en nalatigheden in de coronacrisis kunnen roet in het eten gooien, denkt opinieonderzoeker Kanne. Bijvoorbeeld als uiteindelijk blijkt dat buurlanden veel betere beslissingen namen dan Nederland. ‘Maar kleine deukjes kan de premier zich veroorloven. We merken in onze onderzoeken dat mensen fouten van het kabinet verdisconteren. Niet al te grote misstappen worden in deze ongekende crisis eigenlijk op voorhand al vergeven.’
Het is daarom bijna onmogelijk de VVD komend jaar van de troon te stoten, denkt Kanne. ‘Rutte heeft poleposition te pakken en beschikt over de beste auto. Zie dat maar eens in te halen.’