Gifgas in Syrië onder vuur

New York
Haley sprak in de de VN-Veiligheidsraad. Ze stelde dat het Syrische chemischewapensprogramma zaterdagmorgen een zware slag was toegebracht. Maar ‘als het Syrische regime nogmaals gifgas gebruikt, zijn de Verenigde Staten klaar om te gaan’.
De Russische VN-gezant Vasili Nebenzja zei dat de Amerikanen en hun bondgenoten met de aanval op Syrië het internationale recht aan hun laars lappen. Zij zouden de Veiligheidsraad negeren en daarmee het gezag van het orgaan ondermijnen. Bovendien is er volgens de diplomaat geen bewijs dat een chemische aanval is uitgevoerd in Douma.
De Verenigde Staten, Frankrijk en Groot-Brittannië voerden in de nacht van vrijdag op zaterdag raketaanvallen uit op drie doelen in Syrië. Een van de voornaamste doelen was een wetenschappelijk onderzoekscentrum in de buurt van de Syrische hoofdstad Damascus. Daarnaast was een wapenopslag ten westen van Homs doelwit, waar het gifgas sarin zou worden bewaard. Ook een belangrijk doelwit was een opslag- en commandocentrum, eveneens bij Homs.
Russische en Syrische bronnen meldden ook de luchtmachtbasis al-Dumayr als doelwit. Volgens ooggetuigen is tevens een hoofdkwartier van de strijders van de Libanese sjiitische beweging Hezbollah in Quseir, vlak bij de Libanese grens, getroffen. Syrische waarnemers meldden aanvallen op een basis van elitetroepen ten noordwesten van Damascus en een militaire basis ten zuidwesten van Damascus.
In totaal 105 raketten (meestal Tomahawk-kruisraketten) werden afgevuurd. De meeste aanvallen zijn uitgevoerd vanaf twee Amerikaanse schepen in de Rode Zee. De ondersteuning en andere aanvallen zouden zijn gedaan vanaf de basis al-Tanf, ruim 200 kilometer ten oosten van Damascus en sinds 2014 in gebruik tegen ISIS, en vanuit het Middellandse Zeegebied, inclusief de Britse basis op Cyprus.
ineffectief
De Syrische regering stelde dat dertien kruisraketten zijn neergehaald door de eigen luchtverdedigingssystemen. Het Russische persbureau TASS meldde zelfs dat 71 raketten zouden zijn onderschept. Het Pentagon en het Witte Huis spraken die berichten fel tegen. Volgens Amerika is de Syrische afweer ‘volkomen ineffectief’ geweest.
De Russische president Vladimir Putin heeft de acties fel veroordeeld. Hij noemde het een aanval op een wettige regering die door Rusland wordt geholpen in de strijd tegen terroristen. Het maakt de humanitaire ramp in dat land alleen maar erger, zei Putin, die stelde dat de actie gevolgen zou hebben. Het Kremlin specificeerde dat echter niet.
De Turkse regering staat achter de westerse aanval op doelen in Syrië. Maar de Turkse premier Binali Yildirim had ook kritiek. Hij wees erop dat de inwoners van het buurland ‘al zeven jaar worden afgeslacht. Waar waren jullie tot vandaag?’
Israël, alle NAVO-landen en de meeste westerse staten steunden de actie eveneens. Volgens de Britse premier Theresa May was de aanval ‘beperkt, gericht en effectief’. De Franse minister van Defensie Florence Parly zei dat de aanval van de Franse luchtmacht ‘geenszins op daar gelegerde Russische soldaten gericht was’.
Zie ook: "Begrip, maar ook kritiek in Kamer op aanvanl Syrië"