Luister naar

Een pleidooi voor kerkplanting-nieuwe stijl

Nieuws
Laten we stoppen met kerkplanting op de traditionele manier. En in plaats daarvan zendelingen als ‘tentenmakers’ erop uitsturen om zich op allerlei plekken in onze cultuur te vestigen. Een verhaal uit de Noord-Amerikaanse context, misschien met genoeg parallellen met West-Europa.
David Fitch bijzonder hoogleraar theologie aan Nort..
zaterdag 19 augustus 2017 om 03:00
Kerkplanting? Vorm een leefgemeenschap en verbind je daaraan voor een periode van tien jaar. Op de foto: de Haagse wijk Moerwijk.
Kerkplanting? Vorm een leefgemeenschap en verbind je daaraan voor een periode van tien jaar. Op de foto: de Haagse wijk Moerwijk. anp / Valerie Kuypers

Gevestigde kerken doen al jaren aan kerkplanting. Ze betalen voor drie jaar een voorganger (eigenlijk een soort ondernemer), materiaal en een gebouw. Het doel is een zelfstandige gemeente binnen drie jaar, die haar eigen dominee en overige kosten opbrengt.

Maar de kosten van deze manier van kerkplanting zijn enorm. Kerken investeren soms tot 350.000 euro om een project van de grond te krijgen. En er mislukken nogal wat!

waanzin

In de veranderende omgeving van het Noord-Amerikaanse post-christendom is deze aanpak van kerkplanting waanzin. Om een aantal redenen; ik noem er drie.

Het legt enorme druk op de voorganger om de banken vol te krijgen op zondagochtend, vaak met al weldoorvoede christenen. Het gaat uit van een reeds ‘gechristianiseerde’ bevolking waar je uit kunt putten (mensen die een leukere kerk zoeken). En zo krijg je geen nieuwe gemeente die omziet naar de lijdende, verloren volkeren die God met zichzelf in Christus verenigen wil (dat ‘komt altijd straks’, als we op eigen benen staan).

Waarom doen kerken dit dan toch? Omdat deze aanpak jarenlang heeft ‘gewerkt’. Er waren genoeg teleurgestelde protestanten of latente katholieken die een levend geloof zochten. En genoeg nieuwbouwwijken waar nog geen kerk was, en duizenden jonge (meest blanke) christenen die daar kwamen wonen en een bepaald soort kerk zochten.

Een jongeman – het was meestal een man – die kon preken en organiseren, kon in drie jaar wel een kerk van de grond krijgen, geen punt.

zoekers

Een tweede golf van kerkplantingen begon in de jaren tachtig van de vorige eeuw met de komst van kerken die zich op zoekers richtten. Zij probeerden de kerk ‘relevant’ te maken voor babyboomers die het geloof waren kwijtgeraakt.

Er werden honderden megakerken geplant, die volstroomden met kerkverlaters uit die generatie en daarnaast een verrassend aantal jongere christenen die het in de gevestigde kerken voor gezien hielden.

De oude manier van financiering van kerkplantingen werkte bij deze vorm ook nog. Je had er vooral een voorganger met ondernemers- en organisatietalent voor nodig.

Maar de tijden zijn veranderd. De ‘markt’ van deze diverse ‘gechristianiseerde’ bevolkingsgroepen krimpt en is in Noord-Amerika vrijwel verzadigd. De samenleving is steeds meer post- of niet-christelijk, buiten de invloedssfeer van de kerk.

Noord-Amerika is zendingsterrein geworden. Daarom moeten we niet meer investeren in kerkplantingen, maar in zendelingen. Dit is mijn voorstel:

1. niet één, maar velen

In plaats van die ene ondernemende voorganger om een centrum voor christelijke goederen en diensten op te zetten, maken we geld vrij voor twee of drie leiders (of leidersechtparen) om als team naar een plek te gaan waar de kerk (vrijwel) afwezig is. Meestal zijn dat niet de blanke middenklassewijken waar nieuwe evangelische kerken het vaak goed deden.

2. twee sporen

Deze leiders hebben vanaf het begin een tweevoudige roeping. Geef hun woonruimte voor twee jaar (in plaats van drie). Daarnaast kunnen ze een (parttime) baan zoeken op de werkvloer van een bedrijf, aan de onderkant van het salarisgebouw, om een vak te leren, zichzelf te bewijzen.

3. langere termijn

Het doel is dan niet om binnen drie jaar een zelfstandige gemeente te hebben. Het doel is een team van drie of vier leiders/echtparen die vijftien uur per week kunnen besteden om samen het evangelie vorm te geven in hun context. Zij worden dan ook ‘zelfstandig’ in de zin dat ze een baan hebben, een leefgemeenschap vormen, maar de verwachting is nu dat zij zich aan deze context of wijk verbinden voor een periode van tien jaar.

Deze nieuwe leidersteams hebben dan tijd en ruimte om:

– hun context te leren kennen door te luisteren naar hun buren en naar de buurt;

– samen een leefritme op te bouwen (getijden, gebed, samenleven, discipelschap en presentie te midden van hun buren);

– te onderscheiden waar God mee bezig is in en te midden van de buren en de buurt;

– het evangelie te brengen overal waar God aan het werk is (verzoening, vrede, vergeving, heling, rechtvaardigheid, een nieuwe schepping);

– een manier te ontwikkelen om nieuwe gelovigen in Christus op een weg van groei en discipelschap te brengen.

Ik geloof, als je drie of meer goede mensen ergens voor tien jaar neerzet, dat je dan een levende nieuwe uitdrukking van het evangelie (=kerk) krijgt in iedere context. Het evangelie als manier van leven zal wortel schieten. Velen zullen het koninkrijk binnenkomen.

Stel je voor wat er kan gebeuren als we in honderd van zulke teams zouden investeren. <

Mail de redactie
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.
Bij christelijke organisaties lopen geloof en werk soms op een ongezonde manier door elkaar.

Werken bij christelijke organisatie valt soms tegen: zalvende woorden maar onrecht blijft bestaan

Het Nederlands Dagblad besteedde aandacht aan manipulatie, machtsmisbruik in de evangelische wereld. Maar het probleem speelt ook bij andere christelijke organisaties, schrijft Ineke Evink van vakorganisatie CGMV.

Mark Rutte, Geert Wilders en Sigrid Kaag. We hebben deze drie soorten politici nodig. Sterker, we zijn zélf van dit soort types en gedragen ons er naar.

We zijn saai, moralist en boos. En zo zijn ook onze politici. Daarom kunnen ze lastig samenwerken

Wij Nederlanders lijken op Rutte, Kaag en Wilders. Frank van den Heuvel laat zien hoe het karakter van iedere Nederlander bij een van deze drie politici past.

Stel dat ‘doe dit, tot Mijn gedachtenis’ al begint op het land? Dat is dus niet: onderwerp de grond aan een regime van uitputting, tot Mijn gedachtenis.

Avondmaal en eucharistie beginnen in de grond, waar het krioelt van torren en wormen

Jezus zegt niet: spuit gif op de vrucht en het blad en dood in het voorbijgaan alles er omheen, tot Mijn gedachtenis. Theoloog en boer in opleiding Elsa Eikema stelt prikkelende vragen bij ons avondmaal.

Afbeelding

Hoe het lijntje tussen de Nederlandse Gereformeerde Kerken en Israël hersteld kan worden

De Nederlandse Gereformeerde Kerken knipten het 'officiële lijntje' met Israël door, maar zoeken tegelijkertijd naar een manier om toch verbondenheid te tonen. Lieddichter Ria Borkent doet een voorstel.

Behandeling in de gesloten jeugdzorg heeft geen enkele kans van slagen zolang het aan echte nabijheid van hulpverleners ontbreekt.

Staatssecretaris Van Ooijen en Kamerleden, zet jullie boosheid over gesloten jeugdzorg om in actie

Hoe kan het dat staatssecretaris Van Ooijen (VWS) zegt dat de gesloten jeugdzorg misschien maar wat langer open moet blijven? Maak liever meer vaart om goede alternatieven te vinden, betoogt Margot Ende-van den Broek.

De Duitse bondskanselier Scholz staat onder druk: welke wapens gaat hij Oekraïne leveren?

Bondskanselier Scholtz kan een andere keus maken en zo een moreel belangrijke daad verrichten

Komende paasdagen vinden in Duitse steden vredesdemonstraties plaats. De leuze is: ‘Nooit weer oorlog is nú’. Want nú wordt besloten welke wapens Duitsland aan Oekraïne levert. Hans Ester legt uit hoe gevoelig dat ligt.