‘Pietendiscussie gaat over de vraag wat onze identiteit is’
De Zwarte Pietendiscussie gaat niet alleen over de kleur van Zwarte Piet, zegt antropoloog Markus Barkenhol. De onderliggende vraag is veel meer wat de identiteit van Nederland is en hoe we omgaan met minderheden.

Amsterdam
Voorstanders van Zwarte Piet radicaliseren. Of het nu gaat om het met geweld verstoren van een vergadering van actiegroep Kick Out Zwarte Piet (KOZP) of het verspreiden van opruiende teksten via sociale media: de opvattingen over het traditionele sinterklaasfeest lopen nogal uiteen. Het Openbaar Ministerie maakte donderdag bekend dat ze 23 dagvaardingen stuurt aan mensen die zich vorig jaar bij de sinterklaasintocht in Amstelveen schuldig zouden hebben gemaakt aan dreigementen, opruiing of discriminatie via Facebook. En deze week pakte de politie een Hagenaar op die via sociale media aankondigde zichzelf op te willen blazen voor behoud van Zwarte Piet. Met de nationale sintintocht in Apeldoorn aanstaande zaterdag voor de deur en soortgelijke intochten elders, zetten steden zich vanwege aangekondigde demonstraties schrap en nemen de nodige veiligheidsmaatregelen.
niet verrassend
‘Het geweld in de Zwarte Pietendiscussie neemt toe’, bespeurt antropoloog Markus Balkenhol van het Meertens Instituut. ‘Dat is schrikken, maar niet verrassend.’ Balkenhol promoveerde op een proefschrift over het cultureel geheugen van de slavernij en houdt de ontwikkelingen rond de figuur Zwarte Piet in de gaten. Hij wijst erop dat al eind jaren zestig huisvrouw Riet Grünbauer bedreigd werd, omdat zij als eerste de figuur Zwarte Piet ter discussie stelde. En in 2008 werden twee kunstenaars in Eindhoven met de dood bedreigd, omdat ze protesteerden tegen gekleurde knechten, memoreert de antropoloog. ‘Het is dus niet nieuw, maar het debat wordt heviger. Dat is zorgelijk. De bereidheid onder pro-Zwarte Pietdemonstranten om geweld te gebruiken groeit, merkt hij. ‘Daarnaast zijn er veel mensen die voor een zwarte piet zijn, maar geweld afkeuren.’ Dat de polarisatie toeneemt tussen beide kampen, komt volgens Balkenhol doordat een deel van de samenleving meer is gaan hechten aan het idee van een volk met een eigen cultuur. ‘Dat komt door partijen als de PVV, VVD en Forum voor Democratie. Zij wekken de indruk dat de cultuur van Nederland bedreigd wordt door bijvoorbeeld vluchtelingen.’
visie veranderd
De visie op immigratie en de multiculturele samenleving die tot de jaren negentig gold, is daardoor veranderd, vervolgt hij. ‘Tot die tijd konden nieuwkomers integreren met behoud van hun eigen cultuur en leefde men bijna als in een verzuilde maatschappij naast elkaar. Al met de komst van Hans Janmaat van de Centrum Democraten begin jaren tachtig werd de politieke koers verlegd. Politici als Frits Bolkestein, Pim Fortuyn, Geert Wilders, Rita Verdonk en meer recent Thierry Baudet volgen dat spoor. Als Mark Rutte nu roept dat je “normaal moet doen of anders moet vertrekken”, zou dat in de jaren tachtig nog onacceptabel zijn geweest en als rechts-radicale taal zijn geduid. Daarmee zeggen we tegen minderheden: wie erbij wil horen, omarmt de Nederlandse tradities en geeft de eigen cultuur op.’ Dat roept de vraag op wat de Nederlandse identiteit is. ‘Is dat het christendom? Of juist seculiere opvattingen. Of het spel palingtrekken?
Onze nationale identiteit definiëren is nog niet zo makkelijk. Daar komt bij dat cultuur en tradities voortdurend veranderen. Wat we in de jaren vijftig belangrijk vonden, is nu veel minder belangrijk.’ In de discussie over de viering van het sinterklaasfeest is het helemaal lastig: ‘Mensen zijn daarmee opgegroeid en hebben er heel warme herinneringen aan. Het is onderdeel van hun leven en biografie. Als er dan kritiek op de kleur van Piet komt, wordt het daardoor veel persoonlijker. Mensen voelen zich daardoor extra snel aangevallen. Het doet pijn te beseffen hoe ver de gevolgen van kolonialisme en slavernij reiken.’
De kans dat het steeds verder uit de hand loopt, is reëel, meent hij. Hij wijst op een opiniestuk in de Volkskrant deze week, waarin onderzoeker Liesbeth Hulst en hoogleraar Kees den Bos oproepen geweld tegen KOZP serieus te nemen, omdat het past in een wetenschappelijk model over verschillende fasen van radicalisering van rechtse bewegingen. ‘Eerst voelen mensen zich bedreigd en verwachten ze dat de overheid bescherming biedt’, zegt Balkenhol, ‘als dat niet gebeurt, gaan ze het heft in eigen handen nemen. Dat zagen we in 2017 met de blokkade op de snelweg bij Dokkum. Als dat ook niet werkt, zal het leiden tot geweld’, voorspelt hij.
beeld: anp / Marco de Swart
‘Ik houd mijn hart vast voor aanstaande zaterdag. De politie moet goed voorbereid zijn.’ Balkenhol wijst erop dat de Zwarte Pietdiscussie veel verder gaat dan de figuur Zwarte Piet. ‘Je hebt een populistische stroming die zegt op te komen voor behoud van een Nederlandse identiteit. En je hebt tegenstanders die Zwarte Piet aangrijpen om te wijzen op een veel groter probleem: de noodzaak van aanpak van racisme in veel bredere zin van het woord, denk aan problemen met de toegang van minderheden tot woningen, opleidingen en arbeid.’ De impasse doorbreken kan niet zonder ‘fundamentele verandering in de maatschappij’, meent Balkenhol. ‘Je lost het onderliggende probleem van de pietendiscussie niet op met de introductie van een roetveegpiet.’ Volgens hem is het van belang dat het gesprek ‘voortdurend gaande’ blijft, waarin controverses niet onbenoemd blijven. ‘Anders praat je langs elkaar heen. We moeten hier wat mee. Wie opgegroeid is in Suriname of Nederland en een donkere huidskleur heeft, kan niet om deze discussie heen. Dit in tegenstelling tot een wit persoon die de luxe heeft het niet over racisme te hoeven hebben.’
Komend weekend draait het volgens Balkenhol om bescherming van de democratie. ‘Het recht op demonstratie geldt voor iedereen, dat móét gewaarborgd zijn.’ <
