Van sales naar werken in het onderwijs. Waarom Jeroen Lamers een carrièreswitch maakte
Jeroen Lamers (31) werkte vier jaar in de sales, maar miste zingeving. Nu is hij docent Economie bij MBO Utrecht. ‘Ik toon oprechte interesse in mijn studenten, zodat ze zien dat ik er voor hen ben.’
-
Annelies Buit aangepast 11:31
Van sales naar het docentschap. Waarom maakte u die overstap?
‘In de sales ging het alleen om geld. Ik had allerlei gesprekken met mensen, maar als bleek dat we niks meer voor elkaar konden betekenen, was de relatie meteen over. Collega’s hadden de neiging om op te scheppen: over hun mooie auto en over hoeveel ze verdienden. Ik vroeg me steeds vaker af: wat doe ik hier eigenlijk? Ik wilde iets betekenen voor iemand. Een vriend wees mij op de lerarenopleiding. Ik ben een spons als het gaat om informatie. Ik ben nieuwsgierig, vind het leuk om mensen dingen te leren en relaties op te bouwen. Daarom dacht ik: ik ga die sprong gewoon wagen.’
Nu geeft u les op het mbo. Waarom juist daar?
‘Mbo-studenten zijn de wereld en het bedrijfsleven aan het ontdekken. Wie wil ik zijn, wie is de ander? Ze houden zich bezig met volwassen dingen zoals cryptomunten, ze hebben baantjes en kunnen hun eigen geld uitgeven. Vanuit mijn werkervaring leer ik hun dingen waar ze later profijt van hebben. Veel studenten dromen van een mooie auto onder hun kont waarmee ze naar klanten rijden. Maar dat is niet realistisch. Ik kan vertellen wat het vak inhoudt, en wat er straks van hen verwacht wordt. Dat het ze niet komt aanwaaien. Dat ze er moeite voor moeten doen, dat ze hun verantwoordelijkheid moeten nemen.
Er heerst op het mbo een zesjescultuur. Daar red je het niet mee als accountant. Ik vind die zesjescultuur vreselijk. Ik was zelf altijd heel leergierig, wilde van alles weten en goede cijfers halen. Dat heb ik nog steeds. Zo kijk ik nu met een docentencoach naar mijn lessen: hoe kan ik die interessanter maken? Hoe kan ik de aandacht vasthouden en de sleur eruit halen? Het is belangrijk dat ik niet elke keer mijn standaardprogramma afdraai. Op een mbo werkt dat niet, dan komen studenten niet meer naar je lessen.’
Hoe zorgt u er dan voor dat ze blijven komen?
‘Ik denk dat ze merken dat ik me goed voorbereid. Ook maak ik mijn lessen heel interactief. Ik stel veel vragen. Wat voor product wil jij straks als salesmanager graag verkopen? Hoe pak je dat aan? Ik maak quizjes voor rekensommen en ga over het antwoord in gesprek. Ik vertel het verhaal achter de cijfers. Ik vind economie heel leuk en kan daar bevlogen over vertellen. Economie is overal om je heen. Alles in het dagelijks leven heeft invloed op de economie. Economie is essentieel om bedrijven draaiende te houden. Een goede salesman zit nooit zonder werk, zeg ik tegen de studenten. Ieder bedrijf heeft er een nodig, anders kunnen ze hun tent wel sluiten.
Ik toon oprechte interesse in mijn studenten, zodat ze zien dat ik er voor hen ben. Dat miste ik in de sales; daar speelde ik een rol, had ik een onderliggende agenda. Als docent ben je altijd persoonlijk betrokken en signaleer je hoe het gaat. Als iemand bijvoorbeeld doodongelukkig in de klas zit, ga ik na de les het gesprek aan en verwijs ik door naar de studieloopbaanbegeleider als dat nodig is.’
Het klinkt als een drukke baan. Hoe houdt u dat vol?
‘Omdat ik weet waarvoor ik het uiteindelijk doe. Als ik meer tijd besteed aan de voorbereiding, wordt mijn les hoger gewaardeerd door studenten en leren ze meer. Geen dag is hetzelfde, omdat studenten er elke keer weer anders bij zitten. In de loop van het jaar leer ik studenten beter kennen en dan gaan ze mij zelf aanspreken op de gang. Dat is mooi!
Toch is het ook een stressvolle baan. Er komt veel op me af. Ik heb leuke collega’s met wie ik een relatie wil onderhouden, studenten die me aanspreken, mails die ik moet beantwoorden. Ik wil mijn lessen goed voorbereiden en nakijken. Je kunt altijd bezig zijn, het is nooit af. En lesgeven kost veel energie. Ik moet constant opletten: hoe breng ik het over, hoe reageert de klas?
Ik heb een enorme wilskracht om dingen te bereiken en door te gaan, ondanks tegenslagen. Ik werk heel hard en vraag me constant af: hoe kunnen dingen beter? Hoe kan ik het lesgeven verbeteren? Hoe kan ik een goede vader zijn voor mijn zoontje? In mijn hoofd ben ik daar continu druk mee en dat is supervermoeiend. Daarom ben ik begonnen met meditatieoefeningen en bezoek ik soms een stilteweekend. Zo probeer ik bewuster te leven, meer vanuit mijn zintuigen en gevoel en minder vanuit mijn hoofd. Het leven heeft meer te bieden als je het bewust meemaakt. Waar ik eerst uit elke minuut het meeste wilde halen, kan ik nu de lat minder hoog leggen en ben ik sneller tevreden.’
Het mbo heeft een negatief imago. U gaat dagelijks met mbo-studenten om. Wat hebben zij te bieden?
‘Het mbo wordt gezien als ‘laag’ en dat is moeilijk. Studenten moeten zichzelf op bijvoorbeeld hun stageplek meer bewijzen dan hbo’ers. Maar als mbo’ers op hun plek zitten en goed begeleid worden, zijn het echte aanpakkers. Het is heerlijk om mbo’ers in je team te hebben; ze zijn pragmatisch. En als ze hun werk leuk en belangrijk vinden, zijn het harde werkers.’ ◀