Christelijke studenten denken vrijer over seks en relaties, maar er zijn nog steeds kaders

Amersfoort
De waarschuwende vinger van de dominee die vertelt over het belang van wachten tot het huwelijk voordat een stel seks heeft. Of de ouders die hun visie op samenwonen voordat er trouwplannen zijn opleggen aan hun kinderen. Het zijn voorbeelden van spanningen tussen de oudere en jongere generatie christenen. Steeds vaker lijkt er tussen generaties een verschil in visie op relaties en seksualiteit te zijn. Welke verandering tussen toen en nu is er te zien in de christelijk seksueel moraal? En wat betekent dit voor de spanning tussen de verschillende generaties gelovigen?
Onderzoeker Hans van Dijk (Tilburg University) doet al jaren onderzoek naar de manier waarop christelijke studenten kijken naar en omgaan met relaties en seksualiteit. Hij geeft er ook workshops over, waarin hij veel spreekt met (christelijke) studenten en hoort waar zij op dit gebied moeite mee hebben. Op basis van die gesprekken merkt hij een verandering op, die de cijfers van dit onderzoek bevestigen.
Een van die veranderingen betreft de norm om ‘geen seks voor het huwelijk’ te hebben. In een onderzoek van deze krant uit 2010 gaf zeker 70 procent van de respondenten aan dat ze vonden dat seks voor het huwelijk niet mag. Wie dat naast de cijfers van nu legt, ziet dat dat aantal fors minder is. Op de stelling ‘Een man en een vrouw die seks hebben voor het huwelijk’ reageerden ongeveer twee derde van de respondenten nu dat ze dat alleen soms of helemaal niet verkeerd vinden.
‘Het is natuurlijk altijd lastig om verschillende studies te vergelijken’, legt Hans van Dijk uit. ‘Toen gaven bijvoorbeeld best veel studenten aan dat seks binnen het huwelijk hoorde, maar tegelijkertijd zeiden dezelfde studenten dat ze al wel seks hadden gehad en nog niet getrouwd waren. Daarin zie je dat de norm toen anders was, maar dat daar tegelijkertijd ook van afgeweken werd. De verandering zit hem dus vooral in het algemene denken. Het merendeel vindt seks voor het huwelijk nu gewoon prima. Met daarbij de kanttekening dat het overgrote deel van de studenten wel aangeeft dat het binnen een relatie hoort. Die gedachte past natuurlijk ook grotendeels in de geest van de christelijke opvoeding die deze studenten hebben gehad.’
Tekst gaat verder onder de cartoon.
De meerderheid van de christelijke studenten vindt seks voor het huwelijk niet of alleen soms verkeerd. - beeld Nanne Meulendijks
40 procent van de respondenten zit momenteel in een relatie (geen huwelijk, niet samenwonend) en 55 procent is single. De resterende vijf procent ondervraagden is getrouwd, woont al samen of is verloofd. Van alle respondenten geeft ongeveer een derde aan al seks te hebben gehad. Volgens Van Dijk zal dat getal nog toenemen naarmate de studententijd vordert. ‘De gemiddelde leeftijd van de respondenten is 21 jaar, en veel van hen hebben nog geen relatie op dit moment. Het algemene denken is dat het op een gegeven moment prima is om seks te hebben met een vaste partner, dus zal het aantal christelijke studenten dat voor het huwelijk al seks heeft vanzelfsprekend ook toenemen. Wat dat betreft is het goed het gesprek met elkaar aan te gaan om na te denken over een nieuwe norm.’
Ook over samenwonen voordat je getrouwd bent lijkt volgens Van Dijk de norm aan te veranderen. ‘We hebben daar tien jaar geleden geen vragen over gesteld, dus cijfers kan ik niet vergelijken, maar wat ik toen en nu in gesprekken hoor, suggereert dat er een verandering in het denken is. Men vindt het nu vrij normaal om al samen te wonen voordat je in het huwelijksbootje bent gestapt. Veel meer dan vroeger.’
Ook dit komt volgens Van Dijk doordat de nieuwe generatie een stuk minder met de oude christelijke normen heeft. ‘Die norm is niet langer bepalend voor de keuzes die ze maken. Zij vinden het gewoon relaxed om de druk een beetje te spreiden, dus dat doen ze ook. En dus wonen ze eerst even een tijdje samen om aan elkaar te wennen en gaan dan later pas trouwen. Tegelijkertijd zie ik dat dit nog wel spanning oplevert binnen families en in de kerk, omdat een deel van de ouders van deze generatie deze leefwereld van hun kinderen niet helemaal begrijpt.’
‘Voor studenten is het belangrijk om te zien hoe leeftijdsgenoten over relaties en seksualiteit denken omdat het hen aan het denken zet en ervoor zorgt dat ze bewustere keuzes gaan maken. Dat kan bijvoorbeeld goed door te praten met leeftijdsgenoten, dus laten deze resultaten daar een mooie aanleiding voor zijn. En voor de oudere generatie zijn deze cijfers ook inzichtgevend. Zij zijn degenen die deze groep moeten begeleiden en helpen als ze vragen hebben. Dan is het belangrijk om te weten in wat voor leefwereld zij zitten. Dus hopelijk gaan deze cijfers ook zorgen voor meer gesprekken tussen de generaties.’<
Verantwoording
In de aankomende weken publiceert het Nederlands Dagblad de resultaten van zijn onderzoek naar de manier waarop christelijke studenten kijken naar en omgaan met relaties en seksualiteit. Om dit in kaart te brengen heeft het Nederlands Dagblad in samenwerking met onderzoekers Hans van Dijk (Tilburg University) en Daphne van de Bongardt (Erasmus Love Lab van de Erasmus Universiteit Rotterdam) een vragenlijst uitgezet onder studenten die lid zijn van christelijke studentenverenigingen die vallen onder Navigators Nederland en IFES. Hiervoor is gekozen omdat deze studenten bewust de keuze hebben gemaakt om lid te worden bij een studentenvereniging met een christelijke identiteit. Dat deze studenten momenteel daadwerkelijk gelovig zijn of met het geloof bezig zijn, blijkt onder meer uit de kerkgang. 83 procent van de respondenten gaat momenteel 1 of meerdere keren per maand naar de kerk.
Onder Navigators Nederland en IFES vallen een groot aantal studentenverenigingen die samen rond de 6500 leden hebben. De enquête leverde 907 respondenten op, afkomstig van bijna dertig verschillende verenigingen. Van de respondenten identificeerde 338 zich als ‘man’, 561 als ‘vrouw’, 5 als ‘anders’ en 3 respondenten lieten deze vraag open.

