Wethouders beter scholen en voorbereiden op taak
Zelf is hij zijn elfde jaar ingegaan als wethouder. En een mooi vak is en blijft het, vindt Edo Haan (55, PvdA). Maar ook een onvoorspelbaar, risicovol vak. Je staat fluitend op, gaat naar je werk en s avonds kun je ineens je baan kwijt zijn.
Al moet de voorzitter van de Wethoudersvereniging, in het dagelijks leven wethouder in Zoetermeer, eerlijk toegeven dat gedwongen vertrek van een wethouder zelden uit de lucht komt vallen en veel vaker het gevolg is van een optelsom. Dan is de emmer vol. Vaak speelt er veel meer dan die zogenaamde reden waardoor iemand moet opstappen.
disfunctioneren
Een veilig bestaan is het hoe dan ook niet, het wethouderschap. Afgelopen jaar zagen meer dan honderd collegas van Haan zich gedwongen op te stappen. Al dan niet onder druk van de gemeenteraad. Vaak ook als gevolg van ruzie binnen het college van B en W of door aperte blunders of disfunctioneren. Het is van belang dat wethouders oog hebben voor de risicos van het vak, vindt de voorzitter van de Wethoudersvereniging. Vandaar zijn pleidooi: Wij organiseren als beroepsvereniging allerhande cursussen en scholing. Een wethouder moet doordrongen zijn van de noodzaak tot permanente professionalisering. Ik noem maar wat: hoe om te gaan met de pers? Daar moet je niet te licht over denken.
Dertig procent van de wethouders zit de vierjarige collegeperiode niet uit, is de tendens van de laatste jaren. Iedere week moeten er twee opstappen, rekent Haan voor. Nog een wonder dat hij er zelf al zo lang zit. Na zeven jaar moet je helemaal oppassen. Dan zijn ze je vaak zat.
Hoe erg is het eigenlijk dat er zo veel wethouders de laan uit worden gestuurd? Een gemeente staat toch niet meteen aan de rand van de afgrond als een bestuurder de biezen moet pakken? Als een bestuurder opzichtig faalt moet er uiteraard worden ingegrepen, vindt Haan, maar volgens hem heeft de lokale politiek wel degelijk te lijden onder al die crises. Veel te vaak is de cultuur als er iets niet helemaal op rolletjes loopt: wie is daar schuldig aan? In plaats van: hoe maken we het beter? Nee, natuurlijk is dat niet alleen de gemeenteraad aan te rekenen. Er is een afrekencultuur ontstaan. Het is allemaal ruwer geworden. De lokale politiek loopt daarin, helaas, voorop.
bij bosjes
Dat de invoering van het dualisme (wethouder maakt geen deel meer uit van de raad) een grote rol speelt bij het wegsturen van wethouders, durft Haan niet te zeggen. Dat is in 2002 gebeurd. Voordien sneuvelden wethouders ook al bij bosjes. Als beroepsgroep moeten we goed naar onszelf kijken. Professioneel besturen vereist wat. Bijvoorbeeld dat je je permanent schoolt in communicatieve vaardigheden. Je beter voorbereidt op je taak.
Terwijl 30 procent van de wethouders de collegeperiode niet eens vol maakt, gaat volgens Haan het nationale dispuut over salarissen, integriteit en wachtgeld. Dat ergert hem. De maximale periode voor wachtgeld is net teruggebracht naar 38 maanden. Ik geef je op een briefje: straks komt het WW-regime van 24 maanden in beeld. Zoals dat voor de gewone werknemer gaat gelden. Maar wij zijn helemaal geen gewone werknemer! Want wie zich als wethouder bijvoorbeeld laat meevoeren door ambtelijke plannen voor een nieuw stadhuis of stadskantoor, kan maar beter meteen de koffers pakken, schertst Haan. Ook al dringt de raad zelf al jaren aan op zon nieuw onderkomen. Investeren in een nieuw stadhuis? Dat is ongeveer een garantie dat je de laan uit vliegt.
Dat veel wethouders er zelf tussentijds de brui aan geven omdat er een mooiere baan langskomt, ziet Haan niet als een probleem. Zoals mijn Utrechtse collega Rina den Besten? Die zat in haar tweede periode en gaat nu naar de PO-raad. Het is een vrij land, iedereen mag werken waar hij of zij wil.