Politiek moet kiezen bij dure behandelingen
Dat zei hoogleraar gezondheidsrecht Martin Buijsen gisteren tijdens een symposium over dilemmas in de zorg. Er is volgens hem onduidelijkheid ontstaan over de redenen waarom artsen een bepaalde behandeling niet uitvoeren. Door de invoering van marktwerking in de zorg in 2006 zijn andere motieven een rol gaan spelen dan de behoefte van de patiënt. Maar daarover wordt vooral impliciet gecommuniceerd, aldus Buijsen. Patiënten krijgen bijvoorbeeld op de mouw gespeld dat een behandeling medisch zinloos is. Neem het voorbeeld van een zeventigjarige man die niet meer in aanmerking komt voor een orgaantransplantatie. De behandeling zou hem één extra levensjaar geven, terwijl de kosten een ton zijn. Voor artsen is de verleiding dan levensgroot te zeggen dat de behandeling niet zinvol is. Maar het gaat om een kosten-batenafweging. Ik vind dat daar transparant over moet worden gecommuniceerd.
Ook Theo Boer, ethicus aan de Protestantse Theologische Universiteit, vindt dat politici, verzekeraars of de Nederlandse Zorgautoriteit hoognodig beslissingen moeten gaan nemen over dure behandelingen. Niemand durft er zijn handen aan te branden. De komende jaren gaat de discussie over peperdure behandelingen een grote rol spelen, voorspelde hij. Het gesprek over kosten en baten moet volgens hem niet in de spreekkamer plaatsvinden. Dat schaadt de relatie tussen arts en patiënt.
Het symposium Waardevol Leven in de Joriskerk in Amersfoort werd georganiseerd ter gelegenheid van het afscheid van Ruth Seldenrijk als directeur van de Nederlandse Patiëntenvereniging.
De Nederlandse cultuur kenmerkt zich erdoor dat iedereen zelf de zin bepaalt van zijn leven, stelde kardinaal Wim Eijk. In die context is het volgens de aartsbisschop van Utrecht moeilijk om het christelijke getuigenis van de universele waardigheid van het menselijk leven voor het voetlicht te brengen. Het beste getuigenis is wellicht het leven van christenen. Eijk wees op paus Johannes Paulus II, die een encycliek schreef waarin hij het lijden verbond aan de navolging van Christus. Later kreeg hij zelf de ziekte van Parkinson. Desondanks aarzelde hij niet om in het openbaar op te treden. Hij liet zien dat een zwaar gehandicapte leider een leider kan zijn op wereldniveau. Zo heeft hij veel zieken en ouderen bemoedigd. Maar troost die voor christenen waardevol is, valt niet altijd over te brengen op niet-gelovigen, constateert Boer. Als ik daarover spreek, zeggen mensen tegen me: dat geldt voor jou, maar niet voor mij. We kunnen het lijden voor anderen niet altijd oplossen, soms moet je zwijgen.
Het is daarom des te belangrijker het geloof in de praktijk vorm te geven, stelde Eijk. Hij denkt dat christelijke zorgverleners gebaat zijn bij een icoon. Vanuit de christelijke traditie is dat de barmhartige Samaritaan. De gelijkenis zegt niet dat de gewonde man de naaste is van de Samaritaan, maar dat de Samaritaan zich maakte tot de naaste van de gewonde. Kerkvaders identificeren die Samaritaan met Christus zelf, die onze naaste is geworden. Als je jezelf maakt tot naaste van je zieke of gehandicapte medemens is dat een fundamentele vorm van navolging van Christus.