C.S. Lewis was geheim agent in WO II
Washington
De Ierse schrijver en apologeet C.S. Lewis heeft voor de Britse geheime dienst (M16) gewerkt. Dat schrijft de Amerikaan Hal Poe in het Amerikaanse tijdschrift Christianity Today. Poe is een kenner van Lewis en stuitte onlangs via de veilingsite eBay op een grammofoonplaat met daarop een toespraak van Lewis. De naam van de producent, Joint Broadcasting Committee, zei hem niets, en de titel van de toespraak, ‘The Norse Spirit in English Literature’, evenmin. Maar na enig onderzoek concludeert Poe nu: Lewis werkte voor de Britse geheime dienst (MI6).
Dat zit zo. De Joint Broadcasting Committee was onderdeel van MI6 en verzorgde tijdens de Tweede Wereldoorlog radio-uitzendingen in vijandelijk gebied. De organisatie vroeg Lewis, op dat moment een bekend spreker in Engeland, voor een speciale opdracht. De Duitsers hadden op 9 april 1940 Noorwegen en Denemarken aangevallen en een maand later bezetten de Britten IJsland, vanwege het strategisch belang van dit eiland. De IJslanders waren hier echter niet blij mee. Lewis werd ingeschakeld: hij moest door middel van toespraken de IJslandse harten veroveren.
Lewis heeft er zelf nooit over gerept in brieven of boeken. Als er al mensen zijn die weten van zijn optreden voor de geheime dienst, dan zijn dat er heel weinig volgens Poe. In de toespraak die hij heeft bemachtigd, zegt Lewis dat de Noordse mythologie zijn geestesleven heeft wakker geroepen toen hij 14 jaar was. Ook noemt de Ierse schrijver de IJslandse taal, die hij in Oxford bestudeerde, een van de meest poëtische talen. Volgens Lewis zouden Engelse schrijvers als Dickens en Shakespeare ook beïnvloed zijn door de oude Noordse mythen.
In juli 2016 laat Poe de toespraak horen tijdens een conferentie over de Inklings – een groep schrijvers waartoe ook Lewis en Tolkien behoorden – in Oxford.