In Utrecht worden Oekraïense vluchtelingen steeds zelfstandiger, maar de opvang blijft een puzzel

Op de derde verdieping van zorgcentrum Rosendael heerst rust. Alleen de woorden ‘Don’t worry, be happy’ schreeuwen in zwarte letters van de muur, en uit de woonkamer klinkt zachte pianomuziek. Dat stopt abrupt als Luka, de pianist, de rolstoel van Andrey voor de deur ziet verschijnen. Hij duwt zijn vriend - druk pratend in het Oekraïens - verder door de gang naar de gemeenschappelijke keuken, waar een paar vrouwen eten opwarmen.
Luka en Andrey – beiden begin twintig – zijn twee van de 38 vluchtelingen uit Oekraïne die op deze opvanglocatie verblijven. Ze leerden elkaar hier kennen, in een vleugel van de betonnen kolos van zorginstelling Careyn in de Utrechtse wijk Overvecht. Met de ruime gangen, meerdere woonkamers, een grote ke..