Een allerlaatste aai voor Joerie. Tentoonstelling met intieme beelden.

Amsterdam
Wat doe je met je huisdier nadat het is overleden? Nog maar enkele decennia geleden lieten we onze dode hond of kat gewoon achter bij de dierenarts en was industriële destructie zijn lot. Soms groeven we een gat in onze eigen tuin. Maar tegenwoordig is een andere trend zichtbaar. Dierenbegraafplaatsen en crematoria schieten als paddenstoelen uit de grond. Nederland telt inmiddels dertig officiële dierenbegraafplaatsen en rond de veertig dierencrematoria. Alleen al in 2018 kwamen er vijf nieuwe dierencrematoria bij. Ter vergelijking: in 1979 bestond er in heel Nederland nog maar één dierenbegraafplaats en was er één dierencrematorium. We geven onze dieren steeds vaker een afscheid met menselijke trekken en we zijn bereid om daar honderden euro’s voor neer te tellen.
Een belrondje langs verschillende adressen leert dat een crematie van een grote hond al gauw tussen de 150 en 200 euro kost. Daar komen de kosten voor een speciale urn nog bij. Hiervoor tel je tussen de 100 en 200 euro neer.
Ophalen van het dode dier ‘met gepast vervoer’ behoort ook tot de mogelijkheden, maar daaraan hangt uiteraard ook een extra prijskaartje.
Het Amsterdamse uitvaartmuseum ‘Tot zover’ geeft in zijn woensdag geopende tentoonstelling De laatste aai een kunstzinnig gezicht aan mensenverdriet om dode dieren – een tentoonstelling die prikkelt tot nadenken.
dierenbegraafplaats
Museumdirecteur Guus Sluiter signaleert een nieuwe dierenrouwcultuur. ‘De helft van alle Nederlanders heeft één of meer huisdieren en aan die dieren geven we een speciale status. Nederlanders hebben samen ongeveer 35 miljoen huisdieren. Sommige gezinnen geven hun huisdier zelfs de achternaam van hun familie. Tachtig procent van de baasjes beschouwt hun kat of hond als gezinslid of beste vriend.’ Granieten grafsteenteksten op dierenbegraafplaatsen getuigen daarvan. ‘Hier rust onze trouwe gans Wammes, hij waande zich ieder jaar de vader van alle pasgeboren eendjes en paste op ze of het zijn eigen kindertjes waren. Lieverd, je taak is nu volbracht.’ Of ook deze graftekst van een hond met de naam Buddy. ‘Twaalf jaar heeft hij altijd klaar gestaan met een glimlach en een knuffel. Wat hebben we genoten van elkaar. Buddy, bedankt voor alles.’
‘Huisdieren krijgen tegenwoordig steeds vaker een afscheid met bijna menselijke trekken. Na afloop van dierencrematie of begrafenis neem je een pootafdruk, een plukje vacht of een urn mee als herinnering naar huis’, aldus Sluiter.
De tentoonstelling opent met de fotoserie ‘Joeri, mijn laatste dagen met mijn geliefde hond’. Toen haar 17-jarige hond er door ouderdomsgebreken zo slecht aan toe was dat hij binnenkort zou overlijden, besloot fotograaf Simone Henken het afscheidsproces van haar trouwe viervoeter vast te leggen op de gevoelige plaat.
intieme beelden
Dat leverde een niet alledaagse reeks intieme beelden op, met veelzeggende titels als ‘liefde is nog eenmaal met haar dansen’ en ‘liefde is haar op een voetstuk plaatsen’. Op de bijbehorende foto kijkt Henken vol trots naar haar parmantige hondje dat braaf op een kubus in de fotostudio zit. Grote kans dat het beeld bij de gemiddelde museumbezoeker direct een associatie oproept met een familiesessie bij de fotograaf. Dan niet met de hond op de kubus in de fotostudio, maar met het jongste kind. Op zijn minst een intrigerende oefening in omdenken voor de kijker en dat maakt dat de expositie direct boeit. De vervolgafbeelding toont een geëmotioneerde Henken die haar moe gestreden oude hondje stevig aan haar borst drukt. ‘Liefde is de moed vinden om haar te laten gaan’, vertelt de titel bij dit beeld. De fotoserie maakt de hechte vriendschap tussen mens en dier invoelbaar, evenals het pijnlijke proces van loslaten. In het laatste beeld legt Simone Henken in stemmig donkerblauw met bloemenkrans om haar eigen hals haar Joeri in een bed vol paarse bloemen. De voorlopige laatste rustplaats voordat het beestje naar de laatste rustplaats gaat.
Bezoekers van de expositie worden geleid langs tal van interessante foto’s, geschiedkundige overzichten en curieuze hebbedingetjes om je dode dieren in te bewaren. De grootste blikvanger is een meer dan levensgroot gevloerd beeld van een paard in de openingszaal. Het is de favoriet van museumdirecteur Sluiter. ‘Prachtig, zo’n stoer en trots paard, en dan kwetsbaar en gevloerd. Iedere paardenkenner weet dat dit dier dan sterft. Dit contrast ontroert me.’ Hij hoopt dat de expositie een eerbetoon is voor het gestorven dier. Maar bij vertrek roept het op zijn minst evenveel vragen op over zijn baasje. <