Non-fictie: Ik, filosoof, vertrouw de rede wel/niet
Knap is dat de tien verhalen best lastige materie bevatten maar door de bank genomen toch goed behapbaar zijn voor niet-filosofen. Het leuke aan deze opzet tien interviews is dat al na een paar hoofdstukken blijkt dat de filosofie vele gezichten heeft. De tien filosofen beoefenen hun vak allemaal op een geheel eigen wijze. Bijvoorbeeld door de levensovertuiging die ze aanhangen: zowel atheïst Herman Philipse als christen René van Woudenberg hebben een plek gekregen in deze bundel.
Filosofie lijkt elk hoofdstuk bijna weer iets anders te zijn. Voor Heinz Kimmerle is de dialectiek belangrijk, voor Heleen Dupuis is filosofie vooral logisch redeneren en argumenteren en Afshin Ellian meent als filosoof op socratische wijze al het heilige te moeten bevragen. Ook het terrein waarop de filosofen publiceren verschilt. Terwijl de Groningse filosofe Jeanne Peijnenburg veel publiceert in wetenschappelijke bladen, schrijven Ad Verbrugge en Stine Jensen regelmatig populair-wetenschappelijke stukken.
observatie
Jensen vertelt over haar filosofie over Facebook; in haar laatste boek hierover muntte ze de term intiem kapitaal, een verwijzing naar het begrip cultureel kapitaal waarmee de Franse socioloog Pierre Bourdieu bekendheid verwierf. Jensen bedoelt ermee dat de persoonlijke informatie die we op Facebook zetten (onze favoriete kledingmerken en winkels) voor bedrijven een manier worden om macht en invloed te verwerven persoonlijke informatie is handelswaar geworden.
Wat misschien nog wel het aardigste is aan dit boekje is dat de filosofen elkaar niet zelden tegenspreken. Zo meent Heleen Dupuis dat de rede het belangrijkste instrument van de mensheid is. Achter alles wat zij doet en vindt moet een logische redenering zitten. Maar Johan van Benthem trekt in een volgend hoofdstuk die lofzang op de rede alweer in twijfel. Vaak vertrouw ik een observatie met eigen ogen meer dan het resultaat van een gedachtegang.