Typisch Nederlandse molen in het Amerikaanse dorpje Little Chute om afkomst te benadrukken
Uden - Little Chute
Het dorpje Little Chute in het noorden van de staat Wisconsin stelt eigenlijk weinig voor. Een argeloze bezoeker is erdoorheen voordat hij met zijn ogen knippert. Maar om de molen kan ook hij niet heen. De blikvanger staat midden in het centrum, pal naast het gemeentehuis. Op de stoep een Nederlandse en een Amerikaanse vlag. Een bord roept vrijwilligers op zich te melden. In het kleine voortuintje staan wat verlepte tulpen en een beeldje van een ‘Hollands’ mannetje en vrouwtje die elkaar kussen.
In het kleine voortuintje staan wat verlepte tulpen en een beeldje van een ‘Hollands’ mannetje en vrouwtje die elkaar kussen. - beeld Riekelt Pasterkamp
De windmolen van 30 meter hoog is gemaakt naar een authentiek, volledig functionerend ontwerp uit 1850. In die tijd waren er veel van dit soort molens te vinden in Noord-Brabant. Maar zo oud is dit exemplaar nog niet. De molen is in 2012 gebouwd door Verbij Molenmakers uit Hoogmade, gedemonteerd, verscheept naar Little Chute en weer in elkaar gezet.
‘Bij storm en ontij zetten we ‘m vast. Net als bij jullie in Holland.’
De korenstellingmolen en het bijbehorende Van Asten Historisch Centrum zijn eigenlijk bedoeld als monument voor het Nederlands erfgoed. Als herinnering aan de emigratie vanuit Nederland naar dit deel van de Verenigde Staten. Little Chute is namelijk gesticht door Nederlanders en de plaatsnaam verwijst naar een kleine waterval in de Fox-rivier die door het dorp stroomt. Het was de wens van de bevolking om er een Hollandse molen te bouwen, om hiermee hun afkomst en identiteit te benadrukken.
Het moet worden gezegd: in Little Chute barst het van de Nederlandse invloeden. Neem alleen al de Nederlands klinkende achternamen waar je hier over struikelt: Vanden Berg, Peerenboom, Van Deurzen, De Both en anderen. De geschiedenis van Little Chute begint bij de dominicaner priester Theodorus van den Broek. Hij kreeg een innerlijke roeping om een sociaal en welgesteld leven achter zich te laten en de onbekende toekomst in Amerika te zoeken. Hij stelde zich tot doel indianen te bekeren.
In 1835 arriveerde Van den Broek in Little Chute. Volgens de overlevering bouwde Marie Anne, dochter van de indiaanse stamleider Little Wolf, een wigwam voor hem. De locatie fungeerde lange tijd als kerk, school en woning. Na de groei van zijn gemeente bouwde Van den Broek een houten kerk.
De molen staat als blikvanger midden in het centrum van Little Chute, pal naast het gemeentehuis. Op de stoep een Nederlandse en een Amerikaanse vlag. - beeld Riekelt Pasterkamp
De geestelijke fungeerde in Little Chute als voorganger, onderwijzer en dokter. Hij preekte in het Frans, Engels en Duits (voor kolonisten) en in de taal van de indianen.
In 1847 keerde Van den Broek terug naar Nederland, naar Uden, het dorp van zijn ouders. Hij maakte daar zo veel mensen enthousiast om te verkassen naar ‘het land van melk en honing’ dat in 1848 drie boten vol met Nederlandse emigranten de oversteek waagden. Ze gingen allemaal wonen en werken in Little Chute en bij Van den Broek naar de kerk.
hartaanval
Lang hebben ze niet van elkaars aanwezigheid kunnen genieten. Van den Broek overleed in 1851 aan een hartaanval. Little Chute groeide uit tot een plaats met zo’n 12.000 inwoners. ‘We zijn trots op onze afkomst’, zegt Nancy Peerenboom.
In 2018 was er een beweging in omgekeerde richting. Zo’n 35 nazaten staken de oceaan over om een bezoek te brengen aan Uden, of ‘Oe-den’ zoals de locals zeggen. Ze bezochten de Kilsdonkse molen, boerderijen waar hun voorouders opgroeiden, het Brabantse platteland. De mensen uit Little Chute maakten in Uden kennis met verre familieleden die ze nog nooit hadden gezien.
Larry van Lankvelt heeft ook zijn roots in het Brabantse land. Hij is een van de zes molenaars van Little Chute en ook vrijwillige gids op de molen.
Van Lankvelt spreekt geen woord Nederlands, is er nooit geweest, maar kan wel feilloos uitleggen hoe de molen werkt. ‘Ik interesseerde me altijd al voor techniek en hoe dingen werken.’ Ze hadden eerder een ‘Dutch windmill’ in Little Chute, maar die brandde in 1940 tot de grond toe af. In 2005 kwam iemand weer op het idee om een molen te bouwen, er werd geld ingezameld en de firma Verbij kreeg de opdracht.
Larry van Lankvelt is een van de zes molenaars van Little Chute en ook vrijwillige gids op de molen. - beeld Riekelt Pasterkamp
Volgens Van Lankvelt zijn er zeventien soorten hout uit acht verschillende landen in de molen verwerkt. Aan het houten plafond op de begane grond hangen allemaal provincievlaggen uit Nederland. Op de omgang legt de gids uit dat de molen vrijwel altijd operationeel kan draaien. ‘Maar bij storm en ontij zetten we hem vast. Net als bij jullie in Holland.’ <
vanuit Uden naar het beloofde land
Vanuit het Brabantse Uden emigreerden honderden mensen naar de Verenigde Staten. In het midden van de negentiende eeuw was het in Brabant lang niet alles goud wat er blonk. Vooral in de grote boerengezinnen zag men de toekomst van de kinderen somber in. Onder inspiratie van enkele geestelijken, onder wie Theodorus van den Broek (1784-1851) en Gerardus van den Heuvel (1816-1851), kwamen in 1848 de eerste emigratiestromen vanuit het noordoosten van Brabant op gang.
In het vroege voorjaar van 1848 vertrokken vanuit de Rotterdamse haven drie zeilschepen, de Libra, de America en de Maria Magdalena, met enkele honderden emigranten naar het beloofde land. In 1859 stond de teller van de Udense landverhuizers richting Verenigde Staten al op ruim 230 personen. Het overgrote deel vestigde zich in de staat Wisconsin en dan vooral in de omgeving van Little Chute en Green Bay. Tegen het einde van de negentiende eeuw waren er al ruim 500 Udenaren geëmigreerd. Uden had op dat moment bijna 6000 inwoners, dus bijna 10 procent van de bevolking zocht haar heil elders. Tot het begin van de Eerste Wereldoorlog steeg het aantal Udense emigranten naar ruim 700.
Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er een tweede emigratiegolf. Opnieuw was de toekomstverwachting voor kinderen uit de grote boerengezinnen de drijfveer. De emigratie in deze periode strekte zich wereldwijd uit. Niet alleen de Verenigde Staten werden als bestemming gekozen, maar ook Australië, Brazilië, Canada, Frankrijk en Nieuw-Zeeland waren populaire emigratielanden.