Voor de zekerheid een quarantainepakket met werkboek en knutselpapier
Leerdam
‘Caroline, heb je een vork voor me?’ Schooldirecteur van Reenen houdt haar pas in. ‘Een vork?’, vraagt ze aan de leerkracht die in een zij-ingang van de school staat. Achter de juf, op het besneeuwde plein, hurken kinderen uit groep 3. Ze hebben schrijfles; de sneeuw dient als papier. ‘Er heeft er een geen handschoenen bij zich, die wil de letters met z’n blote vinger tekenen. Lijkt me niet handig.’
Het is de eerste schooldag na bijna acht weken lockdown. Vanwege de sneeuwval bleven de klassen maandag nog een dag langer leeg. ‘In zes van mijn groepen werken mensen die van buiten Leerdam komen’, legt Caroline van Reenen uit. ‘Met het oog op verkeersveiligheid kreeg de hele school vrij. Er werd ook geen online lesgegeven. Iedereen mocht gewoon even genieten van de sneeuw.’
in de hoek
Het is, mede dankzij dat winterweer alsof de kinderen terugkomen na een vakantieperiode, valt Gea van der Spek op. In haar kleutergroep hangt een groot vel papier met de tekst ‘We mogen weer!’. Er zijn slingers bij getekend.
‘In het kringgesprek zei ik: ‘Wat hebben we elkaar lang niet gezien, hè?’ Ja, beaamden ze, om daarna in een adem te vervolgen: ‘Maar gisteren heb ik sneeuwballen gegooid!’ Kinderen zijn niet meer bezig met wat ze weken geleden deden.’ Er is op deze eerste schooldagen in elke klas extra aandacht voor groepsvorming en sociaal welbevinden. In de praktijk gaat het als vanzelf, stelt Van der Spek vast. ‘Ze waren heel blij elkaar weer te zien, maar kijk ze nu: alsof ze nooit zijn weggeweest.’ Ze maakt een armzwaai door het lokaal, waarin sneeuwpoppen worden gekrijt en kartonnen sleetjes worden geplakt.
Hannah (6) komt dicht bij haar leerkracht staan. Ze draagt een papieren verjaardagskroon. ‘Wanneer mag ik naar de schatkist, juf?’ Eind van de ochtend, belooft die. De schatkist staat bij directeur van Reenen en zit vol cadeautjes: een springtouw, stuiterballen … Nu jarigen de school niet meer rond mogen met een traktatie voor alle juffen, is het uitzoeken van een presentje het feestelijke alternatief. Hannah is blij dat ze weer naar school kan. Ze verheugt zich er het meest op vanmiddag ‘in de hoek’ te spelen. ‘De poppenhoek’, verduidelijkt Van der Spek met een grijns.
‘Dit is wat ze de hele dag doen vandaag’, zegt ze als het meisje weer richting haar klasgenootjes huppelt. ‘De kinderen komen me voortdurend opzoeken om even een praatje te maken.’ Ze is nog niet uitgesproken of een jongetje toont zijn winterse schilderijtje: ‘Juf, kijk!’
niezen
De gang, die de hele school doorkruist, is bezaaid met snowboots en pekel. Te midden daarvan is directeur Caroline van Reenen samen met intern begeleider Myrthe Stoops bezig tientallen Chromebooks te controleren. Ze waren uitgeleend aan gezinnen die te weinig digitale middelen hadden om hun kind online les te laten volgen. Het is een hele klus de laptops allemaal na te kijken op beschadigingen en compleet met de juiste lader op te bergen. ‘Het waren er tachtig. We missen er nog een paar.’
Dankzij het verrijdbare opbergkarretje tussen Van Reenen en Stoops in, bewaren ze als vanzelf zo’n anderhalve meter afstand. Leerlingen uit verschillende groepen afstand tot elkaar laten houden lukt ook wel, is de ervaring van de directeur. ‘Dat ging na de eerste lockdown ook goed.’ De klassen maken gebruik van verschillende ingangen en het speelplein is verdeeld in drie cohorten. ‘Maar bínnen een leerjaar kun je niet voorkomen dat leerlingen in elkaars buurt komen. De overheid adviseert vaste werkgroepjes te hanteren, zodat kinderen niet met elkaar mengen. In de praktijk is dat idee een illusie.’ Ze wijst naar groep 4. De groepjes tafeltjes staan vrij dicht bij elkaar, een jongen loopt langs zijn klasgenoten om iets in de prullenbak te gooien.
Leerlingen van groep 3 in de sneeuw. beeld Jeroen Jumelet
Ook de afstand tussen leerkracht en leerling is niet te waarborgen, ervaren ze op de Julianaschool. Zeker niet in de onderbouw. Kleuterleerkracht Gea van der Spek is 61. ‘Ik merk dat ik wel steeds angstiger word voor corona. Maar tot nu draag ik geen gezichtsscherm. Zo’n ding schept toch een bepaalde afstand.’ Ze hoorde eerder vandaag twee kinderen niezen. ‘Als ze dat nog een keer doen, bespreek ik met Caroline wat we gaan doen.’ Ze heeft quarantainepakketten voorbereid met een werkboek en knutselpapier, die de kleuters uit voorzorg meekrijgen. Mocht een leerling positief getest worden en de hele klas vijf dagen thuis komen te zitten, dan is er daar in elk geval iets te doen.
groep 8
Eén leerling arriveerde vanmorgen met een mondkapje, maar die zette hij al snel af. Op sommige andere scholen is het beschermmiddel verplicht voor kinderen in groep 7 en 8. Hier niet. Raphael (11) en Lieke (12) zijn er blij om. Raphael: ‘Toen we op vakantie waren, moest ik er een dragen. Dat was superwarm.’ Lieke heeft er ook weleens een opgezet, om te kijken hoe het voelt. ‘Mijn bril besloeg helemaal.’ Ze zijn niet bang om corona te krijgen, maar een test doen lijkt ze heel vervelend. Raphael vindt het jammer dat hij dit jaar niet op wintersport kan, Lieke mist vooral de Efteling. ‘En ik ben nu vaker bij mijn vader. Die woont helemaal in Wijk bij Duurstede; daar ken ik geen andere kinderen.’ Ze is dus blij dat ze weer naar school kan en daar klasgenoten ontmoet.
De groep 8’ers hopen dat de pandemie snel over is. ‘Blijf thuis’, wil Raphael de lezers van het Nederlands Dagblad daarom meegeven. ‘Maar als je niet verkouden bent, kun je wel buitenspelen.’ Lieke vult aan: ‘Stay safe!’ <