In verkiezingstijd komt de Lelylijn weer op tafel
Bij het debat van het noorden pleitten maandag diverse partijen voor nieuwe treinverbindingen naar het noorden. Plannen daarvoor liggen er al jaren, maar voorlopig lijkt het te blijven bij beloftes.
- Gershon Osnabrugge aangepast 07:21
Leeuwarden
‘Stel dat de Lelylijn iedere keer dat deze beloofd werd, daadwerkelijk was aangelegd. Dan had Noord-Nederland nu een directe verbinding met heel Europa’, zei SP-lijsttrekker Lilian Marijnissen maandag tijdens het verkiezingsdebat van het noorden.
De Lelylijn is de beoogde hogesnelheidslijn tussen Lelystad en Groningen, met tussenstations bij onder andere Emmeloord en Drachten. De hogesnelheidslijn heeft als doel om het noorden beter met de Randstad te verbinden, station Zwolle te ontlasten en de drukte op de snelwegen te verminderen, met name de A6 en A7. De Lelylijn vloeit voort uit de Zuiderzeelijn, waarvan het idee al in 1969 werd gelanceerd. Pas in 2007 is er definitief een streep doorheen gezet, waarna het in 2018 opnieuw op de agenda is gezet.
Marijnissen reageerde in het debat met name op D66-fractievoorzitter Rob Jetten, die zich als fervent voorstander van de hogesnelheidslijn opwierp. In april 2019 gaf staatssecretaris Stientje van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat nog aan dat het kabinet niks zag in de Lelylijn. Toen in juni 2019 SP-Kamerlid Cem Laçin een motie indiende om de Lelylijn als optie te onderzoeken, stemden alle coalitiepartijen, waaronder D66, tegen. Alle oppositiepartijen stemden voor het onderzoek.
In december 2019 draaide de coalitie 180 graden, en dienden de vier partijen zelf een motie in om een haalbaarheidsonderzoek te realiseren, die unaniem werd aangenomen. Van Veldhoven was in de zomer al van gedachten veranderd. Dit omdat de provinciebesturen van Groningen en Drenthe in hun programma-akkoord hadden opgenomen dat ze willen inzetten op nieuwe spoorwegverbindingen.
In december 2020 stemde de Kamer in met het zogeheten ‘deltaplan voor het noorden’, waarvan de Lelylijn een belangrijk onderdeel is. Dit plan moet voor 1 mei 2021 in grote lijnen klaar zijn, zodat het naar de Tweede Kamer kan. Volgens Jetten is de hogesnelheidslijn in tegenstelling tot vroeger nu wel haalbaar, omdat vrijwel alle partijen het plan in hun verkiezingsprogramma hebben opgenomen.
Nedersaksenlijn
PvdA-lijsttrekker Lilianne Ploumen gaf in het debat aan voor de Lelylijn te zijn, maar wil zich ook hard maken voor de Nedersaksenlijn. ‘Deze treinverbinding is belangrijk voor het noorden en met name voor Drenthe.’ De Nedersaksenlijn is een directe treinverbinding tussen Enschede en Groningen via Emmen. Om deze treinverbinding te realiseren, moet er spoor worden aangelegd tussen Veendam en Enschede. Uit onderzoek dat de provincie Overijssel in 2019 liet doen, blijkt dat de beoogde treinverbinding tussen de 1700 en 2300 extra reizigers per week oplevert.
Ondanks dat diverse landelijke partijen de treinverbinding in hun verkiezingsprogramma hebben opgenomen, staan de provincies Drenthe en Groningen niet te springen om in de lijn te investeren, aldus Overijsselse gedeputeerde Bert Boerman. Overijssel is voorstander, en investeert extra om de Nedersaksenlijn mogelijk te maken, met de elektrificatie van de spoorlijn tussen Almelo en Mariënberg.
Staatssecretaris Van Veldhoven heeft net als de Lelylijn ook de Nedersaksenlijn in de toekomstvisie voor het openbaar vervoer opgenomen. Er zitten volgens de minister nog wel veel haken en ogen aan het plan en ze ziet nog geen ‘eenduidige oplossingsrichting’. <
25 miljoen per kilometer
Uit onderzoek, uitgevoerd in opdracht van Overijssel, blijkt dat de Nedersaksenlijn tussen de 555 en 675 miljoen euro moet kosten. De Lelylijn zal tussen de 3,5 en 5 miljard moeten kosten. Dit bedrag is gebaseerd op de Hanzelijn, die 50 km lang is en 1,2 miljard kostte. Van Lelystad naar Groningen is het drie keer zo ver, dus gaan de plannenmakers ervan uit dat het ook drie keer zoveel kost. Omgerekend is dit 25 miljoen euro per kilometer.