Kleine zorgen en grote dromen
Dertig zomerconcerten geeft Eva de Roovere met haar vijfmansband, in twee maanden tijd. Daarna gaat ze het theater in, met een intiem trio. Gesprek met een dertiger wier ongeschreven testament van nieuw naar oud gaat.

Nee, ze is nog niet gebeld door Bart de Wever, de gezette historicus die namens zijn partij deelneemt aan een wel zeer lang spel: de Belgische kabinetsformatie. Maar het zou kunnen. Toen de artiest Milow in de song My Kingdom kritiek leverde op de koppigheid aan ook de eigen-volk-eerstkant, kreeg hij het op internet en via twitter aan de stok met de Nieuw-Vlaamse Alliantie (N-VA).
Eva de Roovere (33) moet lachen. Nee, geen politicus heeft me tot dusver om advies gevraagd. De titelsong van haar nieuwe cd heet Mijn huis. Het is geen politiek statement, zegt ze, maar wel een stil protest. Het is niet uit te leggen, acht partijen, vijf regeringen, drie talen. Maar ze vertolkt in wat weemoedige teksten op vaak opvallend vrolijke huppelende melodieën het België-gevoel van juist de jongeren als geen ander:
Mijn hart klopt in brussel, in dinant, in gent
Mijn talen: frans, duits en nederlands
Mijn tranen zout
Mijn vrienden zijn van overal
En mijn thuis is hier
Mijn vrienden wonen overal
Maar mijn huis staat hier
Mijn dalen niet te laag, mijn toppen niet zo hoog
Mijn mode bewonderd, mijn eenheid verstoord
Het laatste zinnetje is verkapt ironisch. De Belgische mode is altijd prominent, maar ook de tekeningen van Eva de Roovere vinden hun weg op de kleding van Chat Mechant. Net zoals ze met Ngaari Laaw een lied maakte over vrouwenbesnijdenis, waarvan ze de effecten zelf kon zien, op reis door Senegal.
Ik ga op reis
Naar mooie woorden
Naar altijd anders
Naar niets te vroeg en nooit te laat
Waar zorgen klein zijn en dromen groot
Waar de lucht te blauw is en de aarde te rood
Ik ga op reis, ik ga op reis
Ik ga op reis naar waar
Vragen niet bestaan en
Antwoorden kort zijn
Een cijfer en een letter
Zonder betekenis blijft
Eva de Roovere is veelzijdig. Op Mijn huis staan twee Franse liedjes waaronder het grappige Chocolat. Maar voor optredens in Wallonië wordt ze niet gevraagd. Ook cultureel zie je de landsdelen uit elkaar groeien. Dat is jammer. Een man als Brel, een Waal die ook Nederlands zong en net zo makkelijk optrad in Oostende als in Arlon, die is er niet meer.
Er is een lied dat Antwerpen heet, met een snel ritme, maar een droef klinkend akkoordenschema. Ze zingt het samen met Piet Goddaer (Ozark Henry) die het schreef en als geen ander kan fluisteren. Een paar nummers ervoor klinkt de vertrouwde kraak van Thé Lau, de zanger van The Scene. Maar juist over haar eigen Rechttoe en frontaal, dat ze samen zingen, twijfelde ze. Misschien is het te veel woordspelerig, slaat de grap dood. Lau vond het mooi, dus:
Jij mag me hebben
En wel helemaal
Jij mag me hebben
Rechttoe en frontaal
Als ik een hond ben en jij mijn vlo
Kan ik me nooit meer krabben
Als ik het bord ben en jij het krijt
Kan ik me nooit meer wassen
WantAls ik een jager ben en jij de prooi
Zal ik van honger sterven
Als jij ook zo bijgelovig bent
Val ik in duizend scherven
WantAls ik een vijand ben en jij een vriend
Kan ik je niet vervloeken
Als ik de schat ben en jij avonturier
Hoef je niet langer te zoeken
Want
Ook op twee eerdere soloplaten, Over & weer (2008) en De jager (2006) stonden al meer van die priemende tussenwerpsels in vaak door verlating gekwelde songs. Maar eigenlijk ben ik niet zon tekstacrobaat, zegt ze. Het is echt schaven, trekken en duwen. Ik ben wel een echte performer, meer dan een songschrijver. Het kost me geen moeite op een festival in een park het publiek aan te vuren met Vinden jullie het leuk, hier? en dergelijke. Juist daarna is het heerlijk om weer in het theater te staan waar mensen rustig zitten en luisteren.
Toch beklijven haar teksten. De twee woorden Fantastig toch? en vooral waarop ze met dat laatste woord een toon omlaag gaat, zodat het bedoeld onaf is, konden zelfs de rapcoupletten van Diggy Dex doorstaan. Met die Amersfoorter (Koen Janssen is zijn naam) scoorde ze eind 2009 een dikke hit.
diepzinnig
Een tekst die echt intrigeert is Orpheus. Ze smeedt het verhaal van de Thracische mythe over de ma die na Eurydice nooit meer een ander wilde samen met het verhaal van Lot uit Genesis. Het klinkt heel diepzinnig, maar de aanleiding was een losse opmerking van de gitarist, over de muziek: en dan ga ik hier naar beneden. Ik dacht: hé, wat een woord. De hel, de onderwereld en dan associeert zon tekst zich verder.
Zoals Orpheus loop ik zoekend door de stad
Een onbestemd verlangen naar wat ik ooit had
Ik liet je achter omdat het niet anders kon
De stad in vuur en vlam maar ik keek niet meer om
.
Ik neem je mee vandaag van Sodom terug naar Gent
Zoals Orpheus wil ik weten waar je bent
Ons ongeschreven testament van nieuw naar oud
Ik kijk om: jij verandert in een zuil van zout
Eva de Roovere is niet religieus. Ze komt uit Lier, ging naar school in Herentals en woont na vier jaar Antwerpen al elf jaar in Gent. Haar vader is boswachter, speelt gitaar, haar moeder zit in het onderwijs. Ze stimuleerden de cultuurdrang van Eva, vanaf de Herman Teirlinck-kleinkunstacademie in Antwerpen (waar ze min of meer werd weggestuurd, gebuisd, omdat acteren haar minder goed afging dan zingen) toen met de folky groepen Kadril en Oblomow, waarmee ze voor haar solobestaan al vijf platen maakte. Met Gerry De Mol maakte ze ook de cds Kleine blote liedjes en Min & Meer.
En het geloof? Zoals bij de meeste Belgen waren mijn grootouders nog volop rooms-katholiek, gaven de ouders het niet echt door, lieten het kerkbezoek na, maar lieten ze hun kinderen wel dopen en communie doen; ze dachten dat het katholieke onderwijs degelijker was dan de rijksscholen; daarom heb ik de Bijbel wel goed leren kennen; zie mij als een niet praktiserende gelovige.
pop ****
Mijn huis / Over & weer / De Jager
Eva de Roovere. Universal Music
Luister HIER naar 'Mijn Huis'
Luister HIER naar 'Orpheus