De huismus wordt voor de twintigste keer de meest getelde tuinvogel, verwacht de Vogelbescherming

Zeist
‘Het beste kun je tuinvogels tellen kort na zonsopkomst of kort voor de zon weer onder gaat’, vertelt woordvoerder Marc Scheurkogel van de Vogelbescherming. ‘Als ze wakker worden, gaan vogels op zoek naar voedsel en dan heb je de meeste kans dat je ze te zien krijgt. Dat doen ze ook aan het einde van de dag, een uurtje voor het donker wordt en ze gaan slapen.’
Scheurkogel beseft maar al te goed dat het niet leuk is om een half uur te kijken en geen enkele waarneming te kunnen doorgeven ‘ook al moet je dat wel doen om het plaatje compleet te krijgen’. Daarom raadt hij aan te gaan tellen als het weer gunstig is, dus niet als het regent, ‘want dan verstoppen de vogels zich en krijg je ze niet te zien’.