Franse minister heeft zich de woede van veel gelovigen op de hals gehaald
De Franse minister van Binnenlandse Zaken, Gerald Darmanin, ligt op op ramkoers met gelovigen. In diverse mediaoptredens heeft hij gezegd dat de wet van de Republiek altijd boven die van God staat en noemde hij evangelische christenen ‘problematisch’.
-
- Rick Moeliker aangepast 18:47

Gerald Darmanin, minister van Binnenlandse Zaken, heeft weinig op met religie.
(beeld epa / Yoan Valat)Parijs
Gerald Darmanin is een man met een missie. In de zomer werd hij door president Emmanuel Macron op 37-jarige leeftijd aangesteld als de jongste minister van Buitenlandse Zaken ooit. Maar waar Macron zeker voor zijn aantreden als president nog wel eens waarderende woorden sprak over de plaats van religie in het land, lijkt Darmanin uit ander hout gesneden.
Eind vorig jaar liet de Franse regering doorschemeren te werken aan wetgeving die ‘separatisme’ tegengaat. Het is de bedoeling dat deze wet het mogelijk maakt religieuze groeperingen te verbieden die zich tegen de politieke principes van de Republiek Frankrijk keren en in afgesloten bubbels leven. Daarbij wordt vooral gedacht aan extremistische moslimbewegingen. Darmanin is een van de architecten van deze wet.
probleemmakers
Een van de belangrijkste principes die de nieuwe wet moet verdedigen, is die van de laïcité. Het is een wat lastig vertaalbaar begrip, maar komt neer op een strikte scheiding tussen kerk en staat. Vrijwel direct nadat het plan voor de wet was uitgelekt, klonk er kritiek. Zo klaagde de voorzitter van de katholieke bisschoppen, Éric de Moulins-Beaufort, dat het wetsvoorstel een beeld schetst alsof gelovigen ‘probleemmakers zijn die je in de gaten moet houden’. Hij vreest een stigmatiserend effect. François Clavairoly, de voorzitter van de federatie van protestantse kerken, vond dat de godsdiensten die goed met de samenleving en de overheid samenwerken door het wetsvoorstel gestraft dreigen te worden.
Nu het wetsvoorstel binnenkort door het parlement zal worden behandeld, lijkt die vrees niet helemaal onterecht te zijn, gezien de verschillende uitspraken over religie die Darmanin de afgelopen weken deed. Zo zei de minister tegen televisiezender France Inter dat ‘we niet langer kunnen discussiëren met mensen die niet erkennen dat de wet van de Republiek superieur is aan die van God’. Eerder zei hij dat ‘joden en christenen inmiddels weten dat de wet van de Republiek sterker is’. ‘Nu is het tijd om dit ook aan moslims te leren.’ In een interview met televisiezender CNews zei Darmanin dat ‘evangelische christenen een belangrijk probleem vormen’, al voegde hij hier wel aan toe dat dit probleem van andere aard is dan ‘het islamisme dat terroristische aanvallen en doden veroorzaakt’.
legaal
Welk probleem evangelischen vormen, zei Darmanin overigens niet. Maar hij meent vermoedelijk dat de wet van God van dezelfde aard is als de wet van de staat. Bernard Bourdin, die politieke theologie doceert aan de katholieke universiteit in Parijs, wijst daartoe in La Croix op het onderscheid tussen legaal en legitiem. Elke gelovige behoort zich net als ieder ander aan de burgerlijke wetten te houden (dat is legaal), maar het is legitiem om je tegen deze wetten uit te spreken als je op basis van je religieuze traditie vindt dat ze schadelijk zijn voor het land. ‘In die zin is de wet van God een kritisch geweten.’
Romain Choisnet, woordvoerder van de Franse evangelischen, reageerde op de uitspraken van Darmanin en zei dat evangelischen ‘zich aan de wet houden en respect hebben voor de principes van de Republiek’. <