De liefde voor de bever bekoelt, maar daar is wat aan te doen. ‘Nee, ik ben geen knuffelaar’

‘Ruik eens.’ Willy de Koning heeft haar vingers er al in gestopt. Een modderhoopje. Als je het niet herkent, loop je er voorbij. Maar het is meer dan modder. De geur verraadt dat een bever hier iets uit een klier heeft laten lopen om de grens van zijn territorium aan te geven. Ik steek mijn vingers er ook in. Het ruikt naar schoensmeer en schoonmaakmiddel. Het is niet eens smerig.
Voor Willy de Koning zijn bevers nog steeds welkom. Ook in Limburg, waar de meeste bevers van ons land zitten en waar een paar weken geleden weer eens flink werd gemopperd op deze knagers. Maar dat in een waterrijke woonwijk van Venlo bomen sneuvelen, verontrust De Koning niet. ‘Dat kun je met gaas voorkomen. En gegraaf van bevers in de kade kun je óók tegengaan..




