Het wezenlijke van het pausambt: niet de persoon, maar de functie

Dit weekend is het acht jaar geleden dat Benedictus XVI aftrad. In het begin hoorde je hier en daar nog wel kritische vragen. Kon een paus eigenlijk wel aftreden? En op sociale media kun je nog wel een verloren katholiek tegenkomen die gelooft dat Benedictus XVI nog steeds de geldige paus is. Maar dat is gerommel in de marge van de marge van de Rooms-Katholieke Kerk. Of misschien wel erbuiten.
Wie goed toekijkt, kan niet anders dan concluderen dat in de afgelopen acht jaar een bijzondere verschuiving heeft plaatsgevonden in het katholieke denken over het Petrusambt, namelijk van een ‘ontologische’ kijk erop naar een ‘functionalistische’ blik. In gewonemensentaal: het pausambt wordt steeds minder bezien vanuit de gedachte dat de persoon die het ambt uitoefent ‘wezenlijk’ (ontologisch) door het ambt bepaald wordt, en de gedachte van een functionele dienst aan het geheel van de kerk krijgt juist steeds meer ruimte.
Het ‘ontologische’ model had de afgelopen eeuwen een belangrijke plek binnen de katholieke theologie weten te veroveren. In theologische handboeken die in priesteropleidingen werden gebruikt, kon men in het begin van de twintigste eeuw nog zinnen aantreffen als: ‘Wanneer de paus nadenkt, denkt God in hem.’ Hem stond nog nét niet met een hoofdletter geschreven.
Yves Congar (1904-1995), een Frans dominicaan, theoloog en kardinaal, wijt die ophemeling van de paus aan de invloed van een vijfde-eeuwse ketterij die weliswaar door het concilie van Chalcedon (451) was veroordeeld, maar ondertussen toch latent de theologie en het volksgeloof was blijven meebepalen: het monofysitisme. Monofysieten geloofden dat Christus eerst en vooral goddelijk was en zijn lichaam slechts een omhulsel. Congar stelde in 1951 – ter gelegenheid van de 1500e verjaardag van het betreffende concilie – dat in de christelijke theologie het mens-zijn van Christus eeuwenlang ondergesneeuwd was. Maar sterker nog: dit ‘christologisch monofysitisme’ leidde bovendien tot wat Congar een ‘latent ecclesiologisch monofysitisme’ noemde. Aan de kerk werden ook goddelijke trekken toegekend – en gezien de opstuwing van de rol van het pausambt sinds de elfde eeuw vooral ook aan de bisschop van Rome.
Het Tweede Vaticaans Concilie (1962) had weliswaar geprobeerd daarmee te breken, maar de katholieke cultuur kon daar moeilijk mee omgaan, zoals ook bleek uit het einde van het pontificaat van paus Johannes Paulus II († 2005). Zelfs al kon hij de kerk door zijn ziekbed niet meer besturen en waren er al sinds jaren tekenen dat zijn omgeving de macht op vele punten volledig had overgenomen, hij stierf in het pauselijk harnas. ‘Een paus treedt niet af.’
Het waren dan ook epische beelden acht jaar geleden op de Vaticaanse televisie: een paus die per helikopter het Vaticaan verlaat, omdat hij zelf besloten had dat enkele uren later de zetel van de bisschop van Rome vacant zou zijn. Een vrijwillig aftreden was sinds 1294 niet meer voorgekomen.
Zo kwam de ‘functionele’ visie onverwacht op voorsprong: Benedictus XVI voelde zichzelf niet sterk genoeg meer om leiding te geven. Conservatieve katholieken die hechtten aan de ‘ontologische visie’ kregen echter door het optreden van Benedictus XVI als emeritus paus toch ook wel wat steun in de rug. Hij bleef zich in het wit kleden en bleef zich ‘emeritus paus’ noemen, in plaats van het theologisch veel juistere ‘emeritus bisschop van Rome’.
Dat de ‘ontologische visie' nog levend was, bleek ook uit een opvallende uitspraak van de rechterhand van Benedictus XVI, Georg Gänswein. Deze zei in 2016 dat er sinds het aftreden van Benedictus ‘de facto een uitgedijd pausambt bestaat, met een actieve en een contemplatieve deelnemer'. Zijn Beierse idool had weliswaar de zetel verlaten, ‘maar de Petrusdienst niet'.
De afgelopen acht jaar ziet men het ‘ontologisch denken' echter verdwijnen, ook bij hen die daar tot 2013 erg aan hechtten. En dat is op het conto te schrijven van Franciscus, die in deze kringen vanwege zijn ontraditionele handelen en spreken niet voldoet aan waar een hoog-te-paard-pausambt voor staat. Hij roept daarmee zo veel weerstand op, dat men liever de ontologische visie opgeeft dan deze op deze Argentijnse bisschop van Rome toe te passen. ◀
Kan een paus eigenlijk wel aftreden? In de afgelopen acht jaar is het denken daarover veranderd.
analyse geloof & theologie