In Trothenbrod zie je: de Holocaust was meer dan alleen Auschwitz

De Duitser Christian Herrmann is al jarenlang op zoek naar sporen van Joods leven in Oost-Europa, maar wat hij in Trochenbrod aantrof, raakte hem diep. ‘De plaats is compleet verdwenen. Er is niets meer. Alle mensen zijn omgebracht door de Duitse bezetters. Waar vroeger het centrum was, staat nu een gedenksteen. En bij de twee massagraven staan twee monumenten’, vertelt de 65-jarige Herrmann, die in het dagelijks leven bij een hulpverleningsinstantie in Keulen werkt.
Hij kwam in de jaren negentig voor de eerste keer in aanraking met het Joodse leven in Oost-Europa toen hij de Poolse stad Krakau bezocht. Hij was diep onder de indruk van de stad, met name van het rijke Joodse verleden. Tot zijn eigen verbazing moest hij vaststellen dat hij niets wist over de Joden en hun bestaan in het oosten van Europa. ‘Een onbeschreven blad was ik’, constateert hij nu.
Herrmann dook in de boeken en keerde regelmatig terug. Sinds jaar en dag trekt hij door streken die vroeger namen droegen als Galicië, Bessarabië en Podolië. De gebieden kenmerkten zich door een bloeiende Joodse cultuur, die door de Tweede Wereldoorlog zo goed als volledig is weggevaagd.
Toch zijn er nog sporen van dat vroegere Joodse leven en die legt Herrmann dan vast met zijn camera. Die beelden zijn nu verzameld in een boek: vervallen Joodse begraafplaatsen, synagogen, massagraven, deurposten met een kleine ruimte voor zogenoemde mezoeza’s, kokertjes met teksten uit Deuteronomium. De foto’s zijn prachtig, maar in- en intriest. Ze herinneren aan Joods leven dat er niet meer is.
jonge mensen
‘Bijna niet meer’, corrigeert Herrmann. ‘In de dorpen vind je bijna geen Joods leven meer, maar in de steden nog wel.’
Wat Herrmann opvalt, is dat ‘er pogingen zijn om wat er vroeger was weer op te bouwen’. Zo worden synagogen gerestaureerd en begraafplaatsen onderhouden. Dat gebeurt door Joden uit West-Europa of de Verenigde Staten. ‘Zij bezoeken de plaatsen waar hun familie vandaan komt en spannen zich in om in stand te houden wat er nog is.’
Dat gebeurt trouwens ook door plaatselijke niet-Joodse groepen. Het ontroert Herrmann dat met name jonge mensen vragen stellen over vroeger. ‘Ze voelen zich als het ware verraden door hun eigen geschiedenis. Dan zeggen ze: “Als ik naar oude ansichtkaarten kijk, zie ik een heel andere stad.” Of: “Als ik met mijn oma over vroeger praat dan spreekt ze over Joodse buren. Maar die Joden zijn er niet meer.”’
Herrmann demonstreert met zijn foto’s dat de Holocaust meer is dan alleen Auschwitz. ‘Bij de moord op de Joden denkt iedereen meteen aan Auschwitz, maar er zijn meer plekken waar de nazi’s gruwelijk hebben huisgehouden. En wat nog belangrijker is: Auschwitz is weliswaar de plek waar de dood heerste, maar het is net zo belangrijk om belangstelling te hebben voor de plekken waar Joden eerder hebben geleefd.’ ?
Christian Herrmann. Uitg. Lukas, Berlijn, 2018. 180 blz. € 30,-



