Ad de Bruijne: Waarom Jezus zijn volgelingen vergeleek met interseksuelen
‘U hebt enkele velden nog niet ingevuld.’ In rode letters verschijnt deze vermaning in het digitale formulier op je beeldscherm. Misschien vergat je het e-mailadres of liet je niet weten of je voortaan de nieuwsbrief wilde ontvangen. Of het lukte niet om te kiezen uit ‘man’ of ‘vrouw’. Veel formulieren vragen naar je geslacht. Maar bij sommige mensen is niet duidelijk of ze man of vrouw zijn. En dan niet zoals bij transgenders, die een vrouwenlichaam hebben maar zich man voelen (of omgekeerd). Nee, sommige mensen bezitten biologische kenmerken van beide geslachten. Hun chromosomen of geslachtshormonen zijn gemengd. Of ze hebben zowel een penis als een baarmoeder. Tegenwoordig heten ze ‘interseksuelen’, vroeger vaak ‘eunuchen’. Het gaat om hoogstens een procent van de mensen, maar dat zijn er wereldwijd altijd nog 75 miljoen.
In de afgelopen week kwamen ze in het nieuws. Het hoogste Duitse rechtscollege bepaalde dat je voortaan op officiële formulieren naast ‘man’ of ‘vrouw’ ook de optie ‘interseksueel’ mag aanvinken.
liberale agenda
Deze erkenning van interseksualiteit staat niet op zichzelf. Zij maakt deel uit van de liberale agenda van seksuele emancipatie. Die neemt afstand van de gedachte dat man-zijn en vrouw-zijn vaste en onderscheiden categorieën zijn. Alleen al biologisch gezien weten we tegenwoordig dat dit relatiever is. Er is eerder sprake van een mengsel van dezelfde factoren, dat bij ieder mens weer anders kan uitpakken. Daarom heeft iedereen recht op een eigen genderidentiteit. In het geval van homoseksueel man of vrouw zijn, en ook bij transgenders ontbreekt hiervoor nog de onomstotelijke biologische basis. Maar om interseksualiteit kan niemand heen. Daarom nam de aandacht voor interseksuelen de laatste decennia sterk toe. Helaas niet altijd uit bewogenheid met hun lot, maar vaak in dienst van deze bredere agenda van het genderdebat.
Orthodoxe christenen zullen juist benadrukken dat God mensen wel degelijk schiep als mannelijk of vrouwelijk en dat ons mens-zijn dus zo bedoeld is. Dan kan interseksualiteit geen natuurlijke variant vormen. Het is een pijnlijke gebrokenheid. Dat kan evengoed een reden zijn om mensen in de praktijk tegemoet te komen met aanpassingen en tussenoplossingen, ook in keuzeopties van invulformulieren.
Maar bovendien vind ik dat we hier meer moeten zeggen dan alleen ‘gebrokenheid’.
tweederangs
In de eerste eeuwen van de kerkgeschiedenis en in de Middeleeuwen hadden christenen opmerkelijk veel belangstelling voor eunuchen of interseksuelen. Sommigen spraken zelfs van een ‘derde geslacht’, naast man en vrouw. Op de achtergrond daarvan stond Jezus’ woord in Matteüs 19, waar Hij zijn volgelingen vergelijkt met eunuchen. Hij zegt: sommige mensen zijn als eunuch of interseksueel geboren, maar jullie moeten zo’n levensweg zo nodig vrijwillig op je nemen. De Joden beschouwden interseksuelen als tweederangs, omdat ze geen kinderen konden krijgen en dus geen volwaardige mannen waren. Als je dat bedenkt, proef je hoe ongewoon en schokkend Jezus’ vergelijking met interseksuelen was. Andere bijbelwoorden maken duidelijk wat daarachter zit. In het komende koninkrijk hebben huwelijk, seksualiteit, voortplanting en voortplantingsorganen hun tijd gehad. Dat relativeert ook het man-zijn en vrouw-zijn zoals we dat nu kennen. Daarom kan het Nieuwe Testament bijvoorbeeld ook ongehuwd zijn ineens anders bekijken: van een vorm van lijden wordt dat een voorkeursoptie op weg naar het koninkrijk. Wat in het licht van de schepping een gebrokenheid vormt, ziet er dus in het perspectief van het koninkrijk anders uit.
Ik heb zomaar het idee dat we daar als hedendaagse christenen nog niet genoeg over hebben nagedacht. Het heeft betekenis voor al die vormen van man- en vrouw-zijn die niet goed passen bij de geschapen orde. Voor interseksuelen, maar ook voor homo’s en transgenders. In onze bezinning blijken enkele velden nog niet ingevuld.