Nederlandse pelgrims 'ontroerend hartelijk' ontvangen in Panama

Soná
Een eerste groep van 39 Nederlanders kwam zondagavond na een lange reis vermoeid aan in Panama. De pelgrims zullen volgende week naar Panama-Stad vertrekken om er samen met meer dan 200.000 andere buitenlandse pelgrims en naar verwachting een half miljoen Panamezen paus Franciscus te verwelkomen. Maar voor het zover is, verblijven vrijwel alle pelgrims een week in een plaatselijke parochie ergens in Panama.
De parochie van Sint-Isidorus van Madrid in Soná heeft zich maanden voorbereid op hun komst. Maar pas sinds enkele weken weet men dat er geen Brazilianen komen, zoals oorspronkelijk was aangekondigd, maar een honderdtal Nederlanders en elf Surinamers.
volksfeest
Het plein tussen de parochiekerk en het gemeentehuis was zondag door de lokale overheid met hekken afgeschermd en de hele dag werd er muziek gemaakt om de komst van de pelgrims muzikaal en feestelijk voor te bereiden.
’s Avonds stroomden de parochianen in groten getale toe. Een waar volksfeest ontstond: er speelde een band, er werd gedanst en er werd gegeten. Van de Nederlanders was nog geen spoor te bekennen: die zaten in de bus vanuit Panama-Stad. ‘Het volk van Soná is een volk van vreugde en blijdschap’, schreeuwde de plaatselijke pastoor door de microfoon. En dat was te merken.
Bij aankomst van de bus rond half elf was de uitbundigheid en vreugde bij de inwoners van het stadje zo groot dat er een erehaag werd gemaakt. Vuurwerk werd ontstoken. Een grote, uit Nederland meegenomen vlag maakte de feestvreugde compleet.
De meegereisde hulpbisschop van Roermond, Everhard de Jong, drong erop aan dat de groep Nederlanders de eucharistie van de zondag nog zou vieren, ondanks het late uur. De zondagsmis kon tijdens de lange reis en twee keer overstappen niet gevierd worden. De bevolking begeleidde de Nederlanders naar de kerk en maakte er een viering van die de uitbundigheid van het volksfeest bijna overtrof.
gastgezinnen
De Nederlanders werden na een kleine maaltijd ondergebracht in gastgezinnen in het nabijgelegen dorpje Marañón op vijftien kilometer van Soná. ‘Ontroerend hartelijk’, noemt de jongerenwerker van het bisdom Den Bosch, Ramon Goosen, de ontvangst in de veelal eenvoudige woningen, elk versierd met een vlag van de Wereldjongerendagen. Maandag organiseerden de inwoners van het dorpje gebedsdiensten en een processie door de straten met het beeld van de patroonheilige van de lokale kapel. Gevolgd door inwoners en pelgrims. En er werd opnieuw gedanst.
Ook de plaatsvervangend ambassadeur van Nederland in Panama bezocht de pelgrims in Marañón. De ambassade was nauw betrokken bij de voorbereidingen van de reis en heeft, samen met ambassades van landen als de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en Frankrijk, actief geadviseerd bij logistieke en veiligheidsaspecten van het grote katholieke festijn dat het leven in Panama-Stad een aantal dagen zal gaan ontwrichten.
Op maandagavond, feitelijk om twee uur ’s nachts, kwam ook de andere groep met zo’n tachtig pelgrims aan. Vermoeid, maar voldaan. Met dezelfde uitbundigheid werden zij, ondanks het late uur, verwelkomd in de plaatselijke kerk. De Wereldjongerendagen kunnen beginnen. Er staat veel op het programma, maar de pelgrims ontvangen vooral veel warmte, uitbundigheid en hartelijkheid. <