Vrees voor meer geweld bij verkiezingen in Congo
Kinshasa
Dat er zondag in Congo verkiezingen plaatsvinden, is allerminst vanzelfsprekend.
Lange tijd weigerde de huidige president Joseph Kabila op te stappen. Hij zit al zeventien jaar in het zadel – de laatste twee jaar illegaal. Zijn tweede termijn eindigde in 2016 en een derde staat de grondwet niet toe.
Dus speelde Kabila de kaart van de vertraging, zegt de Vlaamse Congo-expert Kris Berwouts, die het boek Congo’s gewelddadige vrede schreef. ‘Hij bleef president door simpelweg geen verkiezingen te organiseren.’
Dit tot groot ongenoegen van de bevolking, die herhaaldelijk tegen Kabila in opstand kwam en zijn vertrek eiste. Diverse keren sloeg het Congolese leger dergelijke opstanden met harde hand neer. Daarbij vielen tientallen doden.
Na een brand in een loods, waarbij duizenden stemcomputers verloren gingen, stelde de Congolese kiescommissie de stemming, die oorspronkelijk op 23 december zou plaatsvinden, opnieuw een week uit. Of ze zondag wel doorgaat, betwijfelt Berwouts. ‘Dat zal moeten blijken. Het regime lijkt vastberaden. Maar ondanks de gemuilkorfde pers krijgen we informatie door over de chaos waarin de laatste voorbereidingen verlopen.’
totale controle
De strijd op de verkiezingsdag gaat tussen drie personen: Emmanuel Ramazani Shadary als kandidaat van het regime, Félix Tshisekedi, zoon van de oppositieleider Etienne Tshisekedi en Martin Fayulu van het platform Lamuka (Ontwaak!).
Een boeiend plaatje, ook geografisch, vindt Berwouts. ‘Shadary komt uit het oosten van het land, Fayulu uit Kinshasa in het westen, en Tshisekedi uit de zuidelijke Kasaiprovincies. Het zouden interessante verkiezingen kunnen zijn wanneer ze transparant en eerlijk verlopen.’
Die kans is echter nul, benadrukt hij. Het heersende regime houdt de totale controle op de kiescommissie en het Grondwettelijk Hof dat de winnaar moet uitroepen.
Bovendien mogen inwoners uit de steden Beni, Butembo en Yumbi niet stemmen, in verband met eboladreiging en etnisch geweld. In de eerste twee steden wonen veel aanhangers van de oppositiekandidaat Fayulu. Zij mogen pas in maart hun stem uitbrengen, twee maanden na de beëdiging van de nieuwe president. Berwouts: ‘Het regime maakt er een karikatuur van. Welkom in Absurdistan, waar een overwinning voor de oppositie geen optie is. De regering wil Shadary als winnaar.’
Die is door Kabila met zorg uitgekozen. ‘Shadary is iemand zonder eigen politieke machtsbasis, zonder internationaal netwerk en zonder financiële middelen. Zijn campagne hangt van Kabila af.’ Of dat betekent dat de huidige president daarmee de garantie heeft dat Shadary loyaal is, is wat Berwouts betreft niet zeker. ‘Er zijn landen in de regio te noemen, bijvoorbeeld Angola, waar iemand na lange tijd de macht afstaat en constateert dat zijn opvolger toch snel zijn eigen krijtlijnen uittekent.’
Berwouts vreest dat Shadary, wanneer hij aan de macht zou komen, vooral ‘meer van hetzelfde’ zal betekenen. ‘Vooral van de bad governance die in Congo zo groot is dat we er ooit de term kleptocratie (een staat van dieven, red.) voor moesten uitvinden.’
onveiligheid
De verkiezingen spelen zich af tegen de achtergrond van etnisch geweld en conflicten, die het land al teisteren sinds de onafhankelijkheid in 1960. Alleen al in Oost-Congo bevinden zich zeventig verschillende gewapende groeperingen, meldt de denktank Council on Foreign Relations.
Kabila is er niet in geslaagd de onveiligheid in het oosten onder controle te krijgen. Berwouts: ‘Het geweld is op een bepaald moment verminderd en evolueerde van een open oorlog tot een soort low-profile conflict, waarbij lokale conflicten door allerlei manipulaties op provinciaal en nationaal gebied een onontwarbare kluwen werden.’
Het langdurig aanblijven van de president heeft de situatie nog verergerd. Ook de verkiezingen brengen waarschijnlijk nieuw geweld mee. ‘De situatie is intussen zodanig verziekt dat een scenario zonder chaos en geweld nauwelijks voor te stellen is’, zegt Berwouts.
Het echtpaar Mark en Corine Godeschalk, dat door de Gereformeerde Zendingsbond naar de Congolese provincie Ituri is uitgezonden, is daarom uit voorzorg tijdelijk naar Uganda vertrokken.
‘Hoewel dat niet in de buurt van onze woonplaats aan de orde is, zijn op andere plaatsen in Ituri rebellengroepen en milities actief’, vertelt Mark Godeschalk aan de telefoon. Samen met zijn vrouw werkt hij in de gezondheidszorg. ‘Die groepen terroriseren de bevolking en persen de mensen af. Gelukkig komen ze meestal niet in de buurt van dorpen.’
Dat er onrust in de regio heerst, wordt vooral zichtbaar in de grote steden. Godeschalk: ‘Daar staan de voertuigen en helikopters opgesteld van Monusco, de vredesmacht van de Verenigde Naties, bedoeld om de boel te bewaken.’ In totaal bevinden zich 19.000 blauwhelmen in het land.
Godeschalk ziet de gevolgen van de conflicten ook terug in de patiënten die hij behandelt in het ziekenhuis: elke week komen daar een of meer mensen met schotwonden binnen. Vaak gaat het om Congolese soldaten die uit het noordoosten van de provincie komen.
bodemschatten
Naast conflicten heeft Congo te maken met een omvangrijk armoedeprobleem.
In theorie zou het land een van de rijkste van Afrika kunnen zijn, dankzij een grote voorraad bodemschatten. Grondstoffen als goud, diamanten en koper zijn veel waard, vertelt Berwouts. ‘Andere zijn strategisch erg belangrijk in een snel moderniserende wereld. Uranium en coltan bijvoorbeeld, het eerste als bestanddeel van kernwapens, en het tweede als essentieel onderdeel van microtechnologie en informatica.’
Plunderingen – door de voormalige Belgische overheersers, de Congolese presidenten en de milities – staan de welvaart echter in de weg. Berwouts: ‘De roofbouw die in Congo is ontstaan, blijft één van de belangrijkste hinderpalen om een succesvolle staat op te bouwen.’
Het resultaat is een straatarm land, met een groot werkloosheidsprobleem en slechte toegang tot gezondheidszorg, onderwijs en voedsel. In maart meldden de Verenigde Naties dat dertien miljoen inwoners dringend noodhulp nodig hebben.
‘Veel mensen zijn de hele dag bezig met overleven’, vertelt Mark Godeschalk, die geregeld ondervoede kinderen behandelt. ‘Het komt vaak voor dat kinderen zo weinig voedsel krijgen dat ze op den duur niet eens meer willen eten. Dan is een opname in het ziekenhuis nodig.’
vluchtelingen
Het gevoel van mensen dat ze nog even arm zijn als twintig jaar geleden, ligt aan de basis van de protesten tegen de regering, zegt Berwouts. ‘Daarom willen de mensen Kabila weg hebben.’ Ook de buurlanden zien de president liever vandaag dan morgen gaan. ‘Zij hebben op cruciale momenten druk op Kabila uitgeoefend om toch verkiezingen te organiseren. Niet omdat ze wakker liggen van democratie, maar omdat ze bang zijn voor een nieuwe implosie van het land. Die zou ongunstige gevolgen hebben voor hun eigen binnenlandse stabiliteit en ontwikkeling.’
Zo kregen de omringende landen de afgelopen jaren te maken met een enorme stroom aan Congolese vluchtelingen, die probeerden te ontkomen aan het geweld in hun eigen land. Uganda vangt de grootste klap op: sinds januari 2018 staken er volgens de VN-vluchtelingenorganisatie al 37.128 Congolezen de grens over. Het land treft al voorbereidingen voor een mogelijk hernieuwde stroom vluchtelingen in het geval het geweld na zondag oplaait. <
Het echtpaar Mark en Corine Godeschalk is in mei 2018 door de GZB uitgezonden naar de provincie Ituri in de Democratische Republiek Congo. Daar wonen ze samen met hun drie kinderen. Mark en Corine werken beiden in een ziekenhuis dat is opgericht door een protestantse kerk in Oost-Congo. ‘Op plaatsen waar jaren geleden de eerste missionarissen kwamen, springt de kerk, die de spil in de samenleving is, in het gat waar de overheid het niet voor elkaar krijgt om gezondheidszorg te bieden’, vertelt Mark Godeschalk. Hij hoopt dat de verkiezingen ‘een leider zullen opleveren die het land zal regeren met oog voor het volk’.