Luister naar

Met deze subsidie stuurt de overheid mensen in de richting van een zelfgekozen levenseinde

Nieuws
Het is goed als huisartsen met patiënten praten over het levenseinde. Maar niet ingefluisterd door het Expertisecentrum Euthanasie.
donderdag 5 december 2019 om 03:00
Minister Hugo de Jonge wil het Expertisecentrum Euthanasie eventueel geld geven om huisartsen bij te scholen in praten over het levenseinde.
Minister Hugo de Jonge wil het Expertisecentrum Euthanasie eventueel geld geven om huisartsen bij te scholen in praten over het levenseinde. anp / Remko de Waal

De Tweede Kamer heeft minister Hugo de Jonge gevraagd voor de zomer van 2020 met een concreet actieplan te komen om de gesprekken tussen huisarts en patiënt over het levenseinde te stimuleren.

Daarbij wil een Kamermeerderheid dat de kennis en kunde die het Expertisecentrum Euthanasie (voorheen Levenseindekliniek) heeft, beschikbaar is voor huisartsen.

Minister De Jonge ziet dit centrum als aanvulling op de verantwoordelijkheid die artsen hebben om hun kennis op peil te houden. Hij wil een eventuele aanvulling op de financiering van het centrum bespreken.

Zo’n subsidie voor het Expertise­centrum Euthanasie betekent dat de overheid een beleid voert waarin mensen richting een zelfgekozen levenseinde worden gestuurd. Een zorgelijke en ongewenste ontwikkeling.

vertrouwen geven

Wij vinden het van groot belang dat Nederlanders objectief en niet-gestuurd gefaciliteerd worden bij het nadenken over hun levenseinde. Wij kiezen er daarom voor, mensen universele kennis en wijsheid aan te reiken, waardoor zij inzicht krijgen in het proces van sterven en zo hun levenseinde tegemoet kunnen treden met vertrouwen.

Sterven is een diep menselijke ervaring, waarin nabijheid, intimiteit en verbondenheid kan worden ervaren.

In omvang is de groep mensen die mondig en zelfredzaam genoeg is om over een zelfgekozen levenseinde na te denken, gering. Het gros van de Nederlanders daarentegen zou door de overmatige aandacht voor euthanasie in media en politiek – en straks, als gevolg van de interventie van de minister, in de huisartsenpraktijk – weleens meer angst kunnen krijgen voor het levenseinde dan noodzakelijk en gewenst is. Mensen zouden gemakkelijk kunnen gaan denken dat ieder sterfbed gepaard gaat met ondraaglijk en uitzichtloos lijden, en dat ze een keuze zouden moeten maken voor euthanasie of een zelfgekozen levenseinde in het kader van een zogenaamd voltooid leven.

Ben ik een last voor mijn kinderen, mijn omgeving of de maatschappij? Kost ik als oudere te veel? Dat zijn vragen die kunnen opkomen, en die door een gesprek met een – door het Expertisecentrum Euthanasie gevoede – huisarts een ongewenste richting in dreigen te gaan.

Ons centrum heeft de expertise om (huis)artsen van de nodige kennis en kunde op de hoogte te brengen om met hun patiënten ‘waardenvrij’ het contact aan te gaan over het levenseinde. Zo is er de documentaire CONTACT, waarin we een huisarts aan het werk zien in zijn begeleiding van een terminale patiënt. Er zijn onderwijs­modules voor artsen in opleiding, huisartsen en specialisten ouderengeneeskundigen.

dringend beroep

Een dringend beroep lijkt op zijn plaats op de minister en de politiek om heel zorgvuldig na te denken over de wijze waarop huisartsen beter toegerust zouden kunnen worden om levenseindegesprekken met hun patiënten te voeren. Met een exclusieve samenwerking met het Expertisecentrum Euthanasie, dat zijn kennis en focus richt op het zelfgekozen levenseinde, wordt het belang van de hele Nederlandse samenleving – waar in circa 94 procent van de sterfgevallen het ‘gewone sterven’ aan de orde is – niet gediend. <

Mail de redactie
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.
Bij christelijke organisaties lopen geloof en werk soms op een ongezonde manier door elkaar.

Werken bij christelijke organisatie valt soms tegen: zalvende woorden maar onrecht blijft bestaan

Het Nederlands Dagblad besteedde aandacht aan manipulatie, machtsmisbruik in de evangelische wereld. Maar het probleem speelt ook bij andere christelijke organisaties, schrijft Ineke Evink van vakorganisatie CGMV.

Mark Rutte, Geert Wilders en Sigrid Kaag. We hebben deze drie soorten politici nodig. Sterker, we zijn zélf van dit soort types en gedragen ons er naar.

We zijn saai, moralist en boos. En zo zijn ook onze politici. Daarom kunnen ze lastig samenwerken

Wij Nederlanders lijken op Rutte, Kaag en Wilders. Frank van den Heuvel laat zien hoe het karakter van iedere Nederlander bij een van deze drie politici past.

Stel dat ‘doe dit, tot Mijn gedachtenis’ al begint op het land? Dat is dus niet: onderwerp de grond aan een regime van uitputting, tot Mijn gedachtenis.

Avondmaal en eucharistie beginnen in de grond, waar het krioelt van torren en wormen

Jezus zegt niet: spuit gif op de vrucht en het blad en dood in het voorbijgaan alles er omheen, tot Mijn gedachtenis. Theoloog en boer in opleiding Elsa Eikema stelt prikkelende vragen bij ons avondmaal.

Afbeelding

Hoe het lijntje tussen de Nederlandse Gereformeerde Kerken en Israël hersteld kan worden

De Nederlandse Gereformeerde Kerken knipten het 'officiële lijntje' met Israël door, maar zoeken tegelijkertijd naar een manier om toch verbondenheid te tonen. Lieddichter Ria Borkent doet een voorstel.

Behandeling in de gesloten jeugdzorg heeft geen enkele kans van slagen zolang het aan echte nabijheid van hulpverleners ontbreekt.

Staatssecretaris Van Ooijen en Kamerleden, zet jullie boosheid over gesloten jeugdzorg om in actie

Hoe kan het dat staatssecretaris Van Ooijen (VWS) zegt dat de gesloten jeugdzorg misschien maar wat langer open moet blijven? Maak liever meer vaart om goede alternatieven te vinden, betoogt Margot Ende-van den Broek.

De Duitse bondskanselier Scholz staat onder druk: welke wapens gaat hij Oekraïne leveren?

Bondskanselier Scholtz kan een andere keus maken en zo een moreel belangrijke daad verrichten

Komende paasdagen vinden in Duitse steden vredesdemonstraties plaats. De leuze is: ‘Nooit weer oorlog is nú’. Want nú wordt besloten welke wapens Duitsland aan Oekraïne levert. Hans Ester legt uit hoe gevoelig dat ligt.