'Dippen' kan diabetespatiënt veel ellende bespare
,,Preventie. Dat is het sleutelwoord. Als je diabetespatiënten test op het moment dat ze hun diagnose krijgen - maar &243;&243;k jaarlijks daarna - kun je veel latere ellende voorkomen: nierdialyses en -transplantaties, maar ook hart- en vaatziekten.'' Voor Julia Lewis, Amerikaans internist (Vanderbilt University, Nashville, Tenessee) ligt de zaak helder: standaard testen van diabatespatiënten verdient zichzelf binnen de kortste keren terug. In tweeërlei opzicht. ,,Als je níet test, zijn de kosten van behandeling van de complicaties altijd vele malen hoger. Maar belangrijker is dat bij tijdige opsporing van het risico op mogelijke complicaties, het welzijn én de levensverwachting van de patiënt toenemen.''
Lewis presenteerde deze week op een congres van de Internationale Diabetes Federatie (IDF) in Parijs een bewustwordingscampagne. ,,Artsen moeten meer preventief gaan testen en als ze dat niet doen, moeten patiënten erom gaan vrágen. Het is te belangrijk om te laten liggen.''
Wereldwijd screenen
De (IDF) heeft 2003 uitgeroepen tot het 'Jaar van de Nier'. In het kader daarvan wordt momenteel een wereldwijd screeningsproject uitgevoerd (het 'DEMAND-project'). Lewis is voorzitter van de stuurgroep die de voortgang van de campagne bewaakt. Het project wordt uitgevoerd door een samenwerkingsverband - en dat is redelijk uniek - van IDF, twee farmaceutische bedrijven en de vakvereniging voor nefrologie (dat is het specialisme voor nierziekten).
Het DEMAND-project heeft als doel wereldwijd meer dan 25.000 mensen met diabetes mellitus type 2 (zie kader) te screenen op de aanwezigheid van het eiwit microalbuminurie, het eerste waarschuwingsteken van schade aan de kleine bloedvaatjes in de nier. Die screening is mogelijk door middel van eenvoudig urine-onderzoek (via 'dippen' met een staafje in de urine). Op die wijze kan microalbuminurie vroegtijdig worden opgespoord. Vervolgens kan, ook tijdiger dan nu vaak het geval is, de kans op niercomplicaties (en hart- en vaatziekten) worden gereduceerd.
Ook in ons land doen dokters mee aan het DEMAND-project. Een aantal huisartsen, aangesloten bij de Diabetes Huisartsen AdviesGroep (DiHAG), voert in het kader van het wereldwijde project screeningen uit. De bedoeling is dat de cijfers tezijnertijd zodanig duidelijk overtuigen, dat (huis)artsen diabetespatiënten meer op eiwit in de urine zullen gaan testen. De uitslag van het wereldwijde DEMAND-project is nu nog niet bekend. Ze worden bekendgemaakt op Wereld Diabetes Dag op veertien november a.s.
Bij één op de tien mensen met type 2 diabetes, treedt uiteindelijk nierschade op. Dat aantal kan dus omlaag, of de schade kan beperkt blijven, als er meer gescreend wordt. Je kunt je afvragen waarom zo'n simpele methode dan niet nu al op grote schaal toegepast wordt. Het antwoord is even eenvoudig als ontnuchterend: met preventief handelen is niet een onmiddellijk effect te scoren (zoals bijvoorbeeld wel het geval is bij een nieuwe transplantatie- of chirurgietechniek) en dus gaat er minder aandacht naar uit. Diabetes is in dit opzicht nog niet 'sexy' genoeg, zeggen de betrokkenen.
Internist/diabetoloog prof.dr. Robert Heine van het VU Medisch Centrum, ook in Parijs aanwezig, zou dat graag zien veranderen. ,,Diabetes wordt vaak onderschat, maar het is echt een ongelofelijke rotziekte. Alleen: dat wil maar nauwelijks doordringen bij het publiek. Ik vergelijk het wel eens met kanker. Daarbij denkt iedereen meteen aan een ernstige complicaties en mogelijk vroeg overlijden. Nou, dat risico bestaat bij diabetes ook.''
Waar het om gaat, zegt Heine, is dat je via de urinetest die patiënten eruit zeeft, die dringend extra behandelingen nodig hebben, bijvoorbeeld medicatie om hoge bloeddruk en/of vetstofwisseling (lipiden) te reguleren. ,,Die behandelingen krijgen deze patiënten nu vaak niet, terwijl zij ze wél het hardste nodig hebben. Er valt in dit opzicht nog een hoop winst te boeken.''