Normaal leven in het verschiet voor Liberianen
MONROVIA - Keer op keer knakt Sianeh Jackson haar vingers. Gespannen als een veertje zit zij donderdag in het vliegtuig dat haar terugbrengt naar haar geboortestad Monrovia. Nog even en dan ziet zij haar vader en moeder weer, die zij vier jaar heeft moeten missen.
Al die tijd zat zij in het Ghanese vluchtelingenkamp Buduburam, met nog tienduizenden andere ontheemden. Zo'n vijftigduizend, schat Sianeh.
De 18-jarige vluchtte samen met haar neef uit Liberia, dat jarenlang geteisterd werd door een burgeroorlog. ,,Ik wilde er weg, ik wilde niet vechten. Mijn vader vertrok naar Amerika, mijn moeder en mijn grote en mijn kleine broer bleven achter.'' De achterblijvers konden zich min of meer aan de strijd onttrekken. ,,Mijn oudste broer konden ze niet dwingen om mee te vechten, die is zo groot en stevig. En mijn kleine broertje van 12, ach die was te jong.''
Meer wil ze er niet over kwijt. Want zij weet ook dat honderden, zo niet duizenden andere jongetjes van 12 jaar of jonger de afgelopen jaren..
Meld u aan voor onze nieuwsbrief en lees dit artikel gratis
Bij het aanmelden gaat u akkoord met onze privacyverklaring en de algemene voorwaarden .