Mooie momenten creëren

Hoe ga je om met dementie? En hoe kijken mensen met dementie eigenlijk naar zorgverleners? Op donderdag 19 maart krijgen zorgverleners antwoord op die vragen tijdens Het Dementie Congres. Ouderenpsycholoog Sarah Blom (34) werkt met mensen met dementie en maakte samen met haar familie de theatervoorstelling Dag mama.
1 Wat is het lastigste waar u als ouderenpsycholoog mee te maken krijgt?
‘Omgaan met dementie op een manier waar beide partijen gelukkig van worden. Als zorgverlener wil je mooie momenten creëren en niet overspoeld worden door gedrag dat je niet begrijpt. Je wilt mensen met dementie tot hun recht laten komen en zorgen dat ze een waardig leven kunnen leiden. Als het niet lukt om mooie momenten te creëren, hebben zorgverleners vaak last van faalgevoelens en stress. Dat heeft dan weer zijn weerslag op de mensen met dementie, die door het tekort aan mooie momenten meer stress krijgen en sneller achteruitgaan.’
2 Hoe creëer je zulke mooie momenten?‘
'Zelfkennis is heel belangrijk, je neemt jezelf mee in het contactmoment met de cliënt. Je eigen jeugd heeft invloed op de manier waarop jij reageert op iemand die bijvoorbeeld heel de dag aan het roepen is. De ene zorgverlener zal heel goed met mevrouw Klaasen om kunnen gaan, terwijl de ander het liefst vlucht naar mevrouw Jansen, waar hij of zij zich wel een goede zorgverlener kan voelen. Ik ga aan de slag met de blokkades die de contactmomenten tussen zorgverlener en iemand met dementie in de weg zitten.’
3 Hoe kijkt iemand met dementie naar zorgprofessionals?
'Zo divers als mensen met dementie zijn, zo divers is ook hun kijk op de hulpverleners. Op het congres komt iemand met dementie vertellen hoe hij de zorg ervaart. Mensen met dementie zijn over het algemeen erg gevoelig voor een 'hulpverlenerstoontje'. Ze horen gelijk als een vraag niet oprecht en niet vanuit empathie wordt gesteld. Dat doet hen zeer en dan trekken ze zichzelf terug, ze houden zichzelf bijvoorbeeld slapende.’
4 Wat is belangrijk in het omgaan met dementie?‘
'Als hulpverleners normaal om kunnen gaan met het afwijkende, heb je al een hele wereld gewonnen in de wereld van dementie. Mensen met dementie gebruiken vaker lelijke woorden en vloeken sneller. De mantelzorger schrikt hier vaak van of schaamt zich. Het is belangrijk om te weten dat cliënten hier niets aan kunnen doen. Het rechterdeel van de hersenen, waar lelijke en seksuele woorden opgeslagen zitten, blijft intact. Dat zijn de woorden die mensen met dementie nog kunnen gebruiken. Als je als omstander weet dat dat erbij hoort, kun je proberen om je er comfortabeler bij te voelen, in plaats van het gedrag van degene met dementie te willen veranderen.’
5 Wat is het meest voorkomende vooroordeel over dementie?
‘Ik zie vaak dat mensen niet zien dat er nog een heleboel leeft in mensen met dementie. Die laatsten kunnen hun gedachten moeilijk kenbaar maken of hun gedragingen worden niet goed gelezen, daardoor kunnen ze eenzaam worden. Het zegt vaak meer over ons tekort dat wij hun gedrag niet kunnen lezen en daardoor denken dat er niets in mensen met dementie omgaat. ’
6 Wat is belangrijk voor mantelzorgers?
‘Dat zij grip krijgen op wat er gebeurt. Mensen verliezen door onbegrip vaak al in het begin van het proces het contact, terwijl tot het einde toe waardevol contact mogelijk is. Je moet alleen je verwachtingen bijstellen. Mensen met dementie verliezen het contact met hun eigen lichaam. Dat is heel eng voor hen, alsof ze oplossen in de ruimte. Daarom gaan mensen soms twintig keer per nacht op de vloer liggen, om een stevige lichaamsprikkel te krijgen. Als mantelzorger kun je ook via het lichaam communiceren. Je handen op het gezicht van iemand met dementie leggen en met je duim ronddraaien over de jukbeenderen geeft een sterk gevoel van geborgenheid, waardoor iemand je eerder vertrouwt.’
7 Uw theaterstuk Dag mama over een moeder met dementie, is door 300.000 mensen bezocht. Waarom trekt dat zo?
'De voorstelling duikt in de belevingswereld van de persoon met dementie, de mantelzorger én de zorgverlener. We reiken dingen aan die zorgverleners soms nog nooit gehoord hebben. Ook voor mantelzorgers is het fijn dat ze zich kunnen identificeren en dat ze aan hun broer of zus kunnen laten zien: dit is wat ik meemaak als mantelzorger.’
Sarah Blom: 'Mensen met dementie zijn over het algemeen erg gevoelig voor een 'hulpverlenerstoontje'.'

