'Al jarenlang werk ik voor u...'
Jezus gebruikt de twee zonen in de gelijkenis van de verloren zoon als illustratie van de twee hoofdwegen waarlangs mensen geluk en vervulling najagen: de weg van moreel conformisme en de weg van zelfontdekking . Ze werken beide als een lens die onze hele kijk op het leven kleurt, of als een denkpatroon dat vorm geeft aan al je ideeën.
De oudste zoon in de gelijkenis staat voor de weg van moreel conformisme . De Farizeeërs van Jezus' dagen geloofden dat zij wel een door God verkoren volk waren, maar dat zij toch alleen door strikte gehoorzaamheid aan de Bijbel onder zijn zegen zouden blijven en uiteindelijke verlossing konden krijgen. Dit denkpatroon kent ontelbaar veel varianten; maar het gaat er altijd vanuit dat de wil van God en de maatstaven van de gemeenschap boven persoonlijke vervulling gaan. Geluk en herstel van de wereld zijn in deze visie alleen bereikbaar als we moreel correcte mensen worden. Natuurlijk kunnen we af en toe struikelen, maar dan word je beoordeeld naar de diepte en de hevigheid van je berouw. In deze visie moeten we altijd ergens aan voldoen, tot in onze mislukkingen toe.
De jongste zoon in de gelijkenis staat voor de weg van zelfontdekking . In oude patriarchale samenlevingen koos af en toe iemand deze richting, maar vandaag zijn het er veel meer. Volgens dit denkpatroon moet het individu vrij zijn om zijn of haar eigen doelen en zelfvervulling na te jagen, ongeacht de gewoontes en verwachtingen. In deze visie zou de wereld er veel beter voorstaan als tradities, vooroordelen, gezagsstructuren en
andere hinderpalen voor persoonlijke vrijheid werden verzwakt of weggenomen.
Fatsoen-fanatisme
Onze westerse maatschappij is zo diep verdeeld tussen deze twee zienswijzen, dat bijna niemand nog een andere manier van leven kan bedenken. Als je kritische afstand bewaart tot de ene weg, neemt iedereen aan dat je dus de andere hebt gekozen. Want elk van beide zienswijzen verdeelt de wereld gewoonlijk in twee hoofdgroepen. De morele conformist zegt: 'De immorelen - de mensen die 'doen wat ze willen' - zijn het grote probleem, en fatsoenlijke mensen zijn de oplossing'. De voorstanders van zelfontdekking zeggen: 'De fanatieke, geborneerde mensen - die zeggen de waarheid in pacht te hebben - zijn het grote probleem, en ruimdenkende, progressieve mensen zijn de oplossing.' Elk van beiden zegt: onze weg is de weg waarlangs het in orde zal komen met de wereld, en wie niet met ons is, die is tegen ons.
Twee verloren zonen
In het eerste bedrijf geeft Jezus in de persoon van de jongste zoon een voor iedereen herkenbaar beeld van zonde. De jonge man vernedert zijn familie en leidt een genotzuchtig, liederlijk leven. Hij is compleet losgeslagen. Hij is vervreemd van de vader, die in het verhaal staat voor God. Een ieder die zo leeft zou van God afgesneden worden, en dit zullen alle toehoorders van de gelijkenis hebben beaamd.
In het tweede bedrijf wordt echter ingezoomd op de oudste zoon. Hij is nauwlettend gehoorzaam aan de vader en dus, volgens de gelijkenis, aan God. Hij is compleet conformistisch en heeft veel zelfdiscipline. Zo hebben we hier twee zonen, de ene
'slecht' naar conventionele maatstaven en de andere 'goed'; en toch zijn ze allebei vervreemd van hun vader. De vader moet voor elk van beiden naar buiten komen en ze dan uitnodigen om bij zijn feest van liefde te komen. Er is in deze gelijkenis dus niet maar één verloren zoon - het zijn er twee.
Maar het tweede bedrijf komt bij een onaanvaardbare conclusie uit. Jezus laat in het verhaal opzettelijk de oudste zoon in zijn toestand van vervreemding. De slechte zoon gaat naar het feest van de vader maar de goede zoon wil niet. De hoerenloper wordt
gered, maar de man van morele onberispelijkheid is nog steeds verloren. Je hoort bij de afloop van het verhaal bijna de Farizeeën ademhappen. Het was de complete omkering van alles wat hun altijd was geleerd.
En Jezus laat het daar niet bij. Het wordt nog gekker. Waarom gaat de oudste zoon niet naar binnen? Hij noemt zelf de reden: ,,Omdat ik nooit ongehoorzaam aan u ben geweest.'' Niet ondanks maar juist door zijn goedheid raakt de oudste zoon hier de liefde van zijn vader kwijt. Niet zijn zonden werpen de barrière tussen hem en zijn vader op, maar de trots op zijn morele staat van dienst; niet zijn wangedrag maar zijn rechtvaardigheid weerhoudt hem van deelname aan het feest van de vader.
Hetzelfde hart
Hoe kan dat? Dat kan doordat de zonen in hun hart, en in de twee manieren van leven die zij vertegenwoordigen, veel meer gelijkenis vertonen dan op het eerste gezicht. Wat wilde de jongste zoon het liefste in het leven? Hij had weinig zin om in het familiebezit te delen onder vaderlijk toezicht. Hij wilde zijn eigen beslissingen nemen en onbelemmerde controle hebben over zijn deel van de rijkdom. Hoe kreeg hij dat? Met een staaltje van brutaliteit, een grove schending van gangbare normen, een complete onafhankelijkheidsverklaring.
Wat wilde de oudste het liefst? Als je erover nadenkt, kom je tot de conclusie dat hij hetzelfde wilde als zijn broer. Hij was net zo rancuneus tegen de vader als de jongste zoon. Ook hij wilde meer de dingen van zijn vader dan de vader zelf. Maar terwijl de
jongste zoon naar een verre landstreek ging, bleef de oudste in de buurt en 'was nooit ongehoorzaam'. Dat was zijn manier om greep te krijgen. Zijn onuitgesproken eis luidt: 'Ik ben nooit ongehoorzaam geweest! Nu moet u de dingen in mijn leven doen zoals ik wil.'
De twee zonen waren in hun hart hetzelfde. Ze hadden beiden een hekel aan het gezag van hun vader en zochten manieren om eronderuit te komen. Ze wilden beiden in een positie komen waarin ze de vader konden voorschrijven wat hij moest doen. Met andere woorden, beiden kwamen in opstand - maar de een deed dat door heel slecht te zijn, en de ander door extreem goed te zijn. Ze zijn beiden vervreemd geraakt van het vaderhart; het zijn twee verloren zonen.
Ziet u wat Jezus hier dus leert? Geen van beide zonen had de vader op zichzelf lief. Beiden gebruikten de vader meer voor eigen egocentrische doeleinden dan dat ze hem liefde, vreugde en dienstbaarheid betoonden omwille van hemzelf. Dit betekent dat je tegen God in opstand kunt komen en van hem kunt vervreemden ofwel door zijn regels te overtreden, ofwel door ze allemaal ijverig na te leven.
Het is een schokkende boodschap: zorgvuldige naleving van Gods wet kan functioneren als strategie voor opstand tegen God.
Dieper verstaan van zonde
Met deze gelijkenis geeft Jezus een veel diepzinniger idee van 'zonde' dan we ooit zouden hebben als hij het ons niet aan de hand deed. De meeste mensen denken bij zonde aan iemand die onder de maat van Gods gedragsregels blijft. De definitie van zonde die Jezus geeft behelst niet minder maar juist meer dan dat. Flannery O'Connor zegt in haar roman Het wijze bloed over de figuur Haze Motes dat 'hij een diepe, zwarte, woordeloze overtuiging had dat je Jezus kon omzeilen door de zonde te omzeilen'. Dat is een diep inzicht. Je kunt Jezus als Verlosser omzeilen door alle morele voorschriften na te leven. Doe je dit, dan heb je 'rechten'. God is aan jou nu gebedsverhoring en een goed leven verschuldigd, en daarna een toegangskaart voor de hemel. Jij hebt geen Verlosser nodig die jou gratis gratie verleent, want je bent je eigen verlosser. Dit is duidelijk de houding van de oudste zoon.
Achter de sterk verschillende gedragspatronen van de twee broers gaat dezelfde drijfveer en bedoeling schuil. Op hun verschillende manieren gebruiken ze allebei de vader om de dingen te krijgen waar ze eigenlijk hun hart op hebben gezet. Het was de rijkdom en niet de liefde van de vader waar zij hun geluk en vervulling in dachten te vinden.
Aan het eind van het verhaal heeft de oudste zoon gelegenheid om zijn vader werkelijk vreugde te bezorgen door naar het feest te gaan. Maar uit zijn wrokkige weigering blijkt dat het geluk van de vader nooit zijn oogmerk is geweest. Als de vader de jongste zoon weer opneemt, wat een verkleining van het erfdeel van de oudste betekent, wordt het hart van de oudste zoon blootgelegd. Hij doet alles wat hij kan om zijn vader te kwetsen en te weerstaan.
Als u net zoals de oudste zoon probeert God te beheersen via gehoorzaamheid, dan is al uw moraal slechts een manier om God te gebruiken, om te zorgen dat hij u in het leven de dingen schenkt die u eigenlijk wilt.
Beiden fout; beiden geliefd
Jezus verdeelt de wereld niet in de morele 'goeden' en de immorele 'slechten'. Hij laat zien dat iedereen zich overgeeft aan een zelfverlossingsproject, aan het gebruiken van God en anderen om zelf macht en invloed te krijgen. We pakken het alleen verschillend aan. Maar ook al zitten beide zonen fout, de vader geeft om hen, en vraagt beiden terug te komen naar zijn liefde en zijn feestmaal.
Dit wil zeggen dat Jezus' boodschap, het 'evangelie', een spiritualiteit is die van alle andere verschilt. Het evangelie van Jezus is niet religieus of onreligieus, niet moreel of immoreel, moralistisch of relativistisch, conservatief of progressief. Het staat ook niet ergens halverwege een schaal tussen twee uitersten; het is iets volkomen anders.
Het evangelie verschilt van de andere twee benaderingen. Iedereen zit volgens het evangelie fout, iedereen is geliefd, en iedereen is geroepen dit in te zien en te veranderen.
Oudste zonen daarentegen verdelen de wereld in tweeën: 'De goede mensen (wij) zijn binnen en de slechte mensen, die de oorzaak zijn van alle problemen, staan buiten.' Jongste zonen, ook als ze helemaal niet in God geloven, doen hetzelfde en zeggen dan: 'Nee, de ruimdenkende en tolerante mensen zijn binnen en de fanatieke, bekrompen mensen, die de oorzaak zijn van alle problemen, staan buiten'. Maar Jezus zegt: 'De nederigen zijn binnen en de hoogmoedigen staan buiten' (vgl. Lucas 18:14). De mensen die erkennen dat ze niet bijzonder goed of ruimdenkend zijn, bewegen zich in Gods richting, want voorwaarde voor het ontvangen van Gods genade is het besef dat je die genade nodig hebt. De mensen die denken dat het met hen best goed gaat, dank u, bewegen zich bij God vandaan. 'De Heer ... ziet naar de nederige om, de hoogmoedige doorziet hij van verre' (Psalm 138:6).
Een krant zou ooit aan lezers de vraag hebben voorgelegd: 'Wat zit er fout met de wereld?' waarop de katholieke denker Chesterton de volgende korte brief zou hebben geschreven: 'Geachte redactie, Ik. Met vriendelijke groet, G. K. Chesterton.' Ziedaar de houding van iemand die de boodschap van Jezus begrepen heeft.