Luister naar

Liefde voor elkaar en voor een ander: ‘Ik zou graag het bewustzijn in Nederland willen uitbreiden over armoede’

Interview
Vijftien jaar geleden zat Remco Pijper (41) op de terugreis naar huis gedesillusioneerd in de trein. Dat wordt niets met Ellie, verzuchtte hij. De liefde kan toch niet van één kant komen? Toen belde ze plots. ‘Het was heel gezellig dat je er was, jammer dat je weg bent.’ Bij het eerstvolgende station keerde Remco gelijk om.
Hans-Lukas Zuurman
zaterdag 1 mei 2021 om 03:00 aangepast 07:30
Remco en Ellie Pijper vertrokken kort na hun trouwen voor een aantal jaar naar de Filipijnen.
Remco en Ellie Pijper vertrokken kort na hun trouwen voor een aantal jaar naar de Filipijnen. beeld Hans-Lukas Zuurman

De ranke kerktoren in het Groningse dorp Niekerk staat er wat scheefgezakt bij. Maar, dat mag. Niet alle gebouwen stammen immers uit de Middeleeuwen. Het is een markant beeld te midden van de doorzon twee-onder-een-kap- en rijtjeswoningen.

In een daarvan zwaait de deur al open voor er aangebeld is. Met grote, glimmende ogen en een open blik verwelkomt Remco Pijper (41) zijn gast. Hij verzorgt de koffie, terwijl zijn vrouw Ellie aan de hoek van de houten eettafel schuift. De kinderen zijn naar school, vertelt ze. Alleen dochter Joanne (7) is thuis en bivakkeert boven. ‘Ze was niet zo lekker.’ Het gezin telt nog vier kinderen. Iris (15) is de oudste, ze is geadopteerd vanuit de Filipijnen, toen Remco en Ellie daar woonden en ontwikkelingswerk deden. Hun zonen Matthijs (12) en Jesse (9) zijn daar ook geboren, Bart (5) en Joanne kwamen ter wereld in Nederland, toen ze inmiddels waren teruggekeerd.

Aandacht hebben voor het gezin, vinden Remco en Ellie belangrijk. Vanuit haar ouderlijk huis, een boerderij op een steenworp afstand in Oldekerk, waarmee Niekerk een dubbeldorp vormt, heeft Ellie dat ook meegekregen. ‘Thuis kon ik altijd alles bespreken, er was openheid. Als we uit school kwamen, dronken we als gezin thee aan tafel, mijn vader kwam er dan ook altijd bij zitten.’

‘Ellie kan heel precies zijn, ik wat minder.’

Remco, die opgroeide in Nieuwegein, was net vijf jaar geworden, toen zijn zieke vader overleed. Dat had impact. ‘Mijn moeder heeft het geweldig opgevangen, maar ik heb zelf geen voorbeeld gehad hoe het is om vader in een gezin te zijn’, realiseert hij zich. Nadenkend: ‘Vorig jaar werd ik voor het eerst ouder dan hij geworden is.’ Ellie: ‘We kiezen er bewust voor in het hier en nu leuke dingen als gezin te doen, je weet nooit hoelang je leeft.’ Remco: ‘Ik kan in mijn werk opgaan, maar ik vind het belangrijker er voor mijn gezin te zijn.’

Die houding kenmerkt het echtpaar, dat daarnaast ook ruimte vindt om er te zijn voor kansarme kinderen op de Filipijnen. Met hun stichting Sparrow bieden ze in de stad Calapan huiswerkbegeleiding aan, zodat kinderen uit krottenwijken een beroepsdiploma halen. Die passie voert terug op de tijd dat Ellie – toen nog vrijgezel – besloot haar leven te wijden aan het verbeteren van het lot van deze kinderen. Ze had de opleiding verpleegkunde gevolgd en de zendingsschool van Youth with a Mission. ‘Via Mercy Link, die mensen uitzond naar moeilijk te bereiken gebieden kwam ik in 2006 voor het eerst op de Filipijnen terecht, op het eiland Mindoro in een kindertehuis voor ondervoede kinderen.’ In de tussentijd hadden de wegen van haar en Remco elkaar gekruist. Via Greetje, de zus van Ellie. ‘Ik raakte met haar bevriend tijdens mijn studie biologie op de Wageningen University’, vertelt Remco. ‘En bij haar kwam Ellie geregeld over de vloer.’ 

Van liefde op het eerste gezicht was totaal geen sprake. Ellie: ‘Ik vond Remco een leuke jongen, prettig in de omgang. Hij maakte makkelijk contact en was geïnteresseerd. We konden goed praten met elkaar, maar het bleef vooral een goede vriendschap.’ Dat ze de boot afhield, had te maken met haar toekomstplannen in het buitenland – en natuurlijk, ook het avontuur trok. ‘Als meisje bracht ik het zendingsblaadje Vandaar rond. Daarin stonden verhalen en foto’s die mij aanspraken. De belangstelling voor het buitenland is toen al ontstaan.’ Remco: ‘Voordat ze vertrok, bespraken al weleens wat voor type relatie wij nu eigenlijk hadden.’ Hij voelde de vlinders namelijk wel in zijn buik. ‘Ik vond haar heel leuk. Ze had humor, was stoer en wist goed wat ze wilde.’ En hun gesprekken gingen diep, herinnert hij zich. ‘Ik wist ook vaak eerder dan Greetje wanneer Ellie weer zou komen.’ Het besluit van Ellie stond echter vast. In 2006 vertrok ze voor een half jaar naar de Filipijnen. ‘Ik wilde mij focussen en niet met een half hart in Nederland zijn en met een half hart aan het werk zijn met Filipijnse kinderen.’

laag pitje

Voor Remco betekende het dat het contact op een heel laag pitje kwam te staan. Hij ging werken als lobbyist bij ontwikkelingsorganisatie Fairfood in Amsterdam. ‘Ik had het best mooi gevonden daar carrière te maken. We hadden dan een groter huis en meer groen om ons heen gehad. Toch heb ik het werk uiteindelijk bewust opgegeven.’ Maar dat gebeurde pas toen Ellie weer in beeld kwam. Tot die tijd had ze haar contract keer op keer verlengd.

Eind 2006 keerde ze voor korte tijd terug in Nederland. Haar vader werd vijftig en ook Remco was uitgenodigd om dat mee te vieren op de boerderij. ‘Ik weet niet eens meer hoe het kwam dat ik daarbij was uitgenodigd, maar het was heel gezellig, vooral met Ellie. Echter, daar bleef het bij’, herinnert Remco zich. ‘Ik ging met de trein terug naar Wageningen en dacht: als het wat moet worden, moet het ook van haar kant komen. En toen belde ze. ‘Het was heel gezellig dat je er was, jammer dat je weg bent’, zei ze. Bij het eerstvolgende station ben ik toen uitgestapt en teruggekeerd.’ Ellie: ‘Ik realiseerde mij dat weekend: wij horen bij elkaar. Maar dan moet er nu ook wat gebeuren en dat ga ik nu doen.’ Hun liefdesrelatie die al zo lang in de lucht hing, werd daarmee begin 2007 officieel.

Remco: ‘Ze ging echter wel weer terug naar de Filipijnen. We hebben in die tijd veel gebeld en geskypet. Dat verdiept je relatie, merkten we.’

Ellie: ‘We hebben gebeden over de telefoon, geloof is voor ons allebei erg belangrijk.’ Dat laatste beaamt Remco. Kort na het verlies van zijn vader had hij ooit een bijzondere droom. ‘Ik liep vanaf zolder naar beneden, maar dat voelde niet fijn. Toen merkte ik dat het was alsof iemand naast mij de trap afliep. Dat voelde veilig. Die persoon nam mij mee in een kamer in de muur bij de trap en zei: ‘Je moet alleen verder, maar je hoeft niet bang te zijn. Ik ben er.’’ Pas een paar jaar later, toen de dominee in de kerk preekte over Gods Naam – Ik Ben – was het ‘alsof er klokken gingen luiden in mijn oren’, vervolgt hij. ‘‘Ik ben’, dat was God geweest in mijn droom. Voor mij is de wetenschap dat Hij er voor mij is als het nodig is zo’n basis geworden voor mijn geloof. Als het moeilijk wordt, val ik daar op terug.’


Het gezin Pijper. Remco: ‘Ik kan in mijn werk opgaan, maar ik vind het belangrijker er voor mijn gezin te zijn.’  beeld Hans-Lukas Zuurman

Remco en Ellie trouwden op 7 maart 2008, om kort daarna samen naar de Filipijnen te vertrekken. Remco zegde zijn baan ervoor op. ‘Maar, wat zou ik gaan doen dan daar op de Filipijnen? We hebben er veel voor gebeden en op een gegeven moment voelde ik een rust, en ik werd bepaald bij het verhaal van Abraham die op reis ging.’ Dat Ellie weer snel terug wilde, had een reden. Ze was er al eerder in contact gekomen met Iris, die geen ouders meer had en waarvoor eigenlijk geen opvang was in de familie. En zij had zich over haar ontfermd. ‘Remco opperde toen of het niet mogelijk was haar te adopteren. En dat is een langdurig proces daar.’ Remco: ‘Daarom zijn we daar ook tot 2013 gebleven zijn, pas toen mochten we Iris mee naar Nederland nemen.’

Ze hadden allebei slechts een rugzak toen ze destijds naar de Filipijnen vertrokken. ‘Dat was ons bezit, de wereld lag open’, vertelt Remco. Ter plekke zouden ze zien, wat te doen. Ze vonden uiteindelijk een eigen huis en startten met pleegzorg. ‘Het was wennen, ineens zaten we 24 uur per dag op elkaars lip. Ik weet niet of ik dat iedereen zou aanraden, maar het is goed gegaan.’ Ook de Filipijnse Joy kwam op hun pad. ‘Haar vader was overleden, ze had net de middelbare school gedaan en kon goed leren, maar er was geen inkomen genoeg. Wij zijn haar toen gaan sponsoren.’

En zo ontstond het idee om vanuit Nederland te proberen – aanvankelijk via familie en vrienden – meer kinderen te sponsoren zodat ze goed onderwijs konden krijgen. Het leidde uiteindelijk tot de oprichting van stichting Sparrow. ‘Het was nooit ons idee geweest, maar zo gaat het dan’, zegt Remco. Ter plekke leefden ze van giften en spaargeld. ‘We bieden momenteel in het studiehuis nog altijd begeleiding via zes leerkrachten. Zij zijn in dienst van de stichting. Zij helpen iets meer dan honderd kinderen. Vanuit Nederland zorg ik voor de sponsoring en begeleid ik het team. We willen groeien naar hulp voor tweehonderd kinderen en meer leerkrachten aannemen, die de wijk in kunnen gaan. Want dat mag nog wel in deze coronatijd.’

goede scholing

Ellie: ‘Uit het onderwijsproject kwamen op een gegeven moment ook medische hulpvragen. Die zijn we toen ook gaan oplossen. Armoede is niet een tekort aan financiën voor school, je loopt tegen veel meer aan.’ Over haar drijfveer: ‘Als kinderen goede scholing krijgen en goed persoonlijk begeleid worden, geeft dat toekomst. Nu al zien we dat ze soms hun studie noodgedwongen stoppen omdat ze mee moeten werken thuis, om de kost te verdienen.’

Remco: ‘Ze werken daar keihard, maar er heerst ook de opvatting: als je voor een dubbeltje geboren bent, word je nooit een kwartje. Dat willen we met ons project dolgraag veranderen: kinderen eigenwaarde bieden. Ooit ging ik met een straatjongen op pad om nieuwe spullen te kopen: hij fleurde helemaal op, hij had zijn beste kleren aangedaan en zich speciaal gewassen bij de waterpomp. Toen we nieuwe schoenen gingen kopen, werd hij herkend door de verkoopster als degene ‘die toch altijd plastic liep te verzamelen op straat’. Hij kromp ineen.’

Ellie: ‘Toen we uiteindelijk met Iris in Nederland waren, merkten we dat dat goed was. Wat hadden we familie en vrienden gemist.’

Remco: ‘Het was ook weer een cultuurshock om na zo’n lange tijd terug te komen.’

Ellie: ‘We moesten lang wennen aan de ongeschreven regels. Op de Filipijnen is het heel normaal dat je dicht op elkaar kruipt als je in de rij staat bij de supermarkt of bij de pinautomaat, anders kruipt er iemand tussen. Hier vroeg ik mij af: wat is de afstand eigenlijk?’

Remco: ‘Ik weet nog goed hoe we de dag na onze terugkeer Matthijs en Iris naar school brachten. En hoe ons de tranen in de ogen schoten, toen we zagen hoe goed het allemaal geregeld was.’

Ellie: ‘Ik kon met een gerust hart terugkeren, omdat we het studiehuis niet zomaar achterlieten. Wat we daar hebben opgebouwd kunnen we vanuit Nederland nog mooier helpen maken.’ Ze vervolgt: ‘De gewenste verdubbeling in de hulpverlening daar is ook de reden waarom ik mijn baan als parttime verpleegkundige in Nederland vorig jaar heb opgezegd. Zo kan ik Remco, die fulltime voor de stichting werkt, nog meer helpen met bijvoorbeeld het maken van nieuwsbrieven en het zoeken van sponsors. We leven nu opnieuw van giften.’

Remco: ‘Ik heb wekelijks via videobellen contact met de mensen van het project. We bespreken actuele zaken en beleid en ik reis er één keer per jaar naartoe.’

Nog altijd zitten ze erg op elkaars lip als het om werk en privé gaat, beseffen ze. Maar dat hindert niet om stichting Sparrow juist samen verder uit te bouwen. Remco bekent echter: ‘Ik zou het ook heerlijk vinden om van een baan thuis te komen en je belevenissen te vertellen. Gelukkig kunnen we goed praten en zaken uitspreken als dat nodig is, dat is heel belangrijk.’

Ellie: ‘En God is de verbindende factor, nog steeds.’

Remco: ‘Ellie kan heel precies zijn, ik wat minder. Ik ben bijvoorbeeld niet zo van de tijd. Vijf of tien minuten later zijn, vind ik niet erg. Maar voor Ellie geldt: afspraak is afspraak. Toch loop ik dan vaak niet een stapje harder. Tegen dat probleem liep ik ook op toen onze kinderen hier weer naar school gingen en we net terug waren uit de Filipijnen. Nu gaat dat wel beter hoor.’

Ellie: ‘Anders dan Remco vermoedt, vind ik spontane dingen leuk. Als iets thuis niet lukt, kunnen we ineens zeggen: ‘Zullen we gewoon even wandelen in het bos?’ Dat doen we dan. En dan voeren we weer hele gesprekken.’

Remco: ‘Ellie verrast mij altijd met haar zorgzaamheid. Als mijn planning niet goed is, doordat ik bijvoorbeeld te laat begin met koken, gaat ze mij met alle liefde alsnog helpen. Soms cijfert ze zichzelf wel te veel weg, vind ik.’

Ellie: ‘Tot op heden hebben we onszelf geen salaris gegund van wat er bij de stichting binnenkomt.’

Remco: ‘Elke ontwikkelingsorganisatie kent dat spanningsveld: je wilt de overheadkosten zo laag mogelijk houden en niet zelf een grote hap uit het budget nemen.’

Ellie: ‘We voelden ons al snel bezwaard geld voor onszelf uit te geven. Eigenlijk wilden we op de Filipijnen bijvoorbeeld een airconditioning in huis om beter te kunnen slapen, maar dat heb ik tegengehouden. Achteraf zeg ik: je mag ook voor jezelf zorgen, want als je beter kunt slapen, kun je je werk ook beter doen. Maar ja, je leeft daar in contrast met de krottenwijken, dat is moeilijk dan. Je ervaart al gauw dat je het te goed hebt.’

Ellie: ‘We dromen nog weleens van een Nederlandse versie van stichting Sparrow.’

Remco: ‘Bijvoorbeeld een retraitehuis.’

Ellie: ‘Waarin we verschillende mensen een thuis kunnen bieden, net als op de Filipijnen aan de kinderen. Hoe mooi zou dat zijn.’

Remco: ‘Ik zou graag het bewustzijn in Nederland willen uitbreiden over armoede en hoe de Bijbel daarover spreekt. Zorgen voor elkaar is daarin heel belangrijk. Het valt mij op dat veel Nederlandse kerken bezig zijn met kerk-zijn, met het op een eigen manier goed hebben. Maar wat betekent het voor hoe je christen bent, hoe erg ben je naar buiten gericht? De associatie die niet-christenen gauw hebben bij christenen is dat ze denken aan regeltjes en elkaar de maat nemen. En de liefde, denk ik dan? Waarom gaat het daar dan niet over?’

Onze relaties kleuren ons leven. Op deze plek vertellen iedere week twee mensen over hun band.

Mail de redactie
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.
Afbeelding

Hans (80) heeft een moestuin: 'Tuinders zijn rustige mensen die over het algemeen tevreden zijn'

Hans Dijk (80) uit Bodegraven heeft een moestuin en houdt daar ook een aantal kippen. Hij heeft jaren als psycholoog gewerkt en onderscheidt acht typen tuinders.

Afbeelding

Van schrale aarde naar een groene oase. Hoe Roeland uiteindelijk een bos aanplantte in Kenia

‘Ik weet wat dit land nodig heeft’, dacht Roeland Lelieveld toen hij als student op stage was in Kenia. En toen ging hij bomen planten. Heel veel bomen. Nu doen ook lokale boeren mee.

Afbeelding

Populairste langeafstandwandeling bestaat 40 jaar. Is dat omdat we zo graag achter elkaar aan lopen?

Wim Huijser schreef een roman over de populairste langeafstandwandeling: het Pieterpad, dat dit jaar 40 jaar bestaat. Hij gebruikt daarvoor twee eigenzinnige personages: Maarten en Nicolien, die al kibbelend op pad gaan.

Afbeelding

'We hebben iedere spelcomputer die je kunt verzinnen.' John (68) heeft tienduizend spelcomputers

Van unieke Apple computers tot flipper- en arcadekasten, John uit Epe verzamelt ze allemaal. 'We zijn in 1998 begonnen met verzamelen en het ging al snel van kwaad tot erger.'

Afbeelding

Ebby vangt verstoten alpaca-baby's op: 'Ze zijn zo schattig met die onweerstaanbare Bambi-ogen'

Oud-fotograaf Ebby (44) uit Lemelerveld vangt dieren op die medische zorg nodig hebben. ‘Toen mijn eerste baby-alpaca arriveerde, zei de fokker: ‘Geef haar maar geen naam, want die leeft niet lang meer.’’

Afbeelding

Cabaretière Yora Rienstra verzet zich tegen polarisatie. 'Het zwart-witdenken maakt ons ongelukkig'

Cabaretière Yora Rienstra kijkt anders naar homo zijn en geloof sinds zij er een documentaire over maakte. 'Christelijke homo's voelen zich niet thuis in de gay-scene, maar ook niet in de kerk. Dat is een spanningsveld.'