Leger van Assad rukt op naar Idlib
Beiroet
Idlib is in de Syrische burgeroorlog uitgegroeid tot het afvoerputje van oppositiegezinde inwoners. Terwijl president Assad grote delen van zijn land terugveroverde, liet hij de onderdanen die zich tegen zijn bewind bleven verzetten naar Idlib afvoeren. Na de val van Aleppo, nu ruim een jaar geleden, gebeurde dat met busladingen tegelijk. De Verenigde Naties hielpen openlijk mee met deze ‘evacuaties’ per touringcar.
Idlib werd in het afgelopen najaar door Rusland, Turkije en Iran op de kaart gezet als ‘de-escalatiezone’ waar Assad de bevolking zou sparen. Maar daar blijken de troepen van Assad zich nu niets meer van aan te trekken. Na maanden sluimerende gevechten, voeren het Syrische leger en de daaraan verbonden milities hier sinds vorige week openlijk oorlog. Tientallen dorpen zijn inmiddels heroverd. Assad staat op het punt een strategische luchtmachtbasis, Abu Duhur, terug te veroveren op de rebellen.
De VN melden dat sinds 1 december al bijna 100.000 mensen in Idlib op de vlucht zijn geslagen. Dikwijls gaat het om mensen die al eerder zijn gevlucht uit andere delen van Syrië, omdat ze in Idlib dachten veilig te zijn.
De situatie is ‘extreem chaotisch’, waarschuwt het vluchtelingenkantoor van de VN. Inwoners verplaatsen zich over het open platteland van Noord-Syrië en hebben vaak geen onderdak voor de nacht. Het is ‘extreem moeilijk’ voor deze vluchtelingen om woonruimte te vinden.
ziekenhuizen
Volgens de Verenigde Naties zijn de afgelopen dagen ook scholen en ziekenhuizen gebombardeerd. Een kraamkliniek annex kinderziekenhuis zou door drie luchtaanvallen zijn getroffen. Een ziekenhuis dat vanwege eerdere bombardementen al was verhuisd naar een grot, zou ook zijn getroffen. Het is overigens onmogelijk dergelijke berichten te controleren. Westerse autoriteiten en hulpverleners kunnen Idlib niet bezoeken, want dan worden ze ontvoerd door terroristen. Hulporganisaties in Syrië hebben in het verleden ten onrechte melding gemaakt van aanvallen op ziekenhuizen.
Donderdag stelde het ministerie van Buitenlandse Zaken in Damascus in een zeldzame persverklaring dat er geen ziekenhuizen zijn gebombardeerd. Frankrijk, dat de bombardementen eerder had veroordeeld, kreeg een veeg uit de pan van het Syrische staatspersbureau SANA. Parijs toonde ‘grote onkunde’ over het huidige offensief, waarmee het platteland van Idlib wordt ‘bevrijd’ van ‘terrorisme’. SANA toonde opnames van een ‘bevrijd’ dorp, Groot-Karatin, dat door de inwoners verlaten leek.
De opmars van Assad in Idlib wordt in de kaart gespeeld door een hevige machtsstrijd binnen de plaatselijke rebellengroepen. Ooit was een deel daarvan gericht op een min of meer democratisch bewind in Syrië. Maar na de val van Aleppo gingen terroristische, al-Qaeda verwante groeperingen de boventoon voeren. In Idlib voert een regering gedomineerd door Hay’at Tahrir al Sham – internationaal beschouwd als een terreurbeweging – sinds eind 2017 strijd met de laatste gematigde elementen.
droneaanvallen
Een coalitie geleid door Hay’at Tahrir al Sham is inmiddels een tegenoffensief begonnen. Daarnaast vond de afgelopen dagen een serie mysterieuze mortieraanvallen en droneaanvallen plaats op Hmeimim, de Russische legerbasis in Syrië. Rusland is een trouwe bondgenoot van Assad en een grote militaire steunpilaar.
Niemand weet wie er achter de aanvallen zit. Nog niet eerder werd er in de Syrische oorlog gevochten met bewapende drones van dit geavanceerde kaliber. Rusland beschuldigt de Verenigde Staten, maar die ontkennen. Rusland beschuldigde aanvankelijk ook Turkije, maar heeft dat verwijt inmiddels ingetrokken. Bij de aanvallen op Hmeimim zijn twee Russische militairen omgekomen.
Ook in een andere ‘de-escalatiezone’, in Oost-Ghouta bij Damacus, wordt door Assad hevig gevochten tegen de rebellen. Het vredesproces in Syrië zit muurvast: westerse analisten gaan er inmiddels alom vanuit dat Assad uiteindelijk geheel Syrië zal heroveren. <