Coronacrisis gaat iets doen met privacy. Maar is dat erg?
Uitzonderlijke tijden vragen bijzondere maatregelen. Met de wetenschap dat het coronavirus voorlopig ook onder ons zal blijven, is inzetten op maximale controle het gekozen scenario, zo zei premier Rutte in zijn historische televisietoespraak. Tot die maximale controle hoort inmiddels de inzet van een ‘intelligente lockdown’, zoals iedereen inmiddels heeft kunnen ervaren. Dus zo veel mogelijk binnen blijven, zeker bij koorts, minimaal anderhalve meter afstand houden en een samenscholingsverbod van meer dan drie personen in de openbare ruimte.
De meeste mensen hebben deze boodschap begrepen en gebruiken het gezond verstand. Maar als de maatregelen van kracht blijven en ingrijpender van aard worden, dan valt nog te bezien hoe braaf de burger de overheid zal willen volgen. Vertrouwen op het gezond verstand is goed, maar toezicht is beter.
De inzet van politie, boa’s of zelfs het leger- zoals elders gebeurt - is daarbij niet per se noodzakelijk. Intelligente handhaving is veel efficiënter en effectiever, en heeft daarom de voorkeur. Digitalisering is daarbij het toverwoord, te beginnen bij de opsporing.
Infrarood-camera’s kunnen worden ingezet om koortslijders te detecteren.
Inmiddels hebben het RIVM en vergelijkbare instellingen in Europa en daarbuiten goede ervaringen opgedaan met de inzet van slimme ‘track and trace’-technieken om de brandhaarden en het verloop van het verspreidingsgebied van het virus in kaart te brengen. Het verzamelen en verwerken van deze informatie gebeurt aan de hand van zogenaamde algoritmen, die met grote nauwkeurigheid het epidemiologische verloop kunnen voorspellen.
opsporingsmaatregelen
Naast de inzet voor volksgezondheidsdoeleinden kan deze bulkinformatie ook ingezet worden voor bijvoorbeeld opsporingsdoeleinden, zoals de opsporing van wetsovertreders van coronamaatregelen. De inzet van drones met camerafunctie door de hulpdiensten (politie en brandweer) is al gebruikelijk, en niet alleen onder dictatoriale regimes. Maar de functies van drones – al dan niet in combinatie - zijn legio: het signaleren van samenscholingen, het aanspreken van wetsovertreders, lichaamstemperatuurmeting, gezichtsherkenning zelfs met maskers op, etc.
onverantwoord gedrag
Zo kunnen infraroodcamera’s ingezet worden om koortslijders te detecteren en zonodig aan te spreken op hun onverantwoord gedrag. In combinatie met de inzet van een ‘locatie-app’ op de smartphone worden informatiestromen gekoppeld, en kunnen met behulp van kunstmatige intelligentie de geldende regels betrekkelijk eenvoudig worden gehandhaafd. Privacy-voorstanders zullen de inzet van dergelijke technologieën van overheidswege verwerpen, maar moeten zich realiseren dat de fysieke en informationele privacy geen absoluut recht is. De wetgever biedt immers de mogelijkheid om grondrechten, waaronder het recht op privéleven en informationele privacy, in te perken op een wijze die bij wet is voorzien.
Het parlement beoordeelt vervolgens of dergelijke inbreuken, waaronder de inzet van slimme detectiemiddelen, gerechtvaardigd zijn. En naarmate de gezondheidscrisis ernstiger dreigt te worden, wordt de inzet van slimme opsporingstechnieken urgenter. Daarbij is niet gezegd dat het individuele privacybelang niet belangrijk wordt geacht, maar wel dat het volksgezondheidsbelang en de maatschappelijke veiligheid bij de weging doorslaggevend is.
inbouwen waarborgen
Bovendien zouden bij de inzet van dergelijke technologieën verschillende waarborgen ingebouwd kunnen worden, waarbij de privacy zo minimaal mogelijk- alleen voor specifieke doeleinden - en voor beperkte duur wordt beperkt. En waar mogelijk het anonimiseren dan wel pseudonimiseren (niet direct herleidbaar zijn) van persoonsgegevens als uitgangspunt geldt.
En mocht er al sprake zijn van verwerking van herleidbare persoonsgegevens dan zijn daarbij de uitgangspunten van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) leidend. Met andere woorden: uitsluitend verwerking in overeenstemming met de wet.
Tevens moet het voor burgers duidelijk zijn hoe en waarom de persoonsgegevens worden verwerkt.
En tenslotte is de beveiliging, inclusief het toezicht op de gegevensverwerking, afdoende gewaarborgd. Kortom, digitale opsporing overeenkomstig de uitgangspunten van de Europese Privacy-verordening. <